Boeren staan erom bekend, dat ze altijd vroeg uit de veren zijn, ook al spreken ze dat veelal uit als "altied". Het sprak dus vanzelf, dat deze tijdelijke bewoner van Hofstede Hooybroeck om half 6 al wakker was. De morgenstond heeft goud in de mond, nietwaar.
Daar er geen koeien gemolken hoefden te worden, sloot ik nog heel even de ogen met als verbluffend resultaat, dat ik ze pas om 8 uur weer open deed. In mijn wielerkleding liep ik om half 9, met een banaan achter de kiezen, naar de boerderij van de verhuurders van Hooybroeck, waar een eveneens rennende dochter me tegemoet liep.
"Ik heb gehoord, dat je hier kunt kanoën op het Valleikanaal", zei ik.
"Dat klopt", kreeg ik als antwoord. De boerin gaf 2 adressen op, waar ze kano's verhuurden. Bij het eerste gebouw was niemand aanwezig, bij het loonbedrijf met de twee herdershonden wel.
Ik zou bij het ontbijt informeren, hoeveel familieleden 's middags, net als destijds op de Regge, mee zouden gaan. Ik rende van de noordrand van Scherpenzeel weer terug naar onze boerderij, het laatste gedeelte over de dijk.
Na het zweet van 6 km hardlopen van mijn lijf gespoeld te hebben, kon ik aanschuiven bij het ontbijt. Bij de inventarisatie bleek, dat 10 personen mee zouden gaan roeien. Terwijl een paar personen met de auto boodschappen gingen doen, fietste ik naar het loonbedrijf, waar ik bij Ineke Schimmel kano's reserveerde. Op de terugweg pinde ik in Scherpenzeel geld en kocht een Trouw om op de hoogte te blijven van het laatste nieuws.
Rond het middaguur was iedereen weer terug en konden we bij de koffie en thee de appeltaart aansnijden. Tegelijkertijd konden we uitzoeken, wie met wiens fiets naar de kanoverhuurder zou rijden. Over het fietspad langs het Valleikanaal gingen we er naar toe.
Om half 2 zaten Katrin, Camilla en Marja in de driepersoonskano, Ike en Elisabeth in de eerste tweepersoonskano en mijn middelste dochter en Maria in de tweede, terwijl Anton, Jeroen, Sebas en ik in een kayak plaatsnamen. Het is trouwens wel toepasselijk, de combinatie Scherpenzeel en Kayak. Toetsenist Ton Scherpenzeel was de motor van Kayak. Dus als ik wat lyrisch word....
Het was op het warmst van de dag, dat we van wal staken. Het was een prachtige tocht op het Valleikanaal, die ook wel de Grift genoemd wordt.
Aan de ene kant had je de dijk met veel bomen, aan de andere kant was veel riet en een afwisseling van bossen, akkers en weilanden en af en toe een boerderij. Zo roeiden we in verschillende tempo's naar Hooybroeck.
Ik was als laatste gestart en wie mij een beetje kent weet, dat deze sportman een achterstand nooit meer uit handen geeft. In mijn rode wielershirt in de rode kayak droeg ik met recht de rode lantaarn.
We legden aan ter hoogte van onze Hofstede, waar we met de achterblijvers kletsten, terwijl we wat aten. Ike en Elisabeth waren doorgeroeid naar de stuw, ik volgde, uiteraard op gepaste afstand, hun voorbeeld. Bij de stuw kon je niet verder, dus vanaf hier moest je drieënhalve kilometer terugroeien. Dat ging makkelijker door het lichte verval. Je ging sneller met minder moeite.
Het kanoën is trouwens een uitstekende training voor je rug- en armspieren en in mindere mate ook voor je buikspieren.
Om 3 uur waren we terug bij ons vertrekpunt. Na € 66,- betaald te hebben voor het peddelen pedaleerden we terug naar de Hofstede, waar we thee dronken, alvorens we met een man of 10 gingen wandelen. We liepen op de Grebbedijk naar de brug bij landgoed Lambalgen, om aan de overzijde van de Grift naar de stuw te wandelen. Hier liepen we langs de rand van een bos.
Om half 6 waren we terug bij Hooybroeck, waar de voorbereidingen werden getroffen voor de barbeque op deze warme en zonnige zomerdag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten