Campingplatz "Königstein" was heel idyllisch gelegen aan de boorden van de Elbe met een prachtig uitzicht. Eén ding hadden ze er echter niet bij verteld: de treinen, die tot diep in de nacht vlak langs de camping denderden.
Een effectief middel tegen de slaap. Desondanks zeer diep geslapen tussen de slapeloze periodes door.
's Nachts hadden we trouwens een zeer heldere sterrenhemel. Je kon zelfs de Melkweg zien!
Om 7 uur werden we wakker. De nevel hing als een dikke deken over de bergen. De buitentent was nog behoorlijk nat. We ontbeten nog even om het tentdoek over een hek te drogen te leggen. Ik ging de € 15,- betalen en mijn ingehouden ID-kaart ophalen: "Ausweis, bitte!"
Om half 9 reden we van de camping af. Het pad, dat we uitgekozen hadden, bleek echter dood te lopen. Dus terug.
We reden naar het veerpont toe, dat ons naar de overzijde van de Elbe bracht. Na een paar steile klimmetjes bij Prossen staken we tussen Rathmannsdorf en Bad Schandau de Elbe weer over, dit keer over de brug.
We reden kilometerslang over een grotendeels goed geasfalteerd fietspad met aan de overzijde hoge toppen.
Af en toe maakten we een fotostop in nu nog de Sächsische Schweiz.
Het duurde niet lang meer, of we zagen aan de overkant Tsjechië al liggen. Dit was duidelijk te zien aan het oude douanegebouw, dat we passeerden.
Wij deden dat bij een ouderwetse grenspaal.
De Elbe heette vanaf hier Labe. We moesten in plaats van de Elbe-Radweg de gele borden met de fiets en de 2 volgen, maar het landschap veranderde niet in de Boheemse bergen.
Naast veel fietsers, die ons tegemoet kwamen, zagen we op het lichtglooiende fietspad minstens 10 skeeleraars.
Bij Decin moesten we naar de andere oever. De handigste manier was om dat over de brug te doen. Meteen aan de overzijde lag een Tsjechisch terras. Een goed begin van onze verkenningstocht.
Een ober sprak een mengelmoes van Duits en Engels en zo konden we koffie en chocolademelk bestellen met een heerlijke appeltaart. We konden in euro's betalen en kregen uitgelegd, waar we Tsjechische kronen konden pinnen. Bij de Raiffeisenbank trokken we 5000 kronen uit de muur. Ineens voel je je heel rijk.
Dat gold na de boodschappen niet meteen voor ons Tsjechisch taalgevoel. In een mum van tijd waren we de Elbe-Radweg kwijt en zaten we op route 15 langs een beek. Na enig navragen vonden we de route, waarna we onze prachtige tocht vervolgden. Af en toe zat er een klim of een afdaling in, maar het was prima te doen.
Vlak voor Usti hadden we bij een paar banken in de schaduw van een parasol onze lunchpauze.
Bij Usti wachtte ons een afdaling van 16%, maar de meest serieuze kwam bij de sluis ter hoogte van Schloss Schreckenstein. Hier zouden we de bepakte fietsen over een trap over de spoorrails moeten zien te krijgen.
Ada wilde de bagage al van de fiets af halen, maar Transportbedrijf Breed had een beter plan. Voor de sluizen was er een tunneltje naar rechts vanaf de sluizen. Dit probeerden we uit en over de vrij drukke doorgaande weg reden we 300 meter en we zaten weer op de route. Zonder gedoe met afladen en sjouwen!
We fietsten bij Cirkvice even door de heuvels met een stukje afdaling van 25%! Een pittige afwisseling van het pal langs de rivier fietsen.
In Libochovany namen we bij een dorpscafé appel- en aardbeiensap alvorens we een bord passeerden met "Praha 100 km". Ons reisdoel kwam nader!
Over onverharde paden, die af en toe meer weg hadden van een mountainbikeparcours, trapten we naar Litomerice. In dit stadje zochten we om 4 uur een camping. Op "Autocamp Slavoj", met een Nederlands sprekende Tsjech als beheerder, mochten we de tent opslaan voor 240 kronen.
Om kwart over 5 fietsten we naar Terezin, bij ons beter bekend als Theresienstadt.
Via een smal paadje kwamen we bij de Ohre een gedenksteen tegen. Hier werden de asresten van 22.000 slachtoffers in de rivier gedumpt.
In Terezin hadden de Nazi's in de Tweede Wereldoorlog een concentratiekamp, waar in totaal 140.000 mensen hebben verbleven.
Uiteindelijk overleefden van hen 4000 mensen het gruwelijke Nazi-regime.
Voor de poort was een enorme erebegraafplaats.
Vesting Theresienstadt was helemaal indrukwekkend.
Buiten Westerbork, een doorgangskamp, was ik nog nooit in een concentratiekamp geweest.
In de vesting, met het prikkeldraad her en der nog zichtbaar, ontbrak de uit Auschwitz bekende zin niet: Arbeit macht frei.
Per ongeluk werd er een schokkerig filmpje opgenomen bij de erebegraafplaats.
Deze korte film is kwalitatief stukken beter en veel informatiever.
Net als het aangrijpende boek van Jozef Bor: "Requiem Theresienstadt".
In het stadje Terezin, waar we een ijsje namen, zagen we de herinneringen aan het ghetto van Theresienstadt.
Het stadje toonde trouwens een mengeling van keurig onderhouden statige gebouwen en verpauperde straten.
Om half 7 reden we via route 6 terug naar Litomerice, waar we bij Interspar, een gigantische winkel, inkopen deden voor vanavond en morgen.
Terwijl ik op de camping bij het fototoestel en het mobieltje zat, die werden opgeladen en daar het dagboek bijwerkte, kookte Ada de aardappels met bloemkool. Er was yoghurt met abrikozen toe. Dat ging er wel in na 98 kilometer fietsen.
Het was een wisselende dag qua weer. Vanmorgen was het eerst nevelig, daarna zonnig en halverwege de dag zwaar bewolkt. De avond was licht bewolkt, maar de temperatuur was prima.
Om ons heen is op deze gezellige camping Tsjechisch, Duits, Deens en Nederlands te horen. Of we vroeg kunnen slapen is nog maar de vraag. Morgen staat de laatste 100 kilometer naar Praag op het programma.
Over 100 gesproken: een eeuw geleden barstte de Eerste Wereldoorlog echt los met de bezetting van Luxemburg door Duitsland.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten