Het dooide flink. Er stond al aardig wat water op de sloot achter ons huis. Daar ik gisteren in de auto van Hans Boers gehoord had, dat hij vrijdag op de Vogelplas was wezen schaatsen en er nauwelijks water op het ijs was, ben ik toch maar naar de Kniplaan gefietst. Onderweg zag je overal het treurige, dooiende ijs.
Bij de Vogelplas aangekomen zag ik Wierd Wagenmaker, die net van het ijs kwam. "Je komt te laat" zei hij, "Een half uur geleden was het nog droog."
Daar het ijs nog 7 centimeter dik was, reed ik nog 2 rondjes en nog een paar keer heen en weer langs de kant. Gaandeweg zag je, dat er meer water op het ijs kwam. Maar zoals Johan Cruijff zegt:"Ieder nadeel heb zijn voordeel", kon ik hier het voordeel wel van zien. De afgetrapte bovenlaag wordt spiegelglad, als het weer gaat vriezen en volgens alle voorspellingen gaat dat morgen weer gebeuren. Zelfs de slechte stukken ijs zullen dan goed beschaatsbaar zijn.
Daar ik geen zin had in een nat pak, waarvoor een simpele val voldoende was, hield ik het na een half uur voor gezien. Morgen of anders overmorgen kunnen we weer op het natuurijs terecht. In deze eeuw zijn er heel wat winters, waarin we dat niet konden zeggen.....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten