Vandaag stond er een tweetal schaatslessen op het programma. Om kwart over 9 begon de eerste. Deze was van de schaatsschool in de Leidse IJshal. De tweede begon om 12 uur en betrof ambtenaren van de gemeente Leiden.
Om kwart voor 9 fietste ik naar de Vondellaan, waar het voor een maandagmorgen behoorlijk druk was. Mijn beginnersgroep bestond uit 5 personen, waaronder een paar nieuwkomers.
Na wat basisoefeningen om de druk achter op de schaats te krijgen lag de nadruk op de afzet, met name de zijwaartse afzet. Het logische vervolg hierop is het terugsturen.
Speciaal hiervoor had ik gekleurde plastic noppen neergelegd. Eerst als slalomoefening, daarna als het tweebenig er overheen schaatsen met de olifantenoren: beide schaatsen tegelijk naar buiten duwen en naar binnen halen. Vervolgens hetzelfde doen met telkens het andere been. En ziedaar, je kunt terugsturen!
Het slot van de les was spelen met de noppen. Eerst voor je uit schuiven en dan al schaatsend weer van het ijs rapen. Dit kan alleen, als je diep door je knieën gaat.
Daarna volgde wat balansoefeningen. Eerst de nop doorgeven van links naar rechts, dan naar achteren en achterlangs van rechts naar links en dan weer naar voren. En dat al schaatsend!
De slotoefening was om als een ober een omgekeerde nop in je hand te leggen en daarmee als ware het een kop soep een rondje over de binnenbaan te rijden zonder te morsen. Doe dat maar eens in het Morskwartier!
Na ruim een uur pauze maakten Jeroen Straathof en ik ons klaar om een groep van 19 ambtenaren van de gemeente Leiden schaatsles te geven. We besloten de groep bij elkaar te houden. De eerste wereldkampioen op de 1500 meter leidde de training, ik vulde aan. Een wereldkampioen heeft toch meer oefenstof en techniek in huis dan deze toerschaatser.
De schaatsles ging in een hoog tempo en je kon de beginners gedurende het uur vooruit gaan. Zelfs het pootje over deden de meesten aan het einde van de training, die met spelletje werd afgesloten. De deelnemers moesten gaan zitten of zelfs liggen op het ijs en dan razendsnel overeind komen en een meter of 10 schaatsen en dan remmen.
Aan het slot bedankten ze ons voor de leuke les, waarop wij antwoordden: "Jullie mogen je baas wel bedanken, want dankzij de gemeente Leiden krijgen we een prachtige 250-meterbaan!"
In de nabespreking werd voor mij het raadsel van "Het sleepje" opgelost. Jeroen had vooraf schriftelijk gevraagd, wat de ambtenaren wilden leren. Eén van hen wilde "Het sleepje" leren.
Ondanks dat Jeroen en ik diverse decennia ervaring hadden met het lesgeven, wisten we niet, wat er bedoeld werd. Uit navraag bleek, dat het om een techniek uit het kunstschaatsen bleek te gaan.
Ook voor oude rotten in het vak geldt: je bent nooit te oud om te leren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten