maandag 16 juli 2012

Zuiderzeeroute


Om half 8 wakker. Vandaag wachtte de Zuiderzeeroute. Het was nog dauwtrappen, maar het zonnetje deed zijn best om door te komen. De tent droogde redelijk. Onderwijl namen wij ons ontbijt. We tilden de tent op en zetten deze meer in de wind, terwijl we de fietstassen inpakten en oplaadden.
Om 29 voor 10 verlieten we camping "Seveningen". Door de polder Mastenbroek fietsten we met de wind in de rug op Genemuiden aan, waar we met een groep 8 van een basisschool uit Kampen op de veerpont naar Zwartsluis zaten. Ook al was de boot vol, toch bereikten we de overkant.
We maakten een toeristisch rondje door Zwartsluis om aansluitend langs de rand van de Wieden naar Sint-Jansklooster te trappen. Hier zocht ik koortsachtig naar de bekendste boerderijdeuren van Nederland: de deuren met de schaatser. Helaas kon ik de voormalige boerderij van Evert van Benthem niet vinden.

Maar mooi is het hier zeker op deze stuwwal boven de Beulaker Wiede. We lieten Vollenhove letterlijk links liggen en met de harde wind in de rug stoven we op Blokzijl af, waar we in de havenstad een terras aan het water vonden bij "Prins Mauritshuis". Het vruchtengebak was uitmuntend!
Vanaf Blokzijl namen we precies dezelfde route naar Kalenberg als een week of 6 geleden. We passeerden de plek, waar we de kano's gehuurd hadden bij Pieter Jongschaap.
Het kanaal was aanmerkelijk rustiger als op Eerste Pinksterdag. Wij reden door naar Ossenzijl en toen viel het ons op, hoe ver we die zondag hadden gevaren. Niet ver na het kanaaltje, dat de Kalenbergergracht kruiste, vonden we een bankje met mooi uitzicht, waar we om een uur of 1 onze lunch tot ons namen.

Vanaf Ossenzijl was het werken geblazen. De rest van de route hadden we vooral tegenwind. Langs het kronkelende riviertje zwoegden we naar Slijkenburg en naar Schoterzijl, waar we onder de dijk van de Noord-Oostpolder naar Lemmer reden. In deze gezellig drukke havenplaats zochten we een terras op om melk en thee te drinken.
De Zuiderzeeroute vervolgden we langs de Leijen naar Gaasterland, waar we in de bossen wat luwte vonden.

Vanaf Nijemirdum trapten we door licht glooiend land naar Oudemirdum, waar we bij de dorpspomp een appeltje voor de dorst namen. Het dorpje heeft wat weg van de dorpjes op de Waddeneilanden.
Er was een VVV, waar we even binnen liepen voor adressen van campings. Een gouden greep, want voor de aardigheid keken we, of de route van de Elfstedenroute nog hetzelfde was.

Nou, mooi niet dus. Met een nieuw boek van de Elfstedenroute verlieten we het pand.

Het betekende, dat we onze planning aan moesten passen. Maar dat was geen probleem. Met zijn tweeën ben je zeer flexibel.
Door de bossen van het Gaasterland reden we op de prachtige beukenlaan in het Rijsterbos aan. Aan de Zuiderzedijk pikten we de Elfstedenroute op. Onnodig om te zeggen, dat we op deze dijk alle wind vingen.

Via Laaksum en de Roode Klif kwamen we in Stavoren, ons startpunt van de Elfstedenroute. Letterlijk ook, want in het boekje staat een stempelkaart en bij de haven, waar we informeerden, hoe laat de boot naar Enkhuizen zou varen, kregen we onze eerste stempel.

Na een kort rondje door dit havenstadje reden we naar camping "Súdermeer", waar zoals gebruikelijk, de receptie gesloten was. We zochten een luw plekje voor de Susten 3XP. Het opzetten gaat steeds makkelijker.
Ada kookte de bij de Coöp gekochte groentenschotel met kip in de tijd, dat ik de tent inrichtte. Er was vruchtenyoghurt toe.

Na de vaat vertrokken we naar "De Vrouwe van Stavoren".

Daar brachten we de avond door met koffie verkeerd, thee en witbier.

De bui was langsgedreven. We hadden er 105 km opzitten op de Zuiderzeeroute, die tot Kampen te boek staat als LF 23 en erna als LF22.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten