Om 6 uur liep de wekker af in Huize Breed. Ik trok mijn sportkleren aan en ontbeet, voordat ik bepakt en bezakt om 7 uur op de fiets stapte.
Ik zou met Wim Slootweg meerijden, die ook Willem van Vliet oppikte op weg naar Haarlem. Om 8 uur waren we bij de Kennemer Kunstijsbaan, waar om half 9 het startschot zou klinken van de Bert Grotenhuis Bokaal, zeg maar de Haarlemse variant van de 1000 rondjes van Leiden.
Met een kleine 30 schaatsers stonden we aan de kant. De meesten vertrokken om half 9 met hogere snelheid vanuit het startschot. Zelf koos ik ervoor om het advies van oud-bondscoach Henk Gemser op te volgen: "Ga in gesprek met het ijs."
Het was al weer meer dan 2 maanden geleden, dat ik in Haarlem geschaatst had, dus het was geen overbodige luxe om eerst aan den lijve te ervaren, hoe goed het ijs gleed, terwijl een bocht van een 400-meterbaan ook totaal anders in dan in de Leidse IJshal.
Na een rondje of 5 werd ik al door de snelste rijders gelapt, maar het duurde nog tot het 20e rondje voor het grote peloton mij bij de kladden greep. Ik voegde me in het peloton en reed daarin mee tot de eerste dweilpauze na 72 rondjes.
Terug op het ijs na gegeten en gedronken te hebben herhaalde het patroon zich. Telkens als ik dacht om op kop te komen, slopen een paar schaatsers uit het peloton naar voren, zodat ik na 136 rondjes nog geen meter kopwerk had gedaan. Het was inmiddels zo warm geworden, dat ik de dunne fleece uittrok en met 2 laagjes verder schaatste.
IJsmeester Jan van Rijn was inmiddels ook gearriveerd en hij ging met ons mee het ijs op. Er werd met een jojo-effect gereden. In een paar ronden tijd ging het van 51 seconden naar 47 seconden per ronde, terwijl de volgende zelfs in 45 seconden ging om vervolgens na een paar rondjes weer terug te vallen naar 50 seconden.
Een intervaltraining is leuk, maar niet als je probeert de afstand van een Elfstedentocht te gaan schaatsen. Ik zette mij op kop van een groep afhakers en stond mijn plek niet meer af tot de dweilpauze na 201 rondjes.
Vanuit de herstart nam ik de koppositie en met een stabiel tempo met een lichte variatie deed het peloton tussen de 50 en 52 seconden per ronde zorgde ik voor een vlak schema tot we na 279 rondjes van het ijs af moesten.
Het was zonnig weer en er stond een matige wind, dus het was niet al te moeilijk om vlak te rijden. Dat deed ik dan ook maar in het volgende blok, dat mijn teller tot 362 zou brengen. Wim Slootweg had inmiddels zo'n 30 rondjes voorsprong op me genomen, terwijl Willem van Vliet na het jojo-rijden een kleine inzinking kreeg en zodoende ruim 20 rondjes achterstand opgelopen had.
Ik zat te rekenen of de 500 haalbaar was voor me, maar ik had grote twijfels. Na nog een blok met veel kopwerk kwam ik uit op 423 rondjes, zodat ik in de resterende 50 minuten nog 77 rondjes moest schaatsen. Ik vermoedde, dat ik in het zicht van de haven zou stranden, hetgeen ook geschiedde. Op vrijdag de 13e kwam ik 13 rondjes te kort....
Nu heeft vrijdag de 13e de naam een ongeluksdag te zijn. Ik had juist onwijs veel mazzel. In een bocht werd ik lichtjes aangetikt door een schaatser, die mij aan de binnenkant inhaalde. Hij verloor zijn evenwicht en ondanks een poging dit te herstellen ging hij onderuit. Zijn glijpartij versperde mij de weg. Pas net voor de houten loopplanken aan de buitenzijde kon ik op het nippertje voor zijn schaatsijzers op kniehoogte langs schieten. Ik kwam er zonder kleerscheuren vanaf.
Nu we het toch over de 13e hebben: dit was mijn 13e 200 kilometertocht. Formeel ben ik maar tot 195 kilometer gekomen, maar voor mezelf tel ik hem toch. Die laatste 5 kilometer had ik makkelijk uitgereden. Die 487 rondjes betekende trouwens een aardige verbetering ten opzichte van de Nierstichting Elfstedentocht in maart 2009. Toen was Yvonne van Gennip nadrukkelijk aanwezig. Vandaag ontbrak ze op de startlijst van de Bert Grotenhuis Bokaal.
Om 4 uur moesten we van het ijs af. Normaal gesproken was ik doorgegaan tot de 500 rondjes volbracht zouden zijn, maar deze optie was er helaas niet. Een andere optie was de prijsuitreiking bekijken. Bij de vrouwen was de winnares Ageeth Bosma tot 509 rondes gekomen, een volledige Elfstedentocht. Doortje, de dochter van Bert Grotenhuis, die een prachtige valbeweging heeft, was in haar eerste lange afstand tot 478 omlopen gekomen. Ze moet nog leren, dat je beter wat gelijkmatiger kunt rijden om krachten te sparen, maar dan komt ze er wel, want ze is een veel betere schaatser dan deze diesel.
De nummer 3 bij de vrouwen, Christien Bindels, was op 360 rondjes blijven steken. Ze moest een voortvarende start bekopen met een flinke terugval.
Bij de mannen was de Haarlemmer Evert Jan van Dijk winnaar tot het totaal van 555 rondes gekomen, terwijl Wim Slootweg met 1060 bochten de tweede plaats voor zich opeiste. De winnaar van het brons, Piet Schaafsma, was na 501 rondjes al naar huis.
Willem van Vliet had zijn persoonlijk record op 463 gebracht, zodat het IJVL-smaldeel in Haarlem goed voor den dag was gekomen. In de kantine klonken we op de goede afloop van dit evenement op vrijdag de 13e.
Nu de wintertriatlon en de winterbiatlon in Leiden zijn weggevallen als afsluiting van het schaatsseizoen, is de Bert Grotenhuis Bokaal een uitstekend alternatief. Volgend jaar ben ik in ieder geval weer van de partij.
Trots op de Leidse delegatie en diesel BB en de groetjes van Doortje
BeantwoordenVerwijderenBert grotenhuis
Leuk stuk Bert! Het was een mooie afsluiter van het seizoen, tot volgend jaar weer.
BeantwoordenVerwijderenDoor jouw stukje nog even na genieten van het gebeuren. groetjes Ageeth
BeantwoordenVerwijderen