Nadat ik gisterenavond de computer had afgesloten, voelde ik een lichte krampscheut door mijn rechterhamstring gaan. Een teken, dat ik bij de droogtraining van eergisteren en de 73 kilometer fietsen van gisteren de kantjes er niet had afgelopen. En zo hoort het ook als je duursporter bent.
Vanmorgen waren we vroeg uit de veren. Mijn vrouw ging zwemmen en ik zou bloed laten prikken op deze warme dag. Daarvoor fietste ik naar de Rooseveltstraat. Bij de rotonde richting Haagweg kwam ik Martin Langbroek tegen, die zou gaan roeien.
Met deze "Krasse knar" uit de Leidse IJshal fietste ik op tot het eind van de Korte Vliet, waarna wij ieder ons weegs gingen. Met de verwijzing van de huisarts in de hand wandelde ik naar de balie van de bloedprikpost. Daar kreeg ik om 8 uur te horen, dat ik een afspraak had moeten maken.
Desondanks kwam ik wel aan de beurt. Daarvoor moest ik 3 kwartier wachten. Degenen met een afspraak gingen voor. Ik had de krant bij me, dus ik verveelde me geen moment. Wat is het toch heerlijk, als lezen een hobby van je is.
Doordat er een stagiaire was, duurde het invullen van de paperassen langer dan het prikken zelf. Om 9 uur stapte ik op de fiets en reed in het morgenzonnetje naar Katwijk, waar ik in Hoornes/Rijnsoever zou werken.
Ik begon later dan gepland, maar dat gaf vandaag niets. Het was echt strandweer en dat betekent, dat het totaal niet druk zou worden in de bibliotheek. Met ruim 35 jaar ervaring in Katwijk ken ik mijn pappenheimers wel.
Op het heetst van de dag fietste ik naar de bibliotheek van Rijnsburg, waar ik ook niet overspannen zou worden. Gelukkig heb ik altijd wel wat taken, die ik op rustige momenten uit kan voeren.
Om 5 uur ging ik naar buiten. De hitte viel als een deken op je.
Door de wind viel het op de fiets wel mee, maar op de volkstuin was het bij het aardbeien plukken in de luwte pas echt bloedheet. Zonder noemenswaardige beweging zweette je al als een otter.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten