Het is een oud gezegde: er leiden veel wegen naar Rome. Bij het langebaanschaatsen kun je dat goed zien. Bij de kampioenen van het afgelopen decennium zaten diverse "buitenstaanders" zoals skeeleraar Chad Hedrick, shorttracker Shani Davis en marathonschaatser Jorrit Bergsma. Er bestaan dus veel alternatieve wegen naar Thialf.
Iets soortgelijks zie je bij het trainen voor de marathon. Er bestaan behoorlijk wat trainingsschema's. Mijn eerste daad was om alle korte, snelle lopen eruit te gooien. Je krijgt er wel wat meer snelheid van, maar de kans op blessures neemt ook navenant toe.
Het basisschema is vrij simpel: door de week loop ik op dinsdagavond en donderdagochtend een kilometer of 10, in het weekeinde een langere afstand: een drietal keer 30 km met tussendoor of een halve marathon of 15 km. De dagen ertussen neem ik bewust rust. De spieren kunnen zich dan herstellen!
Doordat ik de donderdagochtend voor het Paasweekeinde moest werken, werd het schema omgegooid: vrijdag een halve marathon, Tweede Paasdag 15 km met het laten schieten van de 10 km op donderdag en dinsdag. Wie weet wat dit schema met wat langer duurwerk oplevert. Er leiden meer wegen naar Rome. Pardon: naar Marathon.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten