Er stond een stapel oude spullen, die we weg wilden brengen naar de kringloop. Daaronder was een tweetal oude computers. Deze computers pasten niet in de fietstas. Derhalve zette ik met een paar handgrepen de oude rode fietskar in elkaar en maakte deze vast aan mijn oude Batavus Jakima.
Met Ada fietste ik naar het industrieterrein, waar "Het Warenhuis" gevestigd was. Ik had grote moeite om mijn vrouw bij te houden. Bij een fietskar met bepakking heb je constant het gevoel, dat er iemand aan je fiets hangt. Daardoor is het wel een goede krachttraining.
Na de lading afgegeven te hebben, zocht ik eerst een toilet op. De plaspillen werken nog steeds prima. Daarna fietsten we door naar "De Helianth" in de Herenstraat, waar we boodschappen deden, waaronder 3 zoutarme broden, die we besteld hadden. Je moet er wat voor over hebben om de bloeddruk omlaag te brengen.
Bij de kassa werd gevraagd, of we rendiermelk wilde proeven. Natuurlijk wilde ik dat, zeker toen ik hoorde, dat het van een boerderij uit Fryslân kwam. Ik ben niet voor niets ieder jaar rendier in de Leidse IJshal.
Even later werd me gevraagd, hoe de melk smaakte.
"Prima", antwoordde ik.
Rhean haalde het pak melk tevoorschijn. Het was de koeienmelk, die we zelf ook regelmatig kochten. Toen begon mij iets te dagen: 1 april. Was ik er toch ingetuind!
Nu we met de fietskar waren, leek het Ada handig om een grote zak tuinaarde te kopen om op de volkstuin plantjes op te kweken. Daar het handig was om het meteen naar de volkstuin te brengen, fietste ik in de regen maar meteen door.
Toen ik thuis kwam, stond er 22 kilometer op de teller. En dat allemaal zonder rendiermelk!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten