Zuiderzee

 Na 's nachts een paar keer een vogelconcert te hebben beluisterd, werden we om 7 uur wakker. Het miezerde lichtjes. In een rustig tempo ruimden we de tent op na ons gedoucht te hebben. Om half 10 zat alles op de fiets en zaten we te ontbijten, waarna we de camping betaalden. Om 10 uur verlieten we camping "Veerhof".
Over dezelfde route als woensdag reden we naar Twisk toe. Vanaf dit schattige boerendorp trapten we naar Opperdoes toe langs een vogelplas. Daarna was het nog maar een klein stukje naar Medemblik, waar we aan de haven neerstreken op het terras van "De Kwikkel".

Hier zaten we een kleine anderhalf uur en 2 cappuccino, 1 warme chocolademelk, 1 jus d'orange en 2 cheesecake met aardbeien verder vervolgden we de weg.

Intussen was het dagboek weer bijgewerkt, had Ada gelezen in "De bijenhouder van Aleppo" hadden we met het gezin geappt en de route naar Enkhuizen bekeken.

Het echte bekijken begon in Medemblik zelf al, waar kasteel "Radboud"  en de nabije omgeving op de foto werd vastgelegd.

Daar zaten we al op de Westfriese Omringdijk, die we alleen maar hoefden te volgen.

Het was bewolkt maar helder weer, dus we hadden op de oude Zuiderzeedijk prachtige vergezichten. Je kon Fryslân al zien liggen.

Via Wervershoof, Onderdijk, Andijk en Oosterdijk reden we met de wind goeddeels in de rug naar Enkhuizen toe, waar we in een parkje aan de rand van het IJsselmeer op een bank neerstreken voor onze lunch. 

We aten Marokkaanse soep met boterhammen met geitenkaas en rucola, komkommer en tomaat. Daarna reden we naar het prachtige centrum van Enkhuizen en vandaar naar de veerhaven.
We hadden nog dik een uur voordat de boot naar Stavoren vertrok. We reden naar café "Retro", waar we op het terras lazen in "De bijenhouder van Aleppo" en "Holy Trientje".
Na 2 cappuccino, 1 chocolademelk, 1 jus d'orange vertrokken we naar de aangemeerde "Bep Glasius". Met een mondkapje voor konden we aan boord.
Iemand van de rederij zette de fietsen weg en we kregen te horen, waar we moesten gaan zitten op het benedendek. Om kwart over 5 vertrok de boot. Met het heldere weer konden we  zoals gezegd Fryslân al zien liggen. Op de voormalige Zuiderzee waren de golven behoorlijk hoog, dus het werd tijd voor een Skuumkoppe. Ada hield het bij een sterremuntthee. 

Ik ging naar het panoramadek toe toen de "Bep Glasius" halverwege was. Inmiddels waren we de driemaster al gepasseerd. Aanvankelijk was er slechts 1 andere passagier, die ook de wind trotseerde.

De zon scheen volop, dus we troffen het. Om even over 6 voer de veerboot de haven van Stavoren binnen.

Daar onze fietsen helemaal achteraan stonden, waren we de laatste passagiers, die van boord gingen in deze mooie Elfstedenstad.

We boften. We hadden de wind in de rug. We schoten dus lekker op. 

Via Warns, het Roode Klif, Bakhuizen en Rijs reden we naar Oudemirdum door het prachtige Gaasterlân.

Na een uur fietsen kwamen we aan in Oudemirdum en reden linea recta naar camping "De Waps", waar we op veld 38 onze tent opzetten. De velden op deze mooie boscamping zijn behoorlijk ruim.We aten boterhammen en hadden een toetje: skyr met aardbeien, die we onderweg in Gaasterlân langs de kant van de weg hadden gekocht.
Na de vaat kwamen we net na sluitingstijd bij de receptie. Ik kon nog net 2 Grolsch bietsen. Dat ging er wel in na 56 kilometer fietsen.