De dag voor een grote inspanning is altijd een wat vreemde. Je probeert zoveel mogelijk rust te pakken, terwijl je je mentaal aan het opladen bent. De dag voor mijn 14e marathon is wat dat betreft niet anders dan de voorgaande.
Vanmorgen maakte ik na een diepe slaap als eerste de w.c.'s schoon, een klus, die ik meestal zondagochtend voor mijn rekening neem. Mijn vrouw en ik ontbeten samen, waarna we in de Leidse binnenstad boodschappen deden op de markt en bij "De Helianth".
Na thuis koffie en thee gedronken te hebben, fietsten we samen naar de volkstuin, waar ik hielp met het zetten van een paar palen om een net overheen te spannen, zodat de vogels er niet vandoor kunnen graan met onze oogst.
Terwijl ik thuis mijn rust pakte, zwoegde Ada voort in de buitenlucht. Morgen zijn de rollen omgedraaid. Dan loop ik met startnummer 326 de marathon van Leiden.
Om kwart over 3 fietste ik voor de tweede keer naar het centrum van de Sleutelstad. Op de Garenmarkt haalde ik mijn startnummer op. Hier kwam ik Jaap de Gorter, Rob van Bladel, Teun de Reede en Fons Delforterie tegen. Met hen praatte ik even op het moment, dat de zon eindelijk door de wolken brak.
Thuisgekomen stond het dagtotaal op 29 kilometer fietsen, hetgeen niet gek is voor een rustdag.
Wie geen rustdag nam was Steven Kruijswijk. Deze Brabantse klimmer veroverde als tweede Nederlander na Tom Dumoulin in de Koninginnerit van de Giro d'Italia de roze trui.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten