Vandaag stond er in Trouw een ingezonden brief over de Gemaksschaats, dat mijns inziens een paar onjuistheden bevatte. Ik heb dus een ingezonden brief naar Trouw gestuurd om de heer Groot van repliek te dienen.
Gemaksschaats
Dat er bij de afgelopen schaatsperiode veel botbreuken voorkwamen, is voor een flink deel toe te schrijven aan de onervarenheid van veel schaatsers. Er zijn zeer veel mensen, die nooit oefenen op een kunstijsbaan, en dan met een verkeerde houding weg schaatsen op natuurijs met al zijn oneffenheden en scheuren.
Fred Groot denkt, dat dit aan de noren ligt en beveelt klapschaatsen aan, omdat je daarmee minder kans hebt om te vallen, omdat je met het middendeel afzet. Iedere schaatstrainer zal beamen, dat je niet met het middendeel van je schaats af moet zetten, maar dat je achterop moet zitten. Met andere woorden: je moet de druk achterop je schaats hebben bij de afzet.
Pas op het allerlaatste stuk van je afzet komen het middendeel en de punt van de ijzers aan bod als je nog een laatste zetje geeft. Dit is het grootste voordeel van de klapschaats: je kunt je voet veel natuurlijker afwikkelen.
Maar met klapschaatsen loop je juist een veel grotere kans op een harde smak op het ijs! Als je met je vaste schaatsen in een scheur rijdt, dan val je, maar doordat je schaats min of meer vast zit, val je wat trager. Bij de klapschaats zit het ijzer vast, je wordt over het kantelpunt geworpen en wordt als het ware gelanceerd. Je valt harder en sneller. De klapschaats is dus met recht een klapschaats.
Tot slot vraagt de heer Groot, waar de moderne “gemaksschaats” blijft. Welnu, die is er allang! De kluunschaatsen. De langlaufschoenen geven steun boven de enkels, ze zitten comfortabel, je krijgt er geen koude voeten in, ook niet bij -18. Bij het klûnen zijn de ijzers met een simpele klik los en na het lopen klik je ze zo weer vast. Worden de schaatsen bot: dan doe je ze aan de andere voet, en je hebt weer scherpe ijzers.
En door de ronding van de Friese doorloper rij je bijna uit iedere scheur. Bij de Elfstedentocht, die ik op 11 februari gereden heb, ben ik slechts één keer gevallen: in het donker op het verrot gereden ijs vlak voor de Bonkevaart.
Deze zeer ervaren natuurijsschaatser kan iedere toerschaatser de kluunschaatsen van harte aanbevelen.
Bert Breed
Auteur “Molen- en Merentocht”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten