Als je kunt spreken van een thuiswedstrijd, dan valt de Henk Hakker Memorial in deze categorie. Toch is het alweer een paar jaar geleden, dat ik deze 30 kilometerloop van de Leiden Road Runners Club. De afgelopen jaar viel de Henk Hakker Memorial samen met Hollen door de bollen en daar de Bollenstreek in deze tijd van het jaar op zijn mooist is, gaf ik de voorkeur aan de tulpen en narcissen boven de rietkragen.
Om 9 uur fietste ik de 4.290 meter naar het clubhuis van de LRRC, waar ik met voor € 4,- inschreef. Het zou voor mij een échte Dag van de Arbeid worden.
In de kleedkamer speldde ik startnummer 30061 op mijn hardloopshirt van de Leidse IJshal en deed mijn lange hardloopbroek uit om die te vervangen door een korte.
Ik liep naar de startplek, waar ik bij de atleten voor de verschillende afstanden IJVL-lid Fons Delforterie tegenkwam. Binnen de minuut klonk het startschot. Na 12 seconden passeerde ik de startstreep en liep richting Korte Vliet. Na een klein bochtje aan de Voorschotense kant liepen we langs de Korte Vliet. Ik liep gelijk op met een Katwijker, die de 10 zou lopen. In Leiden Zuid-West maakten we eveneens een klein rondje, waarna we langs de Korte Vliet en de Vliet naar de Lammebrug liepen.
Over de Oostvlietweg gingen we naar de Vlietlanden toe. Op dit stuk kwam ik de fietsende Willeke van der Weide tegen. Ik had het idee, dat ze bij roeivereniging Rijnland vandaan kwam.
Ik liep in mijn eentje, daar het aantal deelnemers aan de 30 kilometer niet bijster groot was. 100 meter voor me liep er eentje en 100 meter achter me eveneens. Bij de tweede drinkpost nam ik twee stukjes banaan en een beker koude thee. Ik werd tijdens de theepauze gepasseerd door de loper achter me.
Op zich niet zo'n probleem. Ik had meteen een mooi richtpunt. Binnen een kilometer had ik hem weer bijgehaald op het bochtige fietspad, waarbij het toepassen van de stelling van Pythagoras bij iedere bocht een paar meter winst opleverde.
Als bibliothecaris heb ik geleerd om mijn klassiekers te kennen.
Zo liet ik de passant van de theepauze achter me en sloop langzaam maar zeker naar de man voor me toe. Ter hoogte van de Vogelplas haalde ik hem bij. Maar ja, de Vogelplas is natuurlijk MIJN terrein.
Met Dennis Jansen in mijn kielzog liepen we samen af op Leidschendam, waar de verste drinkpost was. Naast een stuk banaan, twee bekers koude thee en een stroopwafel nam ik mijn meegebrachte energiegel. De rest van de groep was er al vandoor, zodat ik met een paar hectometer achterstand in mijn eentje moest beginnen aan de tocht langs de Vliet. Tegen een paar lopers, die kop over kop lopen tegen de wind in ben je dan kansloos.
Die tegenwind was trouwens best lekker, want het was na een koude nacht wel behoorlijk opgewarmd in het lentezonnetje. Dit fraaie lenteweer had veel fietsers en wielrenners aangetrokken. Het was op de terugweg nog drukker dan op de heenweg.
Bij de Lammebrug aangekomen moesten we nog een rondje van 3 kilometer door "Cronesteyn" lopen. Voor mij geen onbekend terrein na 29 jaar droogtraining bij de IJVL. Het had als bijkomend voordeel, dat het mentaal zwaarste rondje van de Henk Hakker Memorial eruit was gehaald. Voorheen kwam je langs de Voorschoterweg onder het finishdoek door, waarna je nog een rondje van 3 kilometer om de voetbalvelden moest lopen.
Op de laatste kilometer haalde ik nog een loper in, waarna ik in 2.39.53 als 12e over de finish kwam. Met aftrek van de 12 seconden is de eindtijd 2.39.41 geworden. Het is weliswaar een kleine 6 minuten langzamer dan mijn snelste Henk Hakker Memorial, maar het is wel een kwartier sneller dan mijn langzaamste.
Wat dit zegt over de marathon van Leiden? Niet zo heel veel. Op de 2.33.55 volgde een marathon van 4.00.06, op de 2.54 volgde er eentje van 4.03.48, terwijl op de modale 2.41.46 samen met Hans Boers een maand later 3.56.39 uit de bus kwam rollen.
Ik laat me verrassen. Het duurvermogen is in ieder geval in orde. Op Hemelvaartsdag nog even de halve marathon bij de Hanepoelloop doen en dan ben ik klaar voor de marathon van Leiden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten