zondag 26 mei 2019

De rijdende diavoorstelling

Om half 6 wakker geworden na een diepe slaap. De slaap wilde niet meer komen. Om kwart voor 7 gingen we eruit om de laatste spullen in te pakken. Om 8 uur ontbeten we met Siebe en Ana. Voor de laatste keer liep ik naar de bakker voor 2 broden na afscheid te hebben genomen van Ana, die naar haar werk ging.
Siebe liep met ons mee naar station Villalegre, wat Blijdorp betekent. Om 10 voor half 10  namen we de trein naar Oviedo. Een half uur later stapten we daar uit en streken neer op het terras van "San Cristina".
Daar dronken we koffie en warme chocolademelk met casadielles erbij. Verrukkelijk.

We namen de trein van 11.25 naar Palencia.
We zouden achteruit rijden door de Picos de Europa naar Léon. In onze coupé waren een paar stoelen, waarmee je vooruit reed. Daar daar nog niemand op zat, verruilden we stoel 6 A en B voor 2 A en B.
Zo konden we net als vorig jaar genieten van de rijdende diavoorstelling door de bergen tussen Oviedo en Léon.

Het tempo daalde af en toe naar 30 kilometer per uur op deze zonnige dag. Wij vonden dat niet erg.
Des te langer konden we genieten van het adembenemende uitzicht.
Of beter uitzichten, want na iedere tunnel was het uitzicht weer totaal anders.




Vanaf Léon reden we vooruit. Ada nam "Vele hemels boven de zevende" van Griet Op de Beeck ter hand en las deze uit.
Ik ging verder in "Het beste van Adam Sharp" van Graeme Simsion.
Om 20 over 2 waren we in Palencia, waar we 2,5 uur de tijd hadden. Eerst gingen we op zoek naar een eethuis. We begonnen in een straatje bij de kerk, waar we vorig jaar gezeten hadden, maar daar vonden we alleen wat om te drinken. Uiteindelijk kwamen we in een smalle straat terecht bij Bar "La Pouse", waar we voor € 14,- een kwart tortilla en een salade met sla, uien, tomaat, olijven, stukjes inktvis en tonijn aten met daarbij een Paulaner en een Bottelin del Agua.
Na € 15,-te hebben betaald zwierven we nog een beetje rond door het mooie centrum van Palencia om op het station nog een koffie en een ijsje te nemen voor we verder reisden naar Irun. De trein vertrok volgens plan om 16.50 naar Handaye.
Daar we de hoogvlakte vorig jaar al 2 keer doorkruist hadden, hadden we de tijd om te lezen. Ik ging verder in "Het beste van Adam Sharp", terwijl Ada begon in "Magnus" van Arjen Lubach.
Op sommige punten, waar het mooi was, zoals de overgang van Rioja naar de Ebro en de bergachtige delen van Baskenland, keken we op deze zonnige dag naar buiten.
Er zaten diverse Nederlanders in onze coupé, waaronder onze overburen, waarmee we aan het eind van de rit praatten over onze reizen in Spanje.
Om half 10 waren we in Hendaye, waar we bij Hotel "De la Gare" de sleutel hadden voor onze kamer in Hotel "La Palombe Bleue". Bij een bar om de hoek haalde ik nog wat bier en een druivensap, waarmee we ons laatste restje brood nuttigden. Om 11 uur gingen we naar bed.

Geen opmerkingen: