zondag 22 mei 2016

Nummer 14 of "Ik heb het gevoel, dat ik door een kikker achtervolgd word!"

De hele week zag het er al niet al te best uit voor het weer van vandaag. Er zou regen vallen, en nog aardig wat ook. Alleen het moment waarop verschoof met elke update op Buienradar. De ene keer was het droog of vrijwel droog tijdens de marathon van Leiden, de andere keer zou het een behoorlijk natte loop gaan worden.

Door schade en schande heb ik geleerd om niet meteen uit te gaan van het slechtste scenario. En ziedaar, ook dit keer viel het heel erg mee. Vannacht heeft het behoorlijk geregend, maar daar heb ik niets van meegekregen. Ik sliep de slaap der rechtvaardigen.
Vanmorgen vielen er diverse buien, terwijl ik met mijn vrouw zat te ontbijten. Het regende nog steeds, toen ik om half 10 jaar Jaap de Gorter toe fietste.


Daar aangekomen was het inmiddels droog. Hans Boers was er ook al, toen ik aan kwam fietsen. Samen met Juul wandelden we naar de Garenmarkt, waar Hans startnummer 1789 op moest halen, een revolutionair nummer.

Zelf begon ik aan nummer 14, in het voetbal eveneens een revolutionair nummer. Hoewel ik betwijfel of Johan Cruijff ooit de marathon heeft gelopen, kan ik als sporter absoluut niet in de schaduw staan van de beste Nederlandse voetballer ooit.

In de miezerregen wandelden we naar de Langebrug, waarvandaan we plaats konden nemen in de startvakken in de Breestraat. Hans zat in vak D, Jaap en Juul in vak E en ik mocht vrij vooraan starten in vak B. Na het Wilhelmus werden wij weggeschoten.

Ik was blij, dat ik een paar maanden geleden de Mizuno-schoenen gekocht had, ook al hebben de Brooks iets meer steun. Doordat Mizuno veel meer grip heeft op een natte ondergrond, had ik daar vandaag enorm veel profijt van. Vrijwel overal was het wegdek nog nat.
Mijn hardloopjack, dat ik om mijn middel had gebonden, daar het inmiddels droog was, gaf ik na 3 kilometer lopen af bij Carl Flaman, de supporter der supporters. Zo liep ik verder in de bontgekleurde stoet richting Zoeterwoude.

Inmiddels was ik al ingehaald door Walter Boon, die in het kielzog van de pacers van 1.50 zijn doelstelling voor de halve marathon duidelijk maakte.



Doordat ik vrij vroeg van start gegaan was, was ik ook eerder bij de brug bij het Bommelmuseum, waar ik met Ada had afgesproken. Zodoende liep vandaag ik mijn vrouw mis. De gevolgen waren te overzien. Als dat in Dodewaard was gebeurd, dan had dat mijn leven niet ten goede gekomen.

Nu miste ik mijn krentenbol na 7 kilometer. Om de hongerklop te voorkomen nam ik bij iedere drinkpost, die ik tegenkwam ook een kwart of een halve banaan.
Op weg naar Groenendijk werd ik ingehaald door Hans Boers, die de halve marathon liep. Een klein stukje ervoor liep ik over een fietspad met aan weerszijden een boerensloot, waaruit voortdurend het gekwaak van kikkers opklonk.
De loper, die al geruime tijd schuin voor me liep, zei tegen zijn trainingmaten: "Ik geloof, dat ik door een kikker achtervolgd word!"
"Dat klopt", antwoordde ik geheel naar waarheid: "Kikker is mijn bijnaam!"

Bij het gezellige Groenendijk staken we over een pontonbrug de Rijn over, waarna het ineens een stuk rustiger was. Er liepen beduidend minder mensen naar Koudekerk dan naar Leiderdorp.
Op de Hondsdijk zocht ik na 13 kilometer een boom op om mijn blaas te legen. Terwijl ik hier mee bezig was, werd ik ingehaald door de pacers van 4 uur. Met een achterstand van 100 meter vervolgde ik mijn weg. In eigen tempo probeerde ik dichterbij te komen, maar dat lukte niet, mede omdat ik Shoes-gitarist Wim van Huis en Elfstedenmaat Evert Boekhout tussen het vrij massaal toegestroomde publiek ontwaarde.

Desondanks had ik de vrij grote groep met de pacers bij de drinkpost in Koudekerk te pakken, maar zij vertrokken, toen ik een beker sportdrank en een stuk banaan pakte. Op het fietspad door de weilanden richting Hoogmade leek de achterstand telkens iets kleiner te worden, maar dat was optisch bedrog. Telkens was er een afvaller uit de groep voor me, waardoor het leek, of ik dichterbij kwam.
In de geboorteplaats van mijn moeder liet ik de drinkpost voor wat hij was. Ik had 500 meter verderop mijn privé-drinkpost. Gé van Goozen en Willem van der Laan, die ik ken van de Leidse IJshal, hadden een blikje cafeïnedrank voor me klaarstaan. Halverwege de marathon werkte ik ook een energiegel naar binnen, zodat ik in 1.58.23 aan de tweede helft kon gaan beginnen.
Ik bedankte voor de goede zorgen en stak de weg over, waar ik mijn neef Leo van der Post gedag zegde. Onder een zeer dreigend wolkendek liepen we langs de A4 naar Oude Wetering. De bui trok kennelijk grotendeels langs ons, want op een paar spetters na kwam er niets naar beneden zetten.

In Nieuwe Wetering kwam ik langs het huis van Anneke Blom, die ik nog ken van "De Hobbit" uit Nieuw-Vennep. Na een kort praatje ging de route tegen de wind in naar de Koppoel.
ik vanaf Hoogmade begonnen was, steeds meer gestalte. Naarmate we dichter bij Leiden kwamen, haalde ik steeds meer lopers in. Dat was geen kunst. Steeds meer marathonlopers werden wandelaars.

Ook dit jaar was het absolute hoogtepunt van de marathon Oud-Ade. Het thema dit jaar was "Oud-Ade: Hemel op aarde".


We werden onthaald door veel monniken en nonnen, terwijl een pastoor driftig met een kwast wijwater de lopers zegende. Met in het wit geklede engelen tussen het publiek voelde ik me weer terug in het Rijke Roomse leven.

De ontnuchtering volgde bij het verlaten van Oud-Ade. Op een groot bord stond: "Van de hemel in de hel: nog 10 kilometer lijden naar Leiden." Dat gold voor de anderen, maar niet voor mij. Bij "Het Vennemeer" stond Ada op mij te wachten. Zij had, doordat veel wegen afgesloten waren, door dit deel van het Groene Hart gedoold, zodat we elkaar troffen op de tweede afgesproken plek.

Na wat gedronken te hebben en een tweede plaspauze haalde ik op weg naar de Zijl behoorlijk wat lopers in. Het berucht 35-kilometerpunt passeerde ik zonder inzinking.

In hetzelfde tempo liep ik de Sleutelstad binnen. Via de Zijlsingel liep de route van de Maresingel, waar Teun de Reede een foto van me nam, naar de Morssingel, waar we bij de Morspoort aan de laatste kilometer begonnen. Hier werd ik aangemoedigd door Jaap, Juul en Hans.


Mijn brutotijd was 4.10.23, netto rolde er een tijd van 4.06.33 uit.


Daarmee was ik 426e geworden van de 735 uitlopers van deze 14e marathon.
Na de medaille voor nummer 14 nam ik eerst een sportdrank, gevolgd door een tweetal biertjes.

Het wandelen over de Steenschuur en het Rapenburg ging niet helemaal lekker, maar de reden hiervan ken ik.
Bij Jaap en Juul nam ik nog een afzakkertje, terwijl we keken naar de klimtijdrit in de Giro d'Italia.
Met Hans fietste ik naar station De Vink, vanwaar we ieder op huis aan reden op deze dag, waarop we niet te klagen hadden over het weer.

Naschrift: de tijd van 4.06.33 is 14 minuten langzamer dan mijn allersnelste marathon, die ik uitliep in 3.52.06. Als je toch bezig bent met nummer 14, dan kun je het maar beter goed doen....

1 opmerking: