Om 6 uur ging de wekker af. De plicht riep. Ik trok mijn schaatskleding aan en met mijn rugzak om fietste ik naar Leiden Centraal, waar ik de trein van half 7 naar Rotterdam nam.
Ik stapte gelijk met een viertal studenten uit.
Eén van hen zei: "Wat een mooie muts heb jij!"
Ik antwoordde: "Ik ben een schaatsfanaat. En ik train al heel veel jaren voor die ene ronde in Fryslân!"
Het bleek, dat 2 van de 4 studenten in "Thialf" trainen als ze in Fryslân zijn.
Bij de stationsstalling aangekomen zag ik een confettifiets staan. Die was natuurlijk voor mij! Over anderhalve week zijn er iedere ochtend weer schaatslessen voor kinderen in de Leidse IJshal.
Mijn dag kon niet meer stuk. Tot kwart over 3 kon ik optrekken met mijn kleinzoon. Bij het boodschappen doen wandelden we via het speeltuintje, waar we konden schommelen.
Op de terugweg ruilde ik de prentenboeken bij de bibliotheek om. Thuisgekomen mocht opa voorlezen.
"Boer Boris en de olifant" van Ted van Lieshout en Philip Hopman was duidelijk favoriet. Ik heb het 3 keer voorgelezen en Ada ook nog 2 keer. Hier begint leesbevordering!
In de trein naar Leiden kwam ik bij Jelle Broekzitter in de coupé terecht. Met deze voormalige IJVL-trainer praatte ik bij over de edele schaatssport.
Bij de Leidse IJshal aangekomen had ik nog een minuut of 20, waarop ik in mijn eentje op de buitenbaan kon schaatsen, voordat deze gedweild ging worden.
De schaatsles ging grotendeels op aan het afnemen van de schaatsvaardigheidsoefeningen. Maar dat hoort er ook bij. Van mijn beginnersgroep waren 8 kinderen aanwezig, dus er zullen nog wat kinderen in de herkansing hun vorderingen op het ijs moeten laten zien.
Het einde van het schaatsseizoen nadert immers met rasse schreden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten