Vanavond was er in de Leidse IJshal een trainersbijeenkomst van de IJVL, waarbij afscheid werd genomen van de trainers Bert Staal en Ronald de Rooij, die bij elkaar opgeteld een kleine halve eeuw schaatsles hadden gegeven.
Voorafgaand aan de bijeenkomst mochten de trainers zelf schaatsen op het spiegelgladde en keiharde ijs. Voor de meesten was het de eerste keer dit seizoen, dat ze schaatsen. Je hebt echter altijd voordringers....
Met een stuk of 30 schaatsers op de buitenbaan en een tiental kunstschaatsers op de buitenbaan, was het een prima ouverture van seizoen 2016-2017.
Het schaatsen ging lekker en dat ging ook op voor de bochten. Maar het gezelligheidsaspect speelde een minstens zo belangrijke rol. Rustig uitrijdend praatte je met deze en gene.
Vlak voor de bijeenkomst zei Walter Boon tegen mij: "Nog even een 1000 rijden!"
Uiteraard reed ik met hem mee.
Zelf had ik zojuist ook een 1000 gereden. Vanmiddag sprong de kilometerteller van 999,99 op 1000 om uiteindelijk op 1012 uit te komen. Alleen deed ik daar een maand over....
vrijdag 30 september 2016
Have a nice day, have an ice day
Gisterenavond fietste ik na mijn werk om kwart over 8 vanuit Katwijk naar de Vondellaan, waar ik in de Leidse IJshal een redactievergadering had met Michiel 't Hart.
Het bestuur van Stichting IJshal Leiden was benaderd door Ediat Intermediagroep. Zij maken en verspreiden promotiekranten. Het is gratis. De oplage is 16.000, waarvan er 15.000 huis aan huis worden verspreid.
De krant beslaat 8 pagina's waarvan de IJshal er 4 moeten vullen. En daar mij een vaardige pen wordt toegeschreven, mocht ik opdraven.
Nu hoefden we het wiel natuurlijk niet meer zelf uit te vinden. Er was een viertal voorbeelden voorhanden, waarbij een mooie van de kunstijsbaan in Enschede. Vooral de kop was een waar kunststukje: "Have an ice day!"
Ik geef het grif toe: ik wou, dat ik het zelf verzonnen had!
Maar zulke voorzetten vragen wel om een doeltreffende afronding. Zo kwam ik, heel simpel, op een verbetering door een bijna verdubbeling: "Have a nice day, have an ice day!"
Ondanks deze geniale inval was het wel gewoon zwoegen om een concept samen te stellen uit de beschikbare en deels aangeleverde en deel door onszelf geschreven teksten. Om half 12 was de redactievergadering afgelopen.
Deze week moet alles afgerond worden, want volgende week moet alles aangeleverd worden aan Ediat, die dan voor the finishing touch mogen zorgen bij de opmaak.
Het bestuur van Stichting IJshal Leiden was benaderd door Ediat Intermediagroep. Zij maken en verspreiden promotiekranten. Het is gratis. De oplage is 16.000, waarvan er 15.000 huis aan huis worden verspreid.
De krant beslaat 8 pagina's waarvan de IJshal er 4 moeten vullen. En daar mij een vaardige pen wordt toegeschreven, mocht ik opdraven.
Nu hoefden we het wiel natuurlijk niet meer zelf uit te vinden. Er was een viertal voorbeelden voorhanden, waarbij een mooie van de kunstijsbaan in Enschede. Vooral de kop was een waar kunststukje: "Have an ice day!"
Ik geef het grif toe: ik wou, dat ik het zelf verzonnen had!
Maar zulke voorzetten vragen wel om een doeltreffende afronding. Zo kwam ik, heel simpel, op een verbetering door een bijna verdubbeling: "Have a nice day, have an ice day!"
Ondanks deze geniale inval was het wel gewoon zwoegen om een concept samen te stellen uit de beschikbare en deels aangeleverde en deel door onszelf geschreven teksten. Om half 12 was de redactievergadering afgelopen.
Deze week moet alles afgerond worden, want volgende week moet alles aangeleverd worden aan Ediat, die dan voor the finishing touch mogen zorgen bij de opmaak.
donderdag 29 september 2016
Testrijder
Vanmorgen fietste ik weer naar de Leidse IJshal aan de Vondellaan, waar ik verder ging met het spuiten. Daar vanmorgen met de Zamboni een aantal laagjes water op het 2 centimeter dikke ijs werden aangebracht, deed ik dat in de hoeken, waar je met de dweilmachine niet goed bij kon komen.
Na de koffiepauze trok ik mijn Salomons aan, klikte de ijzers onder de langlaufschoenen en als eerste schaatser in het jubileumjaar 2016 reed ik over het spiegelgladde ijs.
Na 11 rondjes trok ik de schaatsen uit en spoot ik weer water in de hoeken.
Na deze taak verricht te hebben raakte ik in gesprek met Hermien Ravensberg en Ellie van Goozen, die druk in de weer waren voor het jubileumfeest op zaterdag 8 oktober.
Iedereen is dan welkom voor het luttele bedrag van 40 cent. Als ik u was, dan zou ik ook komen! Deze testrijder is uitermate te spreken over de kwaliteit van het ijs.
Na de koffiepauze trok ik mijn Salomons aan, klikte de ijzers onder de langlaufschoenen en als eerste schaatser in het jubileumjaar 2016 reed ik over het spiegelgladde ijs.
Na 11 rondjes trok ik de schaatsen uit en spoot ik weer water in de hoeken.
Na deze taak verricht te hebben raakte ik in gesprek met Hermien Ravensberg en Ellie van Goozen, die druk in de weer waren voor het jubileumfeest op zaterdag 8 oktober.
Iedereen is dan welkom voor het luttele bedrag van 40 cent. Als ik u was, dan zou ik ook komen! Deze testrijder is uitermate te spreken over de kwaliteit van het ijs.
woensdag 28 september 2016
Blauwe ader van de Bollenstreek
Vanavond zou ik naar Joep Kapiteyn in Hillegom fietsen vanaf mijn werk in Hoornes/Rijnsoever. Het was loeidruk en er kwamen maar liefst 14 kratten en dozen met boeken vanaf andere vestigingen. Daar Evelien en ik het samen moesten rooien, stonden aan het eind van de middag 2 kasten en 4 karren vol boeken om op te ruimen.
Daar morgenochtend toevalligerwijze de 2 hoofden frontoffice in de Hoornes werken, zette ik een opbeurende boodschap in de agenda: "We hebben heerlijk geklaverjast vanmiddag. Er staat nog wat om op te ruimen voor jullie."
Ik weet wel, hoe ik in een goed blaadje moet komen bij mijn hoofden!
Op weg naar Hillegom at ik in Voorhout in een snackbar een patatje pindasaus en een sateetje. Onder het eten bladerde ik door het boek "Blauwe ader van de Bollenstreek" over 350 jaar Haarlemmertrekvaart en Leidsevaart.
In het boek stond een klein stukje over schaatsen, dat echter wel historisch bleek te zijn. Op 1 maart 1888 won Klaas Pander de schaatswedstrijd tussen Haarlem en Leiden, een afstand van ongeveer 30 kilometer, waarmee de kiem gelegd voor het huidige marathonschaatsen.
Ondanks dit belangwekkende stuk schaatshistorie, fietste ik langs Wim en Joke Beenakker, die ik "Blauwe ader van de Bollenstreek" overhandigde. De veel te jong overleden Jan Beenakker werd in de literatuurlijst van dit boek genoemd. Dit boek is beter op zijn plek bij de familie Beenakker. Er zijn dingen in het leven, die belangrijker zijn dan schaatsen.
Daar morgenochtend toevalligerwijze de 2 hoofden frontoffice in de Hoornes werken, zette ik een opbeurende boodschap in de agenda: "We hebben heerlijk geklaverjast vanmiddag. Er staat nog wat om op te ruimen voor jullie."
Ik weet wel, hoe ik in een goed blaadje moet komen bij mijn hoofden!
Op weg naar Hillegom at ik in Voorhout in een snackbar een patatje pindasaus en een sateetje. Onder het eten bladerde ik door het boek "Blauwe ader van de Bollenstreek" over 350 jaar Haarlemmertrekvaart en Leidsevaart.
In het boek stond een klein stukje over schaatsen, dat echter wel historisch bleek te zijn. Op 1 maart 1888 won Klaas Pander de schaatswedstrijd tussen Haarlem en Leiden, een afstand van ongeveer 30 kilometer, waarmee de kiem gelegd voor het huidige marathonschaatsen.
Ondanks dit belangwekkende stuk schaatshistorie, fietste ik langs Wim en Joke Beenakker, die ik "Blauwe ader van de Bollenstreek" overhandigde. De veel te jong overleden Jan Beenakker werd in de literatuurlijst van dit boek genoemd. Dit boek is beter op zijn plek bij de familie Beenakker. Er zijn dingen in het leven, die belangrijker zijn dan schaatsen.
Lezing Trainingsleer
In de Leidse IJshal was gisterenavond een lezing van fysiotherapeute Lotta Breed van "Healthy Life Lab" over Trainingsleer.
Net als de lezing over Sportvoeding was het zeer interessante lezing en net als vorige week was er applaus na afloop van de lezing.
Er waren eveneens 16 actieve schaatsers van IJVL en STGV, grotendeels dezelfde, deels andere schaatsers.
Daar ik momenteel in een week zit, waarin ik voornamelijk door schaatsgerelateerde zaken geen avond thuis ben, kunt u begrijpen, dat ik geen tijd om de inhoud van de lezing uit te werken, maar u kunt er zeker van zijn, dat ik binnenkort op dit blog een stuk over de lezing over Trainingsleer ga schrijven.
Net als de lezing over Sportvoeding was het zeer interessante lezing en net als vorige week was er applaus na afloop van de lezing.
Er waren eveneens 16 actieve schaatsers van IJVL en STGV, grotendeels dezelfde, deels andere schaatsers.
Daar ik momenteel in een week zit, waarin ik voornamelijk door schaatsgerelateerde zaken geen avond thuis ben, kunt u begrijpen, dat ik geen tijd om de inhoud van de lezing uit te werken, maar u kunt er zeker van zijn, dat ik binnenkort op dit blog een stuk over de lezing over Trainingsleer ga schrijven.
dinsdag 27 september 2016
"De primeur komt donderdag!"
Vanmorgen fietste ik om half 9 naar de Vondellaan, waar ik in de Leidse IJshal zou helpen bij het spuiten.
Het eerste wat mij opviel bij binnenkomst was het heldere blauwe logo van de Ton Menken IJsbaan met de jaartallen 1976 en 2016.
Ik spoot vandaag ruim 2 laagjes water op de buitenbaan. In de hoop om zelf de ruim 1 centimeter dikke ijslaag wat rondjes te kunnen schaatsen, had ik mijn nieuwe Salomons meegenomen.
Ik had al netjes de brandslangen van het ijs verwijderd, toen ijsmeester Jan van Rijn mij ontraadde om de testrit te maken. Hij was bang, dat ik het fraaie logo zou kunnen verknoeien
Ik besloot naar deze wijze raad te luisteren. Met natuurijs wordt immers ook schade aangericht als je het te vroeg betreedt.
Maar de ijsmeester had wel een opbeurend woord voor me: "De primeur komt donderdag!"
Waarvan acte!
Het eerste wat mij opviel bij binnenkomst was het heldere blauwe logo van de Ton Menken IJsbaan met de jaartallen 1976 en 2016.
Ik spoot vandaag ruim 2 laagjes water op de buitenbaan. In de hoop om zelf de ruim 1 centimeter dikke ijslaag wat rondjes te kunnen schaatsen, had ik mijn nieuwe Salomons meegenomen.
Ik had al netjes de brandslangen van het ijs verwijderd, toen ijsmeester Jan van Rijn mij ontraadde om de testrit te maken. Hij was bang, dat ik het fraaie logo zou kunnen verknoeien
Ik besloot naar deze wijze raad te luisteren. Met natuurijs wordt immers ook schade aangericht als je het te vroeg betreedt.
Maar de ijsmeester had wel een opbeurend woord voor me: "De primeur komt donderdag!"
Waarvan acte!
maandag 26 september 2016
Hersteldroogtraining
Vanavond was de laatste droogtraining van de IJVL van dit zomerseizoen. Daar ik de Halve marathon van Katwijk nog in de benen had, zou dit voor mij een hersteltraining worden.
Ik fietste naar het clubgebouw van "Swift", waar je door het zand moest banjeren om de kleedkamers te bereiken. Had ik eindelijk het zand van het strand uit mijn hardloopschoenen, kon ik weer van voor af aan beginnen....
Elwin den Dulk verzorgde de training voor een achttal IJVL-ers. We liepen in op industrieterrein Roomburg, waar we 4 Steigerungen en wat sprongoefeningen moesten doen. Normaal gesproken vind ik Steigerungen een geweldige oefening, maar vandaag trainde ik met de rem erop en viel er het een en ander op te merken over mijn beenfrequentie.
Na de voor de rest van de groep inspannende oefeningen, wandelden we terug naar "De Bult". Hierin was ik vandaag erg goed.
De volgende oefening was schaatsstappen in de elastieken. Ik was aan Frank Damen gekoppeld.
We moesten schaatsstappen en bochtstappen doen met veel kracht. Ik deed hier wel aan mee, eerst zonder elastiek en daarna met weinig spanning. Bij een hersteldroogtraining bepaal je je eigen grenzen.
Bij de buikspieroefeningen aan het slot van de training moesten we van Elwin in het gras gaan liggen. Kees Visschedijk was de laatste 3 weken gestoken door een horzel of een daas.
Teneinde dit vanavond te voorkomen had Kees zich ingesmeerd met een of ander geurig middeltje. Kennelijk hielp dit, want een insect probeerde mij te steken. Met een rake klap bezorgde ik het gevleugelde dier een verpletterende nederlaag.
"Je had beter vlak bij me komen liggen", zei Kees: "Door dit geurtje blijven de insecten bij mij uit de buurt."
Zulke buitenkansjes moet je mij niet bieden: "Door dat geurtje blijven wij ook uit jouw buurt, Kees...."
Ik fietste naar het clubgebouw van "Swift", waar je door het zand moest banjeren om de kleedkamers te bereiken. Had ik eindelijk het zand van het strand uit mijn hardloopschoenen, kon ik weer van voor af aan beginnen....
Elwin den Dulk verzorgde de training voor een achttal IJVL-ers. We liepen in op industrieterrein Roomburg, waar we 4 Steigerungen en wat sprongoefeningen moesten doen. Normaal gesproken vind ik Steigerungen een geweldige oefening, maar vandaag trainde ik met de rem erop en viel er het een en ander op te merken over mijn beenfrequentie.
Na de voor de rest van de groep inspannende oefeningen, wandelden we terug naar "De Bult". Hierin was ik vandaag erg goed.
De volgende oefening was schaatsstappen in de elastieken. Ik was aan Frank Damen gekoppeld.
We moesten schaatsstappen en bochtstappen doen met veel kracht. Ik deed hier wel aan mee, eerst zonder elastiek en daarna met weinig spanning. Bij een hersteldroogtraining bepaal je je eigen grenzen.
Bij de buikspieroefeningen aan het slot van de training moesten we van Elwin in het gras gaan liggen. Kees Visschedijk was de laatste 3 weken gestoken door een horzel of een daas.
Teneinde dit vanavond te voorkomen had Kees zich ingesmeerd met een of ander geurig middeltje. Kennelijk hielp dit, want een insect probeerde mij te steken. Met een rake klap bezorgde ik het gevleugelde dier een verpletterende nederlaag.
"Je had beter vlak bij me komen liggen", zei Kees: "Door dit geurtje blijven de insecten bij mij uit de buurt."
Zulke buitenkansjes moet je mij niet bieden: "Door dat geurtje blijven wij ook uit jouw buurt, Kees...."
zondag 25 september 2016
Kunstroute
Ieder jaar is in september in Leiden de jaarlijkse Kunstroute, waarbij tal van ateliers en tentoonstellingen in de Sleutelstad te bezichtigen zijn. Als het uitkomt, dan nemen we een kijkje.
Dit jaar kwam het niet zo uit, maar ik wil er toch aandacht aan besteden, zij het op een iets andere wijze dan gebruikelijk. Een paar weken geleden stond er in het Leidsch Dagblad een artikel onder de kop "Vrolijk jasje voor tweede Leidse fietstunnel".
In de twee fietstunnels bij de kruising Haagweg/Churchilllaan worden de 4 seizoenen afgebeeld. Als liefhebber van schaatsen koos ik uiteraard de afbeelding van de winter en dan met name het schaatsen op natuurijs. Geniet van deze bijdrage aan de Kunstroute, die het hele jaar door te bezichtigen is.
Dit jaar kwam het niet zo uit, maar ik wil er toch aandacht aan besteden, zij het op een iets andere wijze dan gebruikelijk. Een paar weken geleden stond er in het Leidsch Dagblad een artikel onder de kop "Vrolijk jasje voor tweede Leidse fietstunnel".
In de twee fietstunnels bij de kruising Haagweg/Churchilllaan worden de 4 seizoenen afgebeeld. Als liefhebber van schaatsen koos ik uiteraard de afbeelding van de winter en dan met name het schaatsen op natuurijs. Geniet van deze bijdrage aan de Kunstroute, die het hele jaar door te bezichtigen is.
Sportvoeding
Afgelopen dinsdag werd er in de Leidse IJshal een lezing gegeven over Sportvoeding door Eline Blom van "Healthy Life Lab".
Ik had beloofd om er inhoudelijk op terug te komen. Bij deze.
De basis van de sportvoeding is niet anders dan die van de gewone voeding. We beginnen bij de eiwitten als bouwstenen. Eiwitten zitten in brood, melk, melkproducten, vlees, peulvruchten, eieren en vis. Als je te weinig eiwitten gebruikt en je blijft toch sporten, dan zal het lichaam de spieren afbreken. Omgekeerd kun je ook teveel eiwitten naar binnen werken.
Onmisbaar als brandstof zijn de koolhydraten. Denk daarbij aan brood, pasta, rijst, aardappelen en fruit. Suikers hebben dezelfde werking, maar missen de vitaminen, mineralen en vezels.
Vetten hebben niet zo'n goede naam, doch zij zijn onontbeerlijk als energiebron en als leverancier voor de vitamines A, D, E en K. Vitamines bijslikken is in het algemeen niet nodig. Alleen vitamine D kan in het winterseizoen raadzaam zijn.
Daar eerst de koolhydraten gebruikt worden, is het raadzaam niet te veel vet te eten en dan nog het liefst onverzadigd vet. Dit verlaagt het cholesterolgehalte. Onverzadigd vet zit vooral in plantaardige oliën, avocado, noten en vis.
Daarnaast is voldoende drinken zelfs de eerste voorwaarde voor goede prestaties. Een vochtverlies van 1% kan al leiden tot mindere prestaties, terwijl je pas dorst krijgt bij 2% vochtverlies. Het is daarom beter om wat te drinken voor en na het sporten. Sport je langer dan een uur, drink in dat geval ook tussentijds. Water is een goede dorstlesser.
Daarnaast zijn er 3 soorten sportdranken met verschillende koolhydraatgehaltes.
Hypotone dranken bevatten een minder geconcentreerde oplossing dan dat ons lichaam heeft, lager dan 6 gram koolhydraten per 100 gram.
Bij isotone dranken is de totale stoffenconcentratie in de drank bij benadering hetzelfde als de stoffenconcentratie in het lichaam. Ze bevatten 6 tot 8 gram koolhydraten per 100 gram. Isotone dranken worden sneller in ons lichaam opgenomen dan hypotone dranken.
Hypertone dranken bevatten meer dan 8 gram koolhydraten per 100 gram en worden vooral gebruikt voor na het sporten of tijdens het sporten wanneer er koude omstandigheden zijn en er weinig sprake is van vochtverlies.
Wanneer je zweet, verlies je voor het grootste deel vocht, maar naast dat is er ook een verlies aan zouten. De isotone en hypertone sportdranken zijn bedoeld om dit verlies aan zouten, mineralen en glucose aan te vullen.
Sportgellen zijn erg krachtig en worden daardoor voornamelijk door sporters gebruikt. Ze leveren een snelle verhoging in je bloedsuikerspiegel en houden het glucoseniveau vast tot wel 45 minuten tijdens de training/wedstrijd. Handig voor duurevenementen als marathons, lange fietstochten of wielerwedstrijden en (Alternatieve) Elfstedentochten. Energierepen hebben dezelfde werking, maar daar moet je op kauwen.
De avond werd afgesloten met de vraag, of het goed was om na het sporten een biertje te pakken voor de vochtcompensatie. Dit kan, zeker als je eerst wat anders gedronken hebt en het alcoholpercentage niet hoger is dan 5%.
Wie behoefte heeft aan een advies op maat over Sportvoeding kan mailen naar info@healthylifelab.nl.
Ik had beloofd om er inhoudelijk op terug te komen. Bij deze.
De basis van de sportvoeding is niet anders dan die van de gewone voeding. We beginnen bij de eiwitten als bouwstenen. Eiwitten zitten in brood, melk, melkproducten, vlees, peulvruchten, eieren en vis. Als je te weinig eiwitten gebruikt en je blijft toch sporten, dan zal het lichaam de spieren afbreken. Omgekeerd kun je ook teveel eiwitten naar binnen werken.
Onmisbaar als brandstof zijn de koolhydraten. Denk daarbij aan brood, pasta, rijst, aardappelen en fruit. Suikers hebben dezelfde werking, maar missen de vitaminen, mineralen en vezels.
Vetten hebben niet zo'n goede naam, doch zij zijn onontbeerlijk als energiebron en als leverancier voor de vitamines A, D, E en K. Vitamines bijslikken is in het algemeen niet nodig. Alleen vitamine D kan in het winterseizoen raadzaam zijn.
Daar eerst de koolhydraten gebruikt worden, is het raadzaam niet te veel vet te eten en dan nog het liefst onverzadigd vet. Dit verlaagt het cholesterolgehalte. Onverzadigd vet zit vooral in plantaardige oliën, avocado, noten en vis.
Daarnaast is voldoende drinken zelfs de eerste voorwaarde voor goede prestaties. Een vochtverlies van 1% kan al leiden tot mindere prestaties, terwijl je pas dorst krijgt bij 2% vochtverlies. Het is daarom beter om wat te drinken voor en na het sporten. Sport je langer dan een uur, drink in dat geval ook tussentijds. Water is een goede dorstlesser.
Daarnaast zijn er 3 soorten sportdranken met verschillende koolhydraatgehaltes.
Hypotone dranken bevatten een minder geconcentreerde oplossing dan dat ons lichaam heeft, lager dan 6 gram koolhydraten per 100 gram.
Bij isotone dranken is de totale stoffenconcentratie in de drank bij benadering hetzelfde als de stoffenconcentratie in het lichaam. Ze bevatten 6 tot 8 gram koolhydraten per 100 gram. Isotone dranken worden sneller in ons lichaam opgenomen dan hypotone dranken.
Hypertone dranken bevatten meer dan 8 gram koolhydraten per 100 gram en worden vooral gebruikt voor na het sporten of tijdens het sporten wanneer er koude omstandigheden zijn en er weinig sprake is van vochtverlies.
Wanneer je zweet, verlies je voor het grootste deel vocht, maar naast dat is er ook een verlies aan zouten. De isotone en hypertone sportdranken zijn bedoeld om dit verlies aan zouten, mineralen en glucose aan te vullen.
Sportgellen zijn erg krachtig en worden daardoor voornamelijk door sporters gebruikt. Ze leveren een snelle verhoging in je bloedsuikerspiegel en houden het glucoseniveau vast tot wel 45 minuten tijdens de training/wedstrijd. Handig voor duurevenementen als marathons, lange fietstochten of wielerwedstrijden en (Alternatieve) Elfstedentochten. Energierepen hebben dezelfde werking, maar daar moet je op kauwen.
De avond werd afgesloten met de vraag, of het goed was om na het sporten een biertje te pakken voor de vochtcompensatie. Dit kan, zeker als je eerst wat anders gedronken hebt en het alcoholpercentage niet hoger is dan 5%.
Wie behoefte heeft aan een advies op maat over Sportvoeding kan mailen naar info@healthylifelab.nl.
zaterdag 24 september 2016
Tina-dag of oefenstof in de duinen
Vandaag stond de Halve marathon van Katwijk op het programma. Het beloofde met temperaturen van een graag of 25 een warme en daardoor zware editie te worden.
Daar Ada op de volkstuin moest helpen, was het mijn taak om met een boodschappenbriefje naar "De Helianth" te fietsen en met de gewenste artikelen thuis te komen.
Nadat ik de boodschappen thuis had weggeruimd, fietste ik meteen door naar de Erik Hazelhoff Roelfzematunnel onder de A44 bij Den Deyl, waar ik op Hans Boers wachtte. Tijdens de 5 minuten wachten kwam er een motoragent met zwaailicht aanrijden, die een rijbaan afsloot met zijn motor en een tweetal politiewagens, die hetzelfde deden. In Wassenaar zelf was er ook een enorme drukte.
Het bleek, dat er een Tina-dag was in Duinrell.
Hans en ik moesten tussen het drukke verkeer door laveren op weg naar "De Klip". Naast veel auto's zagen we ook diverse vaders, maar vooral moeders met hun dochters naar Duinrell wandelen.
Het is trouwens verstandig, dat een van de ouders mee ging, want vandaag was Duinrell natuurlijk een lusthof voor types als Benno L. en Luigi C.
De pedofiele medemens zou ogen tekort komen op de Tina-dag.
Hans en ik waren blij, dat we de drukte gepasseerd waren, want Hans moest zich nog inschrijven voor de halve marathon. Zelf had ik startnummer 179 al een week in huis.
De fietstocht door de duinen was een goede terreinverkenning. We konden goed merken, hoe warm het in de duinpannen was. Het heet trouwens niet voor niets duinpan!
In "De Zwaan" zagen we ook Jaap de Gorter en Juul Mentink, die de 10 kilometer gingen lopen. Met zijn vieren wandelden we naar het startvak, waar om 7 over 12 het startschot klonk.
Na 47 seconden passeerden wij de startstreep. Vanaf de eerste meters ging het lopen erg makkelijk. Aanvankelijk gold dat ook voor Hans.
Richting Panbos haalden wij constant lopers in aan het uiterste randje van de duinpaden.
Heel opvallend was het opstuivende zand, dat de stoet lopers produceerde. Hierdoor kon je goed zien, dat het de laatste 6 weken behoorlijk droog was geweest. Daar deze halve marathon voor deze IJVL-ers een zware training was als voorbereiding op het schaatsseizoen, was er zodoende sprake van oefenstof.
Vlak voordat we het Panbos in liepen, kwam ons een fietser tegemoet met vlak achter zich de koploper. Nu liepen wij bepaald niet te lanterfanten, maar Luuk Metselaar, de uiteindelijke winnaar, had al een voorsprong opgebouwd van 2500 meter. Waar wij op 4 kilometer zaten, daar had hij al 6,5 kilometer afgelegd.
Zelf liep ik erg makkelijk. Zonder te forceren liep ik Hans in korte tijd op 100 meter. Bij de eerste drinkpost wachtte ik op hem, maar op weg naar de tweede drinkpost herhaalde zich dit. Waar we normaal aan elkaar gewaagd zijn, daar was dat vandaag niet het geval.
Bij de tweede drinkpost deelden we een energiegel. Dick van Beelen, die bij de drinkpost op de Friese wei stond, liep een stuk met ons mee. Weer liep ik met speels gemak weg bij Hans. De conclusie mag duidelijk zijn: ik was in vorm. Wat heet: ik was in bloedvorm. De mondhygiëniste had deze week ook al de nodige opmerkingen over mijn bloedend tandvlees.
De bloedvorm kwam tijdens de halve marathon ook letterlijk naar buiten in de vorm van een bloedende tepel. Dit is een probleem waar meer duurlopers mee te maken krijgen.
Nadat ik me af had laten zakken naar het groepje van Hans en ik voor de derde keer te horen kreeg, dat ik maar moest gaan, volgde ik dat advies maar op. Normaal gesproken ben ik van het type "samen uit, samen thuis", maar toen ik zonder moeite weer een gat van 100 meter had geslagen, gaf ik in de bloedhete duinen toch maar gas.
Voor een echte toptijd had ik in het begin te veel tijd verspild, maar het geeft toch wel een kick als je kilometers lang alleen maar inhaalt. Vooral in de duinen met een beetje tegenwind ging het erg soepel.
Wat me wel verbaasde was het aantal lopers, dat op zo'n warme dag een zwart shirt droeg. Door de warmteabsorptie is een zwart shirt al gauw een graad of 5 warmer dan een wit shirt.
Op het strand haalde ik nog diverse lopers in, maar werd ik ook af en toe ingehaald. Het strand was breed en behoorlijk hard. Het liep lekker, al moesten we af en toe door het ondiepe water rennen.
Tot mijn stomme verbazing werd ik in de laatste kilometer bijgehaald door Sabine Hoeke, zodat we net als vorig jaar samen op de finish af stoven.
Na in het voorbijgaan speaker Teun de Reede een handje te hebben gegeven, kwam ik binnen in een tijd van 1.51.57 bruto. Netto werd dat 1.51.10. Met deze tijd werd ik 164e van de 508 gefinishte lopers.
Net als bij de fietstunnel wachtte ik 5 minuten op Hans, die in 1.56.16 vlak achter oud-kernploeglid Jolanda Grimbergen eindigde.
Na een harinkje te hebben gehapt, wandelden we naar de kustlijn, waar we in de branding gingen zwemmen. Op de terugweg kregen we nog een haring, waarna we via onze volkstuin naar station Voorschoten fietsten. Het grote voordeel was, dat we zodoende de drukte van de Tina-dag misliepen.
Thuis gekomen douchte ik me, waarna ik doorfietste naar de skeelerbaan in Leiderdorp, waar het wisselfeest van de IJVL was. Op de zonovergoten baan gaf Laurine van Riessen een skeelertraining. Gelukkig bleven dit soort taferelen achterwege.
Zelf liet ik deze skeelertraining aan me voorbij gaan. Met 60 kilometer fietsen en een loodzware halve marathon leek de kans op overbelasting van de spieren mij net even te groot. Ik genoot samen met Wil Verbeij van een biertje op het terras. Wachtend op de gezamenlijke pizzamaaltijd met zo'n 30 IJVL-ers in de open lucht was dit een prima afsluiting van deze Tina-dag.
Daar Ada op de volkstuin moest helpen, was het mijn taak om met een boodschappenbriefje naar "De Helianth" te fietsen en met de gewenste artikelen thuis te komen.
Nadat ik de boodschappen thuis had weggeruimd, fietste ik meteen door naar de Erik Hazelhoff Roelfzematunnel onder de A44 bij Den Deyl, waar ik op Hans Boers wachtte. Tijdens de 5 minuten wachten kwam er een motoragent met zwaailicht aanrijden, die een rijbaan afsloot met zijn motor en een tweetal politiewagens, die hetzelfde deden. In Wassenaar zelf was er ook een enorme drukte.
Het bleek, dat er een Tina-dag was in Duinrell.
Hans en ik moesten tussen het drukke verkeer door laveren op weg naar "De Klip". Naast veel auto's zagen we ook diverse vaders, maar vooral moeders met hun dochters naar Duinrell wandelen.
Het is trouwens verstandig, dat een van de ouders mee ging, want vandaag was Duinrell natuurlijk een lusthof voor types als Benno L. en Luigi C.
De pedofiele medemens zou ogen tekort komen op de Tina-dag.
Hans en ik waren blij, dat we de drukte gepasseerd waren, want Hans moest zich nog inschrijven voor de halve marathon. Zelf had ik startnummer 179 al een week in huis.
De fietstocht door de duinen was een goede terreinverkenning. We konden goed merken, hoe warm het in de duinpannen was. Het heet trouwens niet voor niets duinpan!
In "De Zwaan" zagen we ook Jaap de Gorter en Juul Mentink, die de 10 kilometer gingen lopen. Met zijn vieren wandelden we naar het startvak, waar om 7 over 12 het startschot klonk.
Na 47 seconden passeerden wij de startstreep. Vanaf de eerste meters ging het lopen erg makkelijk. Aanvankelijk gold dat ook voor Hans.
Richting Panbos haalden wij constant lopers in aan het uiterste randje van de duinpaden.
Heel opvallend was het opstuivende zand, dat de stoet lopers produceerde. Hierdoor kon je goed zien, dat het de laatste 6 weken behoorlijk droog was geweest. Daar deze halve marathon voor deze IJVL-ers een zware training was als voorbereiding op het schaatsseizoen, was er zodoende sprake van oefenstof.
Vlak voordat we het Panbos in liepen, kwam ons een fietser tegemoet met vlak achter zich de koploper. Nu liepen wij bepaald niet te lanterfanten, maar Luuk Metselaar, de uiteindelijke winnaar, had al een voorsprong opgebouwd van 2500 meter. Waar wij op 4 kilometer zaten, daar had hij al 6,5 kilometer afgelegd.
Zelf liep ik erg makkelijk. Zonder te forceren liep ik Hans in korte tijd op 100 meter. Bij de eerste drinkpost wachtte ik op hem, maar op weg naar de tweede drinkpost herhaalde zich dit. Waar we normaal aan elkaar gewaagd zijn, daar was dat vandaag niet het geval.
Bij de tweede drinkpost deelden we een energiegel. Dick van Beelen, die bij de drinkpost op de Friese wei stond, liep een stuk met ons mee. Weer liep ik met speels gemak weg bij Hans. De conclusie mag duidelijk zijn: ik was in vorm. Wat heet: ik was in bloedvorm. De mondhygiëniste had deze week ook al de nodige opmerkingen over mijn bloedend tandvlees.
De bloedvorm kwam tijdens de halve marathon ook letterlijk naar buiten in de vorm van een bloedende tepel. Dit is een probleem waar meer duurlopers mee te maken krijgen.
Nadat ik me af had laten zakken naar het groepje van Hans en ik voor de derde keer te horen kreeg, dat ik maar moest gaan, volgde ik dat advies maar op. Normaal gesproken ben ik van het type "samen uit, samen thuis", maar toen ik zonder moeite weer een gat van 100 meter had geslagen, gaf ik in de bloedhete duinen toch maar gas.
Voor een echte toptijd had ik in het begin te veel tijd verspild, maar het geeft toch wel een kick als je kilometers lang alleen maar inhaalt. Vooral in de duinen met een beetje tegenwind ging het erg soepel.
Wat me wel verbaasde was het aantal lopers, dat op zo'n warme dag een zwart shirt droeg. Door de warmteabsorptie is een zwart shirt al gauw een graad of 5 warmer dan een wit shirt.
Op het strand haalde ik nog diverse lopers in, maar werd ik ook af en toe ingehaald. Het strand was breed en behoorlijk hard. Het liep lekker, al moesten we af en toe door het ondiepe water rennen.
Tot mijn stomme verbazing werd ik in de laatste kilometer bijgehaald door Sabine Hoeke, zodat we net als vorig jaar samen op de finish af stoven.
Na in het voorbijgaan speaker Teun de Reede een handje te hebben gegeven, kwam ik binnen in een tijd van 1.51.57 bruto. Netto werd dat 1.51.10. Met deze tijd werd ik 164e van de 508 gefinishte lopers.
Net als bij de fietstunnel wachtte ik 5 minuten op Hans, die in 1.56.16 vlak achter oud-kernploeglid Jolanda Grimbergen eindigde.
Na een harinkje te hebben gehapt, wandelden we naar de kustlijn, waar we in de branding gingen zwemmen. Op de terugweg kregen we nog een haring, waarna we via onze volkstuin naar station Voorschoten fietsten. Het grote voordeel was, dat we zodoende de drukte van de Tina-dag misliepen.
Thuis gekomen douchte ik me, waarna ik doorfietste naar de skeelerbaan in Leiderdorp, waar het wisselfeest van de IJVL was. Op de zonovergoten baan gaf Laurine van Riessen een skeelertraining. Gelukkig bleven dit soort taferelen achterwege.
Zelf liet ik deze skeelertraining aan me voorbij gaan. Met 60 kilometer fietsen en een loodzware halve marathon leek de kans op overbelasting van de spieren mij net even te groot. Ik genoot samen met Wil Verbeij van een biertje op het terras. Wachtend op de gezamenlijke pizzamaaltijd met zo'n 30 IJVL-ers in de open lucht was dit een prima afsluiting van deze Tina-dag.
vrijdag 23 september 2016
Inschrijvingen
Vanmorgen heb ik me via internet ingeschreven voor de eerste grote projecten in 2017. De eerste betreft de marathon van Leiden.
Na mijn debuut als 47-jarige in juni 2003 wordt dit al mijn 15e marathon. Destijds kon ik niet bevroeden, dat ik het zo leuk zou gaan vinden.
De tweede inschrijving was bij de Stichting Leidse Koorprojecten. Op zaterdag 14 januari is de eerste repetitie van "Viva Verdi en Rossini". Van Gioacchino Rossini zingen we de "Messa di Gloria", een "herontdekt" religieus werk uit de 19e eeuw.
Van Giuseppe Verdi staan enkele koorstukken uit de opera’s "Nabucco", "La Traviata", "Aïda", "Il Trovatore" en "Macbeth" op het programma.
Wie kent het "Slavenkoor" uit "Nabucco" niet?
Ik weet nog niet, welke werken van Verdi uitgevoerd gaan worden op 3 juni 2017, maar het is iets om naar uit te kijken. De muzikale leiding is in handen van Wim de Ru, die jaarlijks een duizendkoppig koor dirigeert bij het Koraal op 3 oktober.
Als ik u was, zou ik niet te lang wachten met het inschrijven, want voor u het weet vist u achter het net.
Na mijn debuut als 47-jarige in juni 2003 wordt dit al mijn 15e marathon. Destijds kon ik niet bevroeden, dat ik het zo leuk zou gaan vinden.
De tweede inschrijving was bij de Stichting Leidse Koorprojecten. Op zaterdag 14 januari is de eerste repetitie van "Viva Verdi en Rossini". Van Gioacchino Rossini zingen we de "Messa di Gloria", een "herontdekt" religieus werk uit de 19e eeuw.
Van Giuseppe Verdi staan enkele koorstukken uit de opera’s "Nabucco", "La Traviata", "Aïda", "Il Trovatore" en "Macbeth" op het programma.
Wie kent het "Slavenkoor" uit "Nabucco" niet?
Ik weet nog niet, welke werken van Verdi uitgevoerd gaan worden op 3 juni 2017, maar het is iets om naar uit te kijken. De muzikale leiding is in handen van Wim de Ru, die jaarlijks een duizendkoppig koor dirigeert bij het Koraal op 3 oktober.
Als ik u was, zou ik niet te lang wachten met het inschrijven, want voor u het weet vist u achter het net.
donderdag 22 september 2016
De eerste schreden op het ijs
Voor een schaatser zijn de eerste schreden op het ijs de allermooiste. Je hebt er lang naar uitgekeken en ineens is het magische moment daar.
Vanmorgen was ik naar de volkstuin gelopen om de planten in de kas water te geven. Met het oog op de Halve marathon van Katwijk van aanstaande zaterdag wilde ik een kilometer of 7 lopen.
Op de terugweg liep ik anders dan anders. In de weilanden aan de rand van de Stevenshof is Dunea aan het werk. Over stalen platen liep ik zodoende op een plek, waar je anders niet kunt komen. Vanaf de andere kant van de sloot ziet de wijk er al anders uit. Helaas liep de weg dood en moest ik terug lopen over de stalen platen.
Na een paar boodschappen gedaan te hebben, fietste ik door naar de Vondellaan, waar ik iets voor de Schaats Instructie Cursus moest vragen aan ijsmeester Jan van Rijn.
Tot mijn stomme verbazing waren ze in de Leidse IJshal al bezig met het leggen van een ijsvloer. Ik zou een mailtje krijgen, zodat ik vanmorgen zou kunnen helpen, maar dat bericht heeft me niet bereikt.
"Maar nu je er toch bent...."
Zo zette ik vanmorgen mijn eerste schreden op het ijs. Het zal ongeveer een millimeter dik geweest zijn. Op natuurijs zou je er gegarandeerd doorheen zakken.
Desondanks was het, op het moment dat je er met de brandslang een dun laagje water op gespoten had, spiegelglad.
Dinsdagochtend ben ik weer van de partij, net als donderdagochtend. Dan hoop ik de eerste slagen van seizoen 2016-2017 te kunnen maken.
Vanmorgen was ik naar de volkstuin gelopen om de planten in de kas water te geven. Met het oog op de Halve marathon van Katwijk van aanstaande zaterdag wilde ik een kilometer of 7 lopen.
Op de terugweg liep ik anders dan anders. In de weilanden aan de rand van de Stevenshof is Dunea aan het werk. Over stalen platen liep ik zodoende op een plek, waar je anders niet kunt komen. Vanaf de andere kant van de sloot ziet de wijk er al anders uit. Helaas liep de weg dood en moest ik terug lopen over de stalen platen.
Na een paar boodschappen gedaan te hebben, fietste ik door naar de Vondellaan, waar ik iets voor de Schaats Instructie Cursus moest vragen aan ijsmeester Jan van Rijn.
Tot mijn stomme verbazing waren ze in de Leidse IJshal al bezig met het leggen van een ijsvloer. Ik zou een mailtje krijgen, zodat ik vanmorgen zou kunnen helpen, maar dat bericht heeft me niet bereikt.
"Maar nu je er toch bent...."
Zo zette ik vanmorgen mijn eerste schreden op het ijs. Het zal ongeveer een millimeter dik geweest zijn. Op natuurijs zou je er gegarandeerd doorheen zakken.
Desondanks was het, op het moment dat je er met de brandslang een dun laagje water op gespoten had, spiegelglad.
Dinsdagochtend ben ik weer van de partij, net als donderdagochtend. Dan hoop ik de eerste slagen van seizoen 2016-2017 te kunnen maken.
Dubbelslag
Bij het skeeleren heb je de doublepush. Daar kwamen we gisterenavond niet aan toe, maar desondanks sloeg ik een dubbelslag.
Om 7 uur fietste ik naar de skeelerbaan in Leiderdorp. Ik kwam iets te laat aan, want een brugwachter vond het nodig om de brug net voor mijn neus open te zetten. Zodoende miste ik de eerste oefening, die Marieke van Hoek gaf. Van deze toptrainster, die op verzoek van Arthur van Winsen weer op kwam draven, kregen we skeelertraining, waarbij de nadruk lag op de bochtentechniek.
Met een elftal IJVL-ers werd ik onder handen genomen. In het begin van de avond had ik echt het idee: "Ik kan er niks van!"
We begonnen met 3 slagen in de eerste helft van de bocht en 4 slagen eruit. Om de onzekerheid nog wat groter te maken, werd het 2 slagen bij het ingaan van de bocht en 3 eruit.
Na een aantal vragen over waar je de druk moest zetten op je skeelers bij het rijden van de bocht kwam het kantelmoment. We mochten in de bocht alleen met rechts afzetten. We oefenden dit bij de grote bocht, maar ook in een heel klein rondje. Dit was trouwens het enige moment, waarop ik in het voordeel was met mijn kleine wieltjes.
Na deze oefening moesten we een viertal rondjes skeeleren met een goede afzet met rechts. Ik moet eerlijk bekennen: na de hele zomer gehannest te hebben met de bochten, lukte het na een skeelertraining van Marieke van Hoek ineens wel. Ik had weer controle.
Met een wauw-gevoel verliet ik de skeelerbaan en fietste ik naar het huis van Bert Staal, waar we met Gerard Driessen de laatste puntjes op de i zetten voor de nieuwe Schaats Instructie Cursus, die op 27 oktober van start gaat in de Leidse IJshal.
Na de vergadering hoorde ik van Bert een prachtig verhaal over de verrassende bronzen medaille van Peter Nottet op de 5 kilometer op de Olympische Spelen in Grenoble. In 1968 zaten we midden in het Ard en Keessie-tijdperk. Peter Nottet zat al aan de eettafel en ir. Ad Paulen liep met Ard Schenk en Kees Verkerk, die te laat waren voor het avondeten, langs deze stayer, die meestal net naast het podium greep. Nottet werd volledig genegeerd.
Hij was hier zo kwaad over, dat hij de volgende dag naar een platenzaak ging en met een koptelefoon de hele tijd naar opzwepende muziek luisterde. Een kwartier voor de start van zijn 5 kilometer trok Nottet pas zijn schaatsen aan en met een lijf vol adrenaline van kwaadheid kwam hij slechts een paar seconden tekort om Kees Verkerk van de zilveren medaille te beroven. In een tijd onder het net gesneuvelde oude wereldrecord!
De Noorse stayer Fred Anton Maier was in 1968 ongenaakbaar.
Ir. Ad Paulen had onbedoeld als mentale trainer gefungeerd en het beste in Peter Nottet naar boven gehaald. Met zilver en brons had Nederland zodoende een dubbelslag geslagen.
Om 7 uur fietste ik naar de skeelerbaan in Leiderdorp. Ik kwam iets te laat aan, want een brugwachter vond het nodig om de brug net voor mijn neus open te zetten. Zodoende miste ik de eerste oefening, die Marieke van Hoek gaf. Van deze toptrainster, die op verzoek van Arthur van Winsen weer op kwam draven, kregen we skeelertraining, waarbij de nadruk lag op de bochtentechniek.
Met een elftal IJVL-ers werd ik onder handen genomen. In het begin van de avond had ik echt het idee: "Ik kan er niks van!"
We begonnen met 3 slagen in de eerste helft van de bocht en 4 slagen eruit. Om de onzekerheid nog wat groter te maken, werd het 2 slagen bij het ingaan van de bocht en 3 eruit.
Na een aantal vragen over waar je de druk moest zetten op je skeelers bij het rijden van de bocht kwam het kantelmoment. We mochten in de bocht alleen met rechts afzetten. We oefenden dit bij de grote bocht, maar ook in een heel klein rondje. Dit was trouwens het enige moment, waarop ik in het voordeel was met mijn kleine wieltjes.
Na deze oefening moesten we een viertal rondjes skeeleren met een goede afzet met rechts. Ik moet eerlijk bekennen: na de hele zomer gehannest te hebben met de bochten, lukte het na een skeelertraining van Marieke van Hoek ineens wel. Ik had weer controle.
Met een wauw-gevoel verliet ik de skeelerbaan en fietste ik naar het huis van Bert Staal, waar we met Gerard Driessen de laatste puntjes op de i zetten voor de nieuwe Schaats Instructie Cursus, die op 27 oktober van start gaat in de Leidse IJshal.
Na de vergadering hoorde ik van Bert een prachtig verhaal over de verrassende bronzen medaille van Peter Nottet op de 5 kilometer op de Olympische Spelen in Grenoble. In 1968 zaten we midden in het Ard en Keessie-tijdperk. Peter Nottet zat al aan de eettafel en ir. Ad Paulen liep met Ard Schenk en Kees Verkerk, die te laat waren voor het avondeten, langs deze stayer, die meestal net naast het podium greep. Nottet werd volledig genegeerd.
Hij was hier zo kwaad over, dat hij de volgende dag naar een platenzaak ging en met een koptelefoon de hele tijd naar opzwepende muziek luisterde. Een kwartier voor de start van zijn 5 kilometer trok Nottet pas zijn schaatsen aan en met een lijf vol adrenaline van kwaadheid kwam hij slechts een paar seconden tekort om Kees Verkerk van de zilveren medaille te beroven. In een tijd onder het net gesneuvelde oude wereldrecord!
De Noorse stayer Fred Anton Maier was in 1968 ongenaakbaar.
Ir. Ad Paulen had onbedoeld als mentale trainer gefungeerd en het beste in Peter Nottet naar boven gehaald. Met zilver en brons had Nederland zodoende een dubbelslag geslagen.
woensdag 21 september 2016
Lezing Sportvoeding
Gisterenavond was in de Leidse IJshal de lezing van diëtiste Eline Blom van "Healthy Life Lab" over Sportvoeding.
Een zeer interessante lezing. Daarover waren de 16 actieve schaatsers van IJVL en STGV het roerend met elkaar eens blijkens het applaus na afloop van de lezing.
Momenteel heb ik geen tijd om inhoudelijk op de lezing in te gaan, maar u kunt er zeker van zijn, dat ik binnenkort op dit blog een stuk over de lezing over Sportvoeding ga plaatsen.
Een zeer interessante lezing. Daarover waren de 16 actieve schaatsers van IJVL en STGV het roerend met elkaar eens blijkens het applaus na afloop van de lezing.
Momenteel heb ik geen tijd om inhoudelijk op de lezing in te gaan, maar u kunt er zeker van zijn, dat ik binnenkort op dit blog een stuk over de lezing over Sportvoeding ga plaatsen.
dinsdag 20 september 2016
Werk aan de winkel
De komende tijd is er werk aan de winkel voor wat betreft mijn gebit. Vanmorgen had ik een dubbele afspraak. Eerst bij de mondhygiëniste, daarna bij de tandarts.
Bij de mondhygiëniste werd het tandsteen van mijn gebit verwijderd, waarna ik door kon lopen naar mijn trainingsmaat Arthur van Winsen, met wie ik het eerst had over de zomertrainingen en het aankomende schaatsseizoen.
Bij de gewone halfjaarlijkse controle werd 1 gaatje gevonden. Dat betekende in ieder geval terugkomen voor een behandeling. Daarna werden foto's van mijn gebit gemaakt.
Daar ontdekte mijn tandarts een gaatje op een bijzonder lastige plek achter een hoektand.
Ik moest een afspraak maken voor 3 kwartier. Hoewel ik het beslist niet ongezellig vind bij mijn tandarts, ga ik toch liever 3 kwartier met Arthur schaatsen.
Bij de mondhygiëniste werd het tandsteen van mijn gebit verwijderd, waarna ik door kon lopen naar mijn trainingsmaat Arthur van Winsen, met wie ik het eerst had over de zomertrainingen en het aankomende schaatsseizoen.
Bij de gewone halfjaarlijkse controle werd 1 gaatje gevonden. Dat betekende in ieder geval terugkomen voor een behandeling. Daarna werden foto's van mijn gebit gemaakt.
Daar ontdekte mijn tandarts een gaatje op een bijzonder lastige plek achter een hoektand.
Ik moest een afspraak maken voor 3 kwartier. Hoewel ik het beslist niet ongezellig vind bij mijn tandarts, ga ik toch liever 3 kwartier met Arthur schaatsen.
maandag 19 september 2016
Bulttraining
Het blijft haasten als de droogtraining van de IJVL om 7 uur begint. Om kwart over 5 ben ik klaar met werken in Katwijk, dan fiets ik naar huis, schuif het warme eten naar binnen, pak de sportkleren en om half 7 zit ik weer op de fiets naar het clubhuis van wielrenvereniging "Swift".
Om 7 uur verzorgde ik de warming-up van de training, die door Paula van Hoek op "De Bult" werd gegeven. Een gevarieerde training met voor deze oude rot, die al 29 jaar meedoet met de droogtraining, toch een aantal nieuwe oefeningen bevatte. Wel waren het veelal variaties op reeds bekende oefeningen.
Desondanks voelde ik toch een aantal spieren, die ik gewaar werd door deze oefeningen. Daar is een training ook voor bedoeld! Een mens groeit door pijn. En daar deden we vanavond af en toe aan. En anders werden we er in ieder geval moe van.
Na ruim een uur onder leiding van Paula getraind te hebben, nam ik de cooling down op "De Bult" voor mijn rekening. Helaas was de Bulttraining ook letterlijk op te nemen. Een mug had me te grazen genomen.
Nu lopen er ruim 7 miljard mensen op de wereld rond, en dan moeten ze uitgerekend mij te grazen nemen....
Om 7 uur verzorgde ik de warming-up van de training, die door Paula van Hoek op "De Bult" werd gegeven. Een gevarieerde training met voor deze oude rot, die al 29 jaar meedoet met de droogtraining, toch een aantal nieuwe oefeningen bevatte. Wel waren het veelal variaties op reeds bekende oefeningen.
Desondanks voelde ik toch een aantal spieren, die ik gewaar werd door deze oefeningen. Daar is een training ook voor bedoeld! Een mens groeit door pijn. En daar deden we vanavond af en toe aan. En anders werden we er in ieder geval moe van.
Na ruim een uur onder leiding van Paula getraind te hebben, nam ik de cooling down op "De Bult" voor mijn rekening. Helaas was de Bulttraining ook letterlijk op te nemen. Een mug had me te grazen genomen.
Nu lopen er ruim 7 miljard mensen op de wereld rond, en dan moeten ze uitgerekend mij te grazen nemen....
zondag 18 september 2016
North Yorkshire Moors
Na diep geslapen te hebben, werd ik om half 7 wakker. De lucht zag er nog grauw uit, nadat het vannacht veel geregend had. We ruimden alles systematisch op na 2 nachten op "High Paradise Farm".
We ontbeten om 8 uur, nadat we onze fietsen beladen hadden. We aten fruit, melk met (aardbeien)muesli, een sandwich met gebakken ei en een met jam en een fruityoghurt als afsluiting.
Ik betaalde Ginni £ voor het eten, drinken en slapen voor 2 personen. Ik vond het meevallen. Na afscheid te hebben genomen, reden we om kwart voor 9 onder grijze wolken over the Cleveland Way.
Na anderhalve kilometer gehobbeld te hebben over de grote stenen met als extra uitdaging de verse plassen, reden we de asfaltweg op, die we gisterenmiddag vanaf Sutton Bank gevolgd hadden. Na een halve kilometer gefietst te hebben, moesten we door een ford. Dat hebben we netjes gedaan met de voeten ver boven de trappers.
Via Old Byland daalden we af naar Rievaulx Abbey.
De mooiste ruïne van een Middeleeuwse abdij in Engeland was inderdaad vanaf enige afstand al mooi, vlak nadat we deze mooie oude brug gepasseerd waren.
Dichterbij komen was wat lastig, want de toegang verliep via het bezoekerscentrum, dat om 10 uur open ging en daar het pas half 10 was....
We reden een hoek om en aan de voet van een helling van 16% zagen we een hek, dat naar de abdij leidde. Het liep weliswaar over een pad, dat afgesloten was met het bord "Private", maar de bijbehorende cottage stond volgens ons leeg.
Zodoende liepen we zonder enig gewetensbezwaar naar de achteringang van de ruïne.
Adadij maakte foto's van deze Cisterciënzer abdij, waarbij alleen de muren van het schip en de pilaren van zo'n 800 jaar oud al zeer imposant waren.
Aan de bezichtiging van de verblijven van de monniken van Rievaulx Abbey kwamen we niet toe, daar we in ons werk gestoord werden door een vrouwelijke suppoost, die ons om 10 voor 10 verzocht het pand of althans wat er van over is, te verlaten.
Dat deden we braaf in de wetenschap, dat we ons een toegangskaartje bespaard hadden. Als boetedoening voor deze schelmenstraak kozen we ervoor om de helling van 16%, die ondanks dat het droog was nog als een kleine beek fungeerde, te beklimmen.
We dachten, dat het maar een klein stukje was tot de B 1257, maar dat viel tegen. Het steile stuk ging een kilometer lang door. In dat stuk stegen we dus 160 meter.
Elk nadeel heb zijn voordeel, want daarna was het alleen nog maar afdalen tot Helmsley. In dit gezellige plaatsje bezochten we eerst een boekhandel, waar we een kaart van the East Yorkshire Moors kochten, die we bestudeerden in de tearoom, waar we koffie, chocolademelk en walnoten- en sinaasappeltaart bestelden.
Bij een lokale bakker kochten we brood voor onderweg, waarna we nog een rondje door dit mooie dorp reden om over de drukke A170 richting Scarborough te trappen. De eerste afslag, die we zagen, namen we. Via Hurome en Wombleton, twee alleraardigste plaatsjes, fietsten we verder. We kruisten de A170 opnieuw om via Kirkbymoorside en Keldholme aan de klim naar Hutton-le-Hole te beginnen.
Hutton-le-Hole is een plaats, waar de tijd lijkt te hebben stilgestaan.
Dat klopt ook wel, want veel van de robuuste huizen stammen uit de periode 1650-1750.
Met een beek met daaromheen een groot grasveld, waarop ook schapen grazen, is dit het leukste plaatsje, dat we vandaag gezien hadden.
Op een bank onder een enorme es lunchten we. De zon was door de wolken gebroken, zodat we in wielerbroek en met korte mouwen onze weg vervolgden.
Bij de eerste kruising richting Lastingham zagen we een bord staan, dat de weg naar Rosedale via Rosedale Bank een stijgingspercentage van maar liefst 33% heeft! Gelukkig hoefden wij niet, want 16% met bepakking vond ik al meer dan genoeg.
Via Cropton, waar de ketting van mijn fiets eraf liep, klommen we niet al te steil naar Newton-on-Rawcliffe. Hier hadden we een mooi uitzichtspunt.
In een poging de A170 zoveel mogelijk mis te houden, probeerden we via een pad de spoorbaan over te steken op weg naar Levisham. Het onverharde pad was dermate steil, dat het onverantwoord was om hier op af te dalen. Zodoende daalden we na een korte klim kilometers lang af naar Pickering.
In dit gezellig drukke stadje kochten we een ijsje en deden we inkopen voor het avondeten en hadden we een camping uitgekozen, waar we naar toe zouden gaan., maar bij het verlaten van Pickering stuitten we op een bord met "Scarborough 22 miles via Moor to Sea".
Laat woordspelingen maar aan de Engelsen over!
We volgden Moor to Sea over een fietspad langs de A170 om na een slinger door het boerenland uit te komen op een onverwachtse parel onder de Britse dorpen: Thornton-le-Dale.
Met een beek door dit welgestelde en zeer fraaie stadje wilden we net naar Allerston fietsen, toen Ada's oog viel op een camping op de nieuw gekochte kaart. We keerden ons om aan de rand van Thornton-le-Dale en fietsten naar Ellerburn, waar we een plekje vonden op camping "Low Farm".
We zetten de tent op aan de beek na ruim 67 kilometer fietsen.
Na een ontdekkingstocht met wisseldouche om de werking van de douche te kunnen doorgronden, aten we aardappels met een groentemix en 3 kleine quiches.
Om half 8 wandelden we op aanraden van de bazin van de camping over het public footpath naar Thornton-le-Dale. We zouden er 10 minuten over doen. Hetgeen klopte. Toen waren we aan de rand van dit schattige plaatsje. Het was nog een minuut of 10 lopen naar "The New Inn".
Eerst wilden we in the beer garden gaan zitten, maar het kabaal van de aircomotoren bracht ons ertoe om binnen in de erker plaats te nemen met een bitter bier en cider. Ada las verder in haar boek, terwijl ik het dagboek bijwerkte.
Een oude Engelsman zat uitgebreid te vertellen over "the reïncarnation of the railwayline". Hij had het over de stoomtrein van Pickering naar Whitby.
Op de terugweg wandelden we een beetje anders. We zagen, dat "Moor to Sea" pal langs de camping liep. Nadat we in de schemering langs de beek naar de camping waren gelopen, liepen we nog even naar de ingang en vandaar liepen we nog een stuk door om te kijken, of we nog wat meer borden zouden zien.
Helaas vonden we die niet, alleen een houten klaphek na de forellenkwekerij en de laatste boerderij. Op de terugweg zagen we een man, die met een paar kinderen een hond een hond uitliet. Ik vroeg hem, of hij wist, waar dit pad naar toe ging.
"To Dalby and if you want to go further to Scarborough", kregen we als antwoord.
Het zag er goed uit voor de reis van morgen.
We ontbeten om 8 uur, nadat we onze fietsen beladen hadden. We aten fruit, melk met (aardbeien)muesli, een sandwich met gebakken ei en een met jam en een fruityoghurt als afsluiting.
Ik betaalde Ginni £ voor het eten, drinken en slapen voor 2 personen. Ik vond het meevallen. Na afscheid te hebben genomen, reden we om kwart voor 9 onder grijze wolken over the Cleveland Way.
Na anderhalve kilometer gehobbeld te hebben over de grote stenen met als extra uitdaging de verse plassen, reden we de asfaltweg op, die we gisterenmiddag vanaf Sutton Bank gevolgd hadden. Na een halve kilometer gefietst te hebben, moesten we door een ford. Dat hebben we netjes gedaan met de voeten ver boven de trappers.
Via Old Byland daalden we af naar Rievaulx Abbey.
De mooiste ruïne van een Middeleeuwse abdij in Engeland was inderdaad vanaf enige afstand al mooi, vlak nadat we deze mooie oude brug gepasseerd waren.
Dichterbij komen was wat lastig, want de toegang verliep via het bezoekerscentrum, dat om 10 uur open ging en daar het pas half 10 was....
We reden een hoek om en aan de voet van een helling van 16% zagen we een hek, dat naar de abdij leidde. Het liep weliswaar over een pad, dat afgesloten was met het bord "Private", maar de bijbehorende cottage stond volgens ons leeg.
Zodoende liepen we zonder enig gewetensbezwaar naar de achteringang van de ruïne.
Adadij maakte foto's van deze Cisterciënzer abdij, waarbij alleen de muren van het schip en de pilaren van zo'n 800 jaar oud al zeer imposant waren.
Aan de bezichtiging van de verblijven van de monniken van Rievaulx Abbey kwamen we niet toe, daar we in ons werk gestoord werden door een vrouwelijke suppoost, die ons om 10 voor 10 verzocht het pand of althans wat er van over is, te verlaten.
Dat deden we braaf in de wetenschap, dat we ons een toegangskaartje bespaard hadden. Als boetedoening voor deze schelmenstraak kozen we ervoor om de helling van 16%, die ondanks dat het droog was nog als een kleine beek fungeerde, te beklimmen.
We dachten, dat het maar een klein stukje was tot de B 1257, maar dat viel tegen. Het steile stuk ging een kilometer lang door. In dat stuk stegen we dus 160 meter.
Elk nadeel heb zijn voordeel, want daarna was het alleen nog maar afdalen tot Helmsley. In dit gezellige plaatsje bezochten we eerst een boekhandel, waar we een kaart van the East Yorkshire Moors kochten, die we bestudeerden in de tearoom, waar we koffie, chocolademelk en walnoten- en sinaasappeltaart bestelden.
Bij een lokale bakker kochten we brood voor onderweg, waarna we nog een rondje door dit mooie dorp reden om over de drukke A170 richting Scarborough te trappen. De eerste afslag, die we zagen, namen we. Via Hurome en Wombleton, twee alleraardigste plaatsjes, fietsten we verder. We kruisten de A170 opnieuw om via Kirkbymoorside en Keldholme aan de klim naar Hutton-le-Hole te beginnen.
Hutton-le-Hole is een plaats, waar de tijd lijkt te hebben stilgestaan.
Dat klopt ook wel, want veel van de robuuste huizen stammen uit de periode 1650-1750.
Met een beek met daaromheen een groot grasveld, waarop ook schapen grazen, is dit het leukste plaatsje, dat we vandaag gezien hadden.
Op een bank onder een enorme es lunchten we. De zon was door de wolken gebroken, zodat we in wielerbroek en met korte mouwen onze weg vervolgden.
Bij de eerste kruising richting Lastingham zagen we een bord staan, dat de weg naar Rosedale via Rosedale Bank een stijgingspercentage van maar liefst 33% heeft! Gelukkig hoefden wij niet, want 16% met bepakking vond ik al meer dan genoeg.
Via Cropton, waar de ketting van mijn fiets eraf liep, klommen we niet al te steil naar Newton-on-Rawcliffe. Hier hadden we een mooi uitzichtspunt.
In een poging de A170 zoveel mogelijk mis te houden, probeerden we via een pad de spoorbaan over te steken op weg naar Levisham. Het onverharde pad was dermate steil, dat het onverantwoord was om hier op af te dalen. Zodoende daalden we na een korte klim kilometers lang af naar Pickering.
In dit gezellig drukke stadje kochten we een ijsje en deden we inkopen voor het avondeten en hadden we een camping uitgekozen, waar we naar toe zouden gaan., maar bij het verlaten van Pickering stuitten we op een bord met "Scarborough 22 miles via Moor to Sea".
Laat woordspelingen maar aan de Engelsen over!
We volgden Moor to Sea over een fietspad langs de A170 om na een slinger door het boerenland uit te komen op een onverwachtse parel onder de Britse dorpen: Thornton-le-Dale.
Met een beek door dit welgestelde en zeer fraaie stadje wilden we net naar Allerston fietsen, toen Ada's oog viel op een camping op de nieuw gekochte kaart. We keerden ons om aan de rand van Thornton-le-Dale en fietsten naar Ellerburn, waar we een plekje vonden op camping "Low Farm".
We zetten de tent op aan de beek na ruim 67 kilometer fietsen.
Na een ontdekkingstocht met wisseldouche om de werking van de douche te kunnen doorgronden, aten we aardappels met een groentemix en 3 kleine quiches.
Om half 8 wandelden we op aanraden van de bazin van de camping over het public footpath naar Thornton-le-Dale. We zouden er 10 minuten over doen. Hetgeen klopte. Toen waren we aan de rand van dit schattige plaatsje. Het was nog een minuut of 10 lopen naar "The New Inn".
Eerst wilden we in the beer garden gaan zitten, maar het kabaal van de aircomotoren bracht ons ertoe om binnen in de erker plaats te nemen met een bitter bier en cider. Ada las verder in haar boek, terwijl ik het dagboek bijwerkte.
Een oude Engelsman zat uitgebreid te vertellen over "the reïncarnation of the railwayline". Hij had het over de stoomtrein van Pickering naar Whitby.
Op de terugweg wandelden we een beetje anders. We zagen, dat "Moor to Sea" pal langs de camping liep. Nadat we in de schemering langs de beek naar de camping waren gelopen, liepen we nog even naar de ingang en vandaar liepen we nog een stuk door om te kijken, of we nog wat meer borden zouden zien.
Helaas vonden we die niet, alleen een houten klaphek na de forellenkwekerij en de laatste boerderij. Op de terugweg zagen we een man, die met een paar kinderen een hond een hond uitliet. Ik vroeg hem, of hij wist, waar dit pad naar toe ging.
"To Dalby and if you want to go further to Scarborough", kregen we als antwoord.
Het zag er goed uit voor de reis van morgen.