Voordat we naar de Lokhorstkerk fietsten hing ik in de douche nog even de was op het rek, nadat we op deze heerlijke lentedag in het zonnetje in de tuin geluncht hadden. Daar ik voor de repetitie van de Leidse Koorprojecten mijn tanden wilde poetsen, legde ik mijn leesbril op het droogrek.
Beneden gekomen deed ik mijn brillenkoker in de muziektas en samen met mijn vrouw pedaleerde ik naar de Lokhorstkerk toe. Ik legde alle spullen klaar en pakte mijn brillenkoker. Mijn verbazing was groot, toen daar geen bril in bleek te zitten.
Op dat moment wist ik precies, waar de leesbril lag. Zonder bril zou de repetitie niks worden. Als ik echter naar huis zou fietsen, dan zou ik ruim een half uur repetitie missen. Mijn hoop was bepaald niet voor de eerste keer in mijn leven gevestigd op mijn vrouw. Ada had echter geen reservebril bij zich, maar ze had wel een zonnebril met leesvenster. En daar zat ik dan met een zonnebril in de kerk....
Als een soort Andrea Bocelli begon dit eenvoudige koorlid aan "Brindisi" van Giuseppi Verdi. Zonder Italiaans ging dit drinklied heel aardig, maar zodra we die lastige tekst moesten zingen was het allemaal stukken minder overtuigend.
Dat was bij gedeelten van "Gloria all'Egitto" uit "Aida" van Verdi ook het geval, maar nu alle bassen aanwezig waren konden we eindelijk eens "knallen" bij het priesterkoor. Maar niet alleen wij raakten beter in vorm, dirigent Wim de Ru was dat ook.
"Bassen, zongen jullie dat loopje in maat zoveel met opzet met een andere noot?"
Daar dat niet bepaald onze bedoeling was, kregen we het welgemeende advies om het toch op de toonhoogte te zingen, die de componist op papier had gezet.
We hadden een kwartier de tijd om in de stadstuin achter de Lokhorstkerk in het zonnetje te pauzeren alvorens verder te gaan met "Qui tollis" uit de "Messa di Gloria" van Gioachino Rossini
Dit voor ons nieuwe nummer gaf vanaf het begin niet zo heel veel problemen. Met de vrij felle zon door de kerkramen had ik wel profijt van de zonnebril. Dit voordeel viel weg, toen iemand de gordijnen dicht deed.
De gezellige repetitie werd besloten met het slotdeel van "Cum Sancto Spiritu", dat eveneens heel aardig ging.
Wim wist heel wijs de juiste toon te treffen: "Er zijn nog wel enkele verbeterpunten...."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten