zondag 2 juni 2013

Rhijnauwen

De familie Maaskant had elkaar de laatste jaren regelmatig gezien. Veelal betrof het begrafenissen. Om elkaar nu eens in wat vrolijker omstandigheden te zien, hadden Ada en haar zus Marja een familiereünie van de Maaskanten georganiseerd bij theehuis Rhijnauwen in Bunnik.
Deze omgeving was mij niet geheel onbekend. In mijn hippiejaren ben ik er een paar keer geweest met jongerenkoor Oktopus uit Nieuw-Vennep, waar we in juni de afsluiting hadden van een jaar zingen. We logeerden in jeugdherberg Rhijnauwen, waar door één of andere wonderlijke speling van de natuur de nachtrust altijd zeer kort bleek te zijn. Daar we de slaap daar toch niet konden vatten, feestten we maar zo lang mogelijk door....

De weersvoorspellingen voor gisteren waren prima: het zou lekker weer worden. Nou, dat viel 's ochtends flink tegen. Om 10 uur zaten we op de fiets naar Leiden Centraal, waar we de trein naar Woeden zouden nemen.

Vlak voor we hier waren vroeg ik aan de conducteur, aan welke kant we eruit moesten. Deze Surinamer wist het niet, daar het in Woerden nogal eens wisselt.
"Waar moeten jullie naar toe fietsen?", vroeg hij belangstellend.
"Naar Bunnik", antwoordde ik, waarop hij zei: "Mij veel te ver. Acht kilometer fietsen vind ik al meer dan genoeg. En weer u waar dat door komt? In Nederland heb je altijd tegenwind!"

Ana had er een lot- en bondgenoot bij en wij hadden de lachstuipen!
Vanaf station Woerden volgden we de LF4a, de Midden-Nederland route, die ons slingerend over stille wegen en fietspaden voerde. Deze route vertoonde nog meer kronkels dan de Krommer Rijn.
De route kwam deels door het gebied, waar ik een paar jaar geleden de Kasteel- en Molentocht had geskeelerd. We kwamen in de krachtige noordwestenwind ook langs kasteel Haarzuilens, waar het erg druk was. Er was een of andere Middeleeuwse fair bezig.

Met een koets werden enkele edelen aangevoerd. Uit een grote tent klonk het geluid op van een dj, die een soort housemuziek ten gehore bracht.
"Dat is geen Middeleeuwse muziek", zei ik tegen een in pagekleding gehulde kaartjesverkoper bij het poortgebouw van het kasteel.
"Nee", antwoordde hij gevat: "Het is middelmatige muziek!"
Wij fietsten met zijn vieren door en alles ging goed tot Leidsche Rijn, waar de bewegwijzering van de LF4a toch wel erg vaag begon te worden. We zochten onze eigen weg en kwamen zo uit op de brug over het Amsterdam-Rijn-kanaal.
In het centrum van de Domstad stond alles in het teken van de viering van 300 jaar "Vrede van Utrecht".

Dat waren nog eens hippiejaren!
Aan de voet van de Domtoren aten we een paar stukken door Ana gebakken tortilla. Siebe ging met zijn Spaanse schone Utrecht verkennen, terwijl ik met Ada doorfietste naar Rhijnauwen. Om half 2 waren we volgens afspraak bij het theehuis.
De zon was inmiddels doorgekomen en het was meteen aangenaam weer, vooral omdat in een bos de wind altijd stukken minder is.
Nadat er wat afspraken voor de rest van de dag gemaakt waren, mochten we op het terras wachten op de rest van de familie Maaskant. Dit was niet bepaald een straf.
Vanaf 2 uur kwam de familie binnendruppelen. Tante Aat, de mater familias, kwam als eerste. Deze tweelingzus van Ada's veel te jong gestorven moeder was meegereden met haar zoon Ko, zijn vrouw en zijn kinderen.
We werden naar binnen gedirigeerd, waar we de helft van een vleugel van het theehuis tot onze beschikking hadden. Ik zat naast Eddy Smit, net als ik een verwoed schaatser en fietser. Aan gespreksstof was geen gebrek.
Om een uur of half 4 gingen we met bijna iedereen een wandeling maken over het landgoed Rhijnauwen en Oud-Amelisweerd. Onder het ons zo bekende poortgebouw door kuierden we naar de brug over de Kromme Rijn, waar het op deze heerlijke lentemiddag druk was met kano's. Het was tijdens de wandeling dus Maaskant op de Rijnkant.
Een van mijn dochters belde, dat ze eraan kwam met haar OV-fiets, toen we op de lange laan van Oud-Amelisweerd liepen. Ik bood aan om op haar te wachten, terwijl de rest van de familie een kronkelig pas in sloeg.

Hoe kronkelig het pad was, bleek niet veel later. Bij Fort Rhijnauwen, onderdeel van de Hollandse Waterlinie, stond het hek open en er stonden een paar fietsen gestald. Al kletsend werd het bordje "Geen vrije toegang" gepasseerd en het gezelschap inclusief kinderwagen, wandelde op de bunker af.
Een boswachter op de fiets kwam ons tegemoet gereden, versperde de weg en maakte duidelijk, dat dit niet helemaal de bedoeling was. Wij maakten rechtsomkeer en gingen terug naar de ingang, die nu uitgang geworden was. Het was duidelijk: de vermaning was terecht. De familie Maaskant had het rechte pad verlaten!
Nadat de verloren zonen en dochters weer op het rechte pad waren aanbeland, liepen ze linea recta naar het theehuis toe, waar op het terras witbier en andere dranken werden genuttigd voordat we aan het pannenkoekenbuffet begonnen. Ik zat bij Ko Roebers en Ada aan de kop van de tafel. Het was erg gezellig om met de gemoedelijke familie Maaskant aan tafel te zitten.
Bij het ijstoetje stak ik over en zat bij Han en Ineke Tichelaar en mijn schoonvader aan tafel, terwijl Siebe en Eddy het op de andere hoek van de tafel uitgebreid hadden over fietsen en wielrennen.
Om 8 uur vertrok iedereen in kleine clubjes, om half 9 stapten wij op de fiets voor nog een klein ommetje door Rhijnauwen en Amelisweerd naar Utrecht Centraal te fietsen. We waren net te laat voor de trein van 5 voor 9, zodat we bijna een half uur moesten wachten op het perron, voordat we naar Leiden af konden reizen.
Op mijn kilometerteller stond 50 km als dagtotaal. Siebe en Ana, die 's middags nog naar de piramide van Austerlitz waren doorgefietst, moeten minstens 70 km gereden hebben. Maar ja, het was gisterenmiddag dan ook heerlijk fietsweer!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten