Er was aangekondigd, dat dit een stormachtige dag zou worden. Hetgeen ook klopte. Vanmorgen viel het nog wel mee, maar naarmate de dag vorderde, werd de wind krachtiger.
Om half 9 deed ik nog wat boodschappen, voordat ik naar de Vondellaan fietste, waar ik in de Leidse IJshal met de "Krasse knarren" mee zou schaatsen. Ik was zeer benieuwd, hoe dat zou gaan. Ik was aardig door de griep heen gekomen, maar het effect ervan zou ik pas weten na de eerste rondjes.
Nou, ik merkte meteen, dat ik een jasje had uitgedaan. Het ging niet onaardig, maar de spieren voelden toch slapper aan. Het druk opbouwen, toch een essentieel onderdeel van het schaatsen, was wat minder dan anders. Ik nam mijn plek aan de staart van het peloton in toen Wierd Wagenmakers begon en raakte redelijk snel op afstand, maar het ging op deze stormachtige dag toch beter dan verwacht.
Het ging zelfs zo goed, ondanks dat ik bij de 20 rondjes op driekwart ronde was gezet, dat ik de 25 rondjes gewoon op kop ging rijden. Eén van de schaatsers zei: "Je lijkt wel gek!"
En dat klopt ook wel: ik ben gek op schaatsen.
De snelle groep lapte me 1 rondje meer, een teken dat ik inderdaad wat minder hard ging dan gebruikelijk. Daar was ik best tevreden mee. Ik was niet zo gejaagd door de wind.
Het vervolg ging in omgekeerde volgorde hetzelfde: bij de 20 rondjes werd ik bijna gedubbeld door het peloton van 18 man, voor de rest kon ik aan de staart van het peloton aardig meekomen.
Bij de laatste 5 rondjes van Wierd reed ik wat meer aan de binnenkant midden in het peloton. Henk Distelvelt vroeg: "Ga je inhalen, Bert?", waarop een ander meteen aanvulde: "Je bent er gek genoeg voor!"
Hoe kom ik toch aan die naam?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten