zaterdag 16 april 2016

Rust zacht, lieverd


Het is vandaag een kwart eeuw geleden, dat mijn moeder aan het eind van de nacht haar laatste adem uitblies. De avond ervoor zorgde dit telefoontje ervoor, dat ik meteen op de fiets sprong en naar het station trapte: "Als je je moeder nog levend wil zien, moet je nu komen."
Ik was op tijd in het Diaconessenziekenhuis in Heemstede. Met mijn vader waakten hun 12 kinderen om beurten bij onze stervende moeder. Het zou nog tot een uur of half 6 duren, voor het zo ver was en er aan haar lijden een einde kwam.

Natuurlijk was ik verdrietig, maar ik werd ook heel rustig. Er was veel werk aan de winkel. Rouwkaarten maken en verzenden, het in elkaar zetten van de rouwdienst en het schrijven van het In Memoriam.

Uiteraard las ik deze in de Katholieke Kerk in Nieuw-Vennep zelf voor. Tot mijn stomme verbazing kon ik dit volkomen rustig doen. Het enige, waar ik spijt van heb, is dat ik bij het graf de aanwezigen naliet te bedanken. Dat liet ik over aan de de mensen van de begrafenisonderneming uit angst om te emotioneel te worden. Niet dus. De tranen komen bij mij niet zo snel.

Toch schoot ik eenmaal helemaal vol. Dat was toen we op haar sterfdag in de kerk kwamen, waar het stoffelijk overschot in de doopkapel was opgebaard. De tranen werden opgeroepen door de rouwkrans met daarop deze drie rake woorden, die alles zeiden: "Rust zacht, lieverd".

Geen opmerkingen:

Een reactie posten