Gehuld in een regenpak fietste ik gisterenavond om kwart over 8 vanaf mijn werk naar de Leidse IJshal, waar de tweede avond van de SIC-cursus was. Gelukkig werd het al snel droog, zodat ik mijn regenbroek voor niets had aangetrokken. Maar liever dat dan omgekeerd.
De cursusavond ging over het aanleren van vaardigheden. In 2 groepen van 3 moesten de cursisten of een voetbal hooghouden, hetgeen Jaap Kroes tot in de puntjes bleek te beheersen, of moesten leren jongleren met 3 ballen.
Het ging niet zozeer om de vaardigheden als zodanig, maar meer over HOE je de oefeningen deed. Veelal was dit in deelvaardigheden gehakt.
Dat was eigenlijk niet mogelijk bij het kroegspelletje met de bierviltjes. Van onderop moest je deze omhoog slaan en deze dan vangen, voordat de viltjes op de tafel landden. Deze oefening viel niet in deeloefeningen op te splitsen.
De uitkomst van deze oefeningen was, dat er eigenlijk 2 manieren zijn om een beweging aan te leren: van deel naar geheel en omgekeerd van geheel naar deel. De ene keer is de ene manier beter, de andere keer de andere. Voor iedere trainer is het de kunst om uit te vinden, welke methode het beste werkt bij welke oefening.
Een kant-en-klaar-pakket is er niet....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten