Skeeleren is duidelijk een mooi weer sport. Als het regent, gaat het niet door.
Maar soms heb je van dat weer, waarvan je niet weet, waar je aan toe bent. Zoals vanavond.
Vanmiddag had ik op buienradar gekeken. Om 7 uur was er geen vuiltje aan de lucht. Rond die tijd stapte ik naar buiten en heb begon net zachtjes te regenen. Ik fietste naar Jos Drabbels en na enig overleg besloten we toch naar Leiderdorp te rijden. Met de auto weliswaar, maar we gokten erop, dat het daar droger zou zijn.
Dat bleek inderdaad het geval te zijn. Het was droog, toen we bij de skeelerbaan aankwamen. Het had wel geregend, maar je gleed niet weg bij de afzet, dus er kon geskeelerd worden.
Onder leiding van Tjeerd Wierdsma reden we 4 grote en 4 kleine rondjes in, waarna we aan een serie Steigerungen zouden beginnen. Het begon te regenen, dus wij reden snel richting kantine, maar voor we daar waren, was het al weer droog, zodat de oefeningen alsnog uitgevoerd konden worden. Echt weer tussen mal en dwaas.
Nu heeft elk nadeel zijn voordeel. Doordat het nat was, reed je voorzichtiger. En als je wat langzamer skeelert, heb je meer tijd om rust in je slag te brengen en de oefening technisch beter uit te voeren.
Na wat olifantenoren geoefend te hebben, zouden we wat meer gaan letten op de houding. De training werd echter afgeblazen, doordat de hemelsluizen écht open gingen. Het was duidelijk niet meer tussen mal en dwaas in!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten