zondag 17 maart 2013

Veurschotenloop


Heel vaak valt de Voorschotenloop samen met de Winterbiatlon van de IJVL. Dit jaar een keertje niet, zodat dit de eerste langere afstand in de aanloop naar de marathon van Leiden zou worden. Hans Boers en ik hadden afgesproken om de 10 Engelse mijlen te gaan lopen. Jaap de Gorter en Robert Nozeman, die eveneens in training is voor de Leidse marathon, liepen zeer continentaal de 10 km.

De vele sneeuw, en dan met name het met grote regelmaat preventief strooien van pekel, had zijn tol geëist. Mijn fiets begint door te trappen: de meest gebruikte tandwielen zijn te ver afgesleten. Dat wordt binnenkort naar de fietsenmaker.
Dit bracht mij gisteren op een idee. Het is heen en terug bijna 5 km lopen naar het veld van Voorschoten '97. Als ik lopend er naar toe zou gaan, zou ik in totaal een halve marathon lopen.
Zo gezegd, zo gedaan. Op de Velostrada werd ik ingehaald door de fietsende Jaap de Gorter. In een iets hoger tempo liep ik naar de kantine, waar we in moesten schrijven. Hans Boers had dat al gedaan.
Na 3 rondjes ingelopen te hebben om het hoofdveld van voetbalvereniging Voorschoten '97 heen, begaven we ons naar het startvak, waar om 10 over 12 het startschot voor ons klonk.

We begonnen in de middenmoot en schoven langzaam maar zeker een beetje naar voren. Ons tempo ging dus omhoog. Zo kon mijn directrice vanuit haar huiskamer zien, dat ik ook op mijn vrije dag mijn best doe. Langs station Voorschoten, vaak het vertrekpunt van onze trainingslopen, liepen we naar de Horstlaan, waar Hans en ik afscheid namen van Jaap.
Onder het spoor door betraden we het grondgebied van de voormalige gemeente Veur.

De Veurseweg in Voorschoten herinnert nog aan deze gemeente, waarvan ik in de Leidse IJshal een aantal jaren geleden een mooie anekdote hoorde. Ton Togni, één van de "Krasse knarren", was de laatste geboren baby in de gemeente Veur.

Via de Northeyweg liepen we naar de Veurseweg, waar we over de oprijlaan van kasteel Duivenvoorde een extra kilometer liepen. Zo'n extra lus geeft je altijd een dubbel gevoel. Tot het keerpunt zie je allemaal renners teruglopen, die een voorsprong op jou hebben. Na het keerpunt krijg jij de kick, doordat je iedereen ziet, die je op achterstand hebt gezet.

Dit herhaalde zich, toen we de Kniplaan opdraaiden en aansluitend een stuk van de Oostvlietweg heen en terug moesten lopen. Op de brug over de Vliet zagen we de Vogelplas, waar ik exact 2 maanden terug de allereerste schaatser op dit kleine meer was. Om er aansluitend nog 5 dagen heerlijk te schaatsen in de meest uiteenlopende weersomstandigheden.
Vandaag waren de weersomstandigheden prima. Het was een graad of 5, het was droog en er stond weinig wind. Prima loopweer. Dat deden we ook tot ik op een stoeprand een beetje mis stapte. Gelukkig sloeg mijn enkel niet dubbel. Bij dezelfde bocht kreeg Hans een beetje last van de kruisbanden achter zijn knie. Ik kende dat verschijnsel maar al te goed. Bij een training voor en tijdens de marathon van Leiden had ik er ook last van.
Dan is er maar één oplossing: temporiseren.
Dat deden we dan ook. Diverse lopers, die wij de laatste 5 km hadden ingehaald, deden nu hetzelfde met ons, maar dat deerde ons niet. We liepen over de Velostrada en door de straten van Voorschoten af op een keurige brutotijd van 1.19 blank, samen met Heidi Ketelaars, de snelste Voorschotense vrouw. Onze nettotijd zou 1.18.25 worden. Hans werd daarmee 95e op de 10 Engelse mijl, ik daarmee hekkensluiter op de 10 km, ver achter Robert Nozeman, Kobus Turk en Jaap de Gorter.

Met zware bovenbenen liep ik de laatste 2,5 km van mijn eerste halve marathon van 2013 naar huis. Ondanks de laatste plaats had ik toch een goed gevoel: mijn vorm is in okay.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten