donderdag 20 januari 2011
Een dronkemansgebed
Soms krijg je uitdrukkingen te horen, die te mooi zijn om deze niet in grotere kring te verspreiden. Vandaag kreeg ik zo'n prachtige uitdrukking op een presenteerblaadje aangereikt. "Een dronkemansgebed" zei Hans van der Plas, toen hij de koffie, die ik gehaald had, aan mij betaalde met allerhande kleine munten in de kantine van de Leidse IJshal.
"Wat betekent die uitdrukking?", vroeg ik.
"Het is het bij elkaar schrapen van je laatste kleingeld in de hoop, dat je dan genoeg hebt voor een laatste borrel."
Om half 12 's ochtends waren wij nog niet aan een borrel toe. We hadden met de krasse knarren heerlijk gereden. Dit seizoen gaat het op donderdagochtend harder dan in voorgaande jaren. En vandaag was één van de snelste, zo niet de snelste training van schaatsseizoen 2010-2011.
Voor het eerst liep het na de natuurijsperiode technisch weer lekker, vooral ook in de bochten. Het linkerbeen kan nog beter, maar vergeleken met met name de dinsdagavonden ging het stukken beter. Bij het inhalen van grote groepen moet je dan vrij smal schaatsen, terwijl ik een vrij brede slag heb. Er sluipt dan gaandeweg de avond toch een mindere bochtentechniek in mijn rijden.
De ochtend begon trouwens erg vreemd. Bij aankomst bij de IJshal stond er een ambulance voor de ingang, terwijl Joop van Kleef en ik de eerste schaatsers waren. Eén van de ijsmeesters wilde de deur naar de binnenbaan open doen om daar te kunnen dweilen. Hij was van de Zamboni afgestapt en op het immer gladde ijs uitgegleden en op zijn achterhoofd terecht gekomen.
Bij deze wens ik ijsmeester Hans namens de hele krasse knarrengroep van harte beterschap!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten