Een bekend Nederlands spreekwoord luidt: "Appels met peren vergelijken". Daarvan is sprake als je probeert twee totaal verschillende dingen met elkaar te vergelijken.
Over het algemeen lukt dat niet zo erg. De laatste maanden zie je echter in kranten met enige regelmaat artikelen verschijnen over appelvormig en peervormig en daarmee bedoelen ze dan niet het fruit. Het gaat dan over het gen, dat gevonden is en dat de appel- of peervorm bij mensen bepaalt.
Vet op je billen en heupen is gezonder dan vet rond je buik. Je kunt dus beter een peervormige dan een appelvormige bouw hebben. Bij de appelvorm zit het vet in en rondom de buik, bij de peervorm zit het meeste vet rondom de heupen en dijen. Met name het vet in en rondom de buik zorgt voor een verhoogd risico op hart- en vaatziekten.
Daarbij zijn vrouwen in het voordeel. Bij mannen is het vet vaker verdeeld volgens de appelvorm en bij vrouwen volgens de peervorm.
Nu ken ik mijn vrouw alleen als immer ranke den, dus er zat niets anders op dan haar te vragen, of ze een appel of een peer was.
Mijn oogappel bleek een peer te zijn.
Bij mij is dit een overbodige vraag gezien de lieftallige opmerkingen over mijn blubberbuik.
Als ik aankom of als ik afval, is dat duidelijk te zien. Nu fluctueert het gewicht al jarenlang tussen de 67 en de 70 kilo, dus daarover hoef ik me geen zorgen te maken. Maar met name bij het hardlopen is 67 kilo toch een stuk lekkerder dan de 70, die ik momenteel weeg.
Aan één ding kan het in ieder geval niet liggen: te weinig bewegen.
Zal het dan toch aan de genen liggen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten