Om 6 uur waren we wakker. De tent was al behoorlijk droog en daar andere campinggasten ook aan het ruimen waren, besloten we dit voorbeeld te volgen. Om kwart ver 6 werd de buitentent eraf gehaald, terwijl ik de binnentent nog aan het uitruimen was. Het begin van een chaotische dag.
Om 7 uur ontbeten we op het terras van restaurant Rhein-Perle. Een half uur later kwamen de eerste medewerkers van de camping, die Ada duidelijk maakten, dat dit niet de bedoeling was.
We pakten de bestelde broodjes, aten de croissantjes en om 20 voor 8 fietsten we de eerste meters van de Schwarzwald Panorama-Radweg.
We verlieten vrijwel meteen de Rijn om langs de Wutach te fietsen. Alles ging goed tot we in Tiengen langs de houten brug reden. Zoveel overdekte houten bruggen zijn er niet. We fietsten door, maar er kwamen geen richtingborden meer. Een steil klimmetje later nog niet. We reden weer terug en vanaf deze kant kon je de ijzeren paal met richtingbordjes in het struikgewas zien liggen.
We klommen naar Lauchringen, waar we in de Hauptstrasse bij Rewe wat boodschappen deden. Ada dronk koffie, ik een halve liter koude chocolademelk. Een kilometer verder pinde ik geld om het weekeinde door te komen.
We zaten op de route en klommen heel langzaam steeds wat hoger door een prachtig landschap. Via Wütoschingen en Degenau reden we op deze half bewolkte ochtend noordwaarts. Het was redelijk druk. Meer mensen hadden het idee opgevat om te gaan fietsen. Het vrij brede dal met aan weerszijden vrij hoge heuvels had veel weg van het Weserdal.
Tot Eberfingen verliep de route redelijk gelijkmatig, maar daar begon het klimmen.
Ik kwam er achter, dat ik mijn wielerhandschoenen in Lauchringen had laten liggen. Mijn moeder zou zeggen: "God straft onmiddellijk", want eerder die week had ik Ada de maat genomen, toen zij haar handschoenen niet kon vinden.
Even later reden we langs een boer, die vlak langs de weg hooi aan het keren was. Ik kreeg wat in mijn oog en liep voortdurend te tranen. Nota bene mijn rechteroog, die beter is dan mijn linker.
In Stühlingen was een fietsenmaker, maar de deur zat met een briefje: "Sorry, we're riding". We stonden dus voor een gesloten deur. Ik kocht wel bij een textielzaak 3 paar katoenen sokken, zodat ik het laatste paar met gaten erin eindelijk af kon voeren na een week gebruiken, wassen, gebruiken etc.
De volgende fietsenmaker was in Bonndorf, 21 km verderop. We hadden met veel klimmen voor de boeg exact 2 uur om in Bonndorf te geraken. Tot Grimmelhofen ging het over een onverhard pad door het bos langs een beek. Daarna verschenen de eerste pijlen op de kaart. Bij Lausheim was een terras tussen een steil stuk en een licht stijgend stuk.
De omgeving was erg mooi, maar daar heb je minder oog voor als je op tijd rijdt. En wat dat oog betreft: het rechteroog begon steeds meer te irriteren. Het klimmen ging na Lausheim gewoon door.
Desondanks zag het er naar uit, dat we net op tijd in Bonndorf zouden zijn nadat we de vlakte met akkers en uitzicht op de bergketens rondom gepasseerd waren.
Er stond een bord voor auto's met "Bonndorf 2 km". Ik wilde het fietspad volgen. Ada keek zonder leesbril en we hadden een prachtige, bochtige afdaling en we kwamen uit in....Brunnadern, een klein boerendorp. Van hieruit was het nog 8 km voornamelijk klimmen naar Bonndorf.
De wielerhandschoenen kon ik vergeten. Wat ik niet vergeten kon, was de pijnscheuten in mijn oog. Bij Wellendingen namen we onder een boom een lunchpauze. Ik depte mijn oog met koel water, maar dat gaf niet bepaald verlichting. Af en toe leek het er op, maar de irritatie kwam steeds terug.
Toen we in Wellendingen ook nog eens verkeerd reden, was voor mij de grens bereikt. Ik reed terug naar de drukke autoweg en vandaar naar Bonndorf, waar we 10 over 2 aankwamen.
We streken neer op een terras voor appelsap en jus d'orange en om de bidons te vullen. De zon was doorgekomen en het werd erg warm.
We klommen naar de Philosofenweg, waar we een prachtig uitzicht hadden.
We daalden in het bos af over een onverhard pad. Hier had ik het meeste last van mijn geïrriteerde rechteroog. Met dit oog gesloten daalde ik over dit stoffige pad af met mijn 30% slechtere linkeroog als kompas.
Zonder brokken kwamen we bij Gunderwangen op het verharde fietspad over een oude spoorbaan. Redelijk vlak, met grote diepte een paar meter naast de hekken. We reden over een paar spoorbruggen en kwamen in Lenzkirch, waar we een plek mochten zoeken op het achterste veld met bijna geen schaduw.
Ik ging douchen, terwijl Ada de tent inruimde. Daarbij liet ik veel water lopen in mijn bloeddoorlopen oog. Het verzachtte de pijn een beetje.
Ada ging daarna douchen en deed meteen boodschappen in de kampwinkel.
Ze kwam meteen terug met 2 ijsjes en 2 biertjes: Lenzkircher Landbier van Ernst Rogg. de brouwerij, die op de camping staat!
We hadden 76 km gefietst op deze dag vol hindernissen, waarbij ik me afvroeg, of de horzelbeet, waar ik de afgelopen week zo'n last had gehad, toch niet gewoon een teek was geweest.
Om 7 uur waren we op het terras van Kreuzhof te vinden, waar de bier van eigen brouwerij vergezeld ging van streekgerechten. Ada had gemarineerde cantharellen, ik runderragoôt met o.a. cranberries.
De dag erop wachtte ons een klim naar 1100 meter. Met een geïrriteerd oog voor mij een reden om vroeg naar bed te gaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten