zondag 12 april 2020

Op zijn paasbest

Pasen is onvermijdelijk verbonden met het spreekwoord "op zijn paasbest".
Ja, en dan denk je natuurlijk meteen aan mijn trolmodel, pardon, mijn rolmodel als best geklede man van Nederland.
Voor het paasontbijt deed mijn vrouw daar nog een schepje bovenop. Ik vroeg haar om mijn baard bij te knippen. Dat deed zij voortvarend. Ze nam meteen wat hoofdhaar mee.
Ze vond mijn haar wat warrig worden. 
Zolang dat het enige warrige aan mij is, valt het wel mee.
Nu heb ik geleerd, dat je niet moet bewegen als je geschoren wordt.  Want voor je het weet, beland je dan in het Kalekoppenhuis.
Ada was blij, dat ik er op mijn paasbest uitzag, ik dat het meeste haar er nog aan zat. Zo zaten we allebei tevreden aan het paasontbijt.
Na thuis wat huishoudelijke klussen te hebben gedaan, fietsten we om half 2 naar de volkstuin.  We volgden de hint op van de titel van een van de sportboeken, die vandaag bij ons in de brievenbus werden gestopt.
Wij hadden geen last van afgesloten wegen.
Wij konden genieten van onze eigen tulpen op de volkstuin, die op hun paasbest waren.
Daar lunchten we in het waterig zonnetje.
Na een koude nacht was het een heerlijke paasdag geworden.
Na de lunch gaf ik de planten op de tuin en in de kas water. Om 3 uur kwam er een vriendin van Ada langs. Ik ging weg, daar het terras te klein was om constant op anderhalve meter van elkaar te kunnen blijven.
Via de Landgoederenroute, de Horstlaan en de Northeyweg fietste ik naar mijn schoonouders, waar ik wat vers geplukte broccoli aan de deur afgaf. We blijven voorzichtig op deze paasbeste paasdag.
Op weg naar huis zag ik in de berm al pinksterbloemen bloeien. We beleven bijzondere tijden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten