Gisterenmiddag stond ik voor de zevende keer in 6 dagen tijd op het ijs in de Leidse IJshal. Om 2 uur zou ik schaatsles geven aan 5 kinderen. Het betrof een kinderpartijtje, dat half februari gegeven zou zijn, maar door coronabesmettingen destijds niet door kon gaan.
's Morgens was ik in de koude lucht boodschappen wezen doen bij "De Helianth" voor mijn schoonouders en voor onszelf. Ik had er af 18 kilometer opzitten voor ik om kwart over 1 naar de Vondellaan fietste.
Na het kinderpartijtje op de binnenbaan ruimde ik de gebruikte spullen op en fietste met tegenwind naar Hillegom, waar ik met Bas en Joep had afgesproken bij "Klein Duimpje". Voor de eerste keer in 2022.
Daar in deze onzekere veel mensen hun geld in goud beleggen, deden wij dat ook maar. In vloeibaar goud op precies te zijn. Het bleek een uitstekende belegging te zijn.
We praatten over allerhande dingen, maar hadden het nadrukkelijk ook over Piet Verhoeve. Deze oud-klasgenoot van mij op de Sint-Jozefschool in Nieuw-Vennep had beurtelings bij mij en bij Bas in het elftal gezeten bij DIOS. Verder heeft hij een aantal jaren met ons in "Oktopus" gezongen, samen met zijn vrouw Lidwien. We wensen de nabestaanden veel sterkte met het verlies van de immer slanke en sympathieke Piet, die net als ik op zijn best was in de derde helft. Piet, rust in vrede.
Na twee vloeibaar goud genuttigd te hebben fietsten we naar "Bregje" in Beinsdorp, waar we na een mix van voorgerechten roodbaars aten. Met de wind in de rug fietste ik naar Leiden terug. Thuisgekomen had ik 65 kilometer weggetrapt.
Vanmorgen stond ik om 7 uur naast mijn bed. Ik deed mijn schaatskleren aan, ontbeet met Ada en om 8 uur werd ik opgehaald door Wim Slootweg op weg naar mijn "Eight days a week".
Samen reden we naar Spaarnestad, waar we bij de IJsbaan van Haarlem mee zouden doen aan de Lastige Lijven Toertocht.
Doordat we vrij vroeg waren en ons nog niet in konden schrijven, dronken we een koffie en een warme chocolademelk in de kantine. Daar kwam ik Margreeth Pennekamp tegen, een oud-klasgenote van "Porta Vitae" in Hoofddorp. Helaas was er niet veel tijd om met elkaar te praten, want we konden ons inschrijven en alvast een begin maken met de 250 rondjes, waarbij ik onder ander Arthur van Winsen en Pieter Snit sprak.
Met 23 rondjes op de teller verzamelden wij ons voor het officiële startschot.
Na een loze ronde mochten we vaart maken. Dat lukte heel aardig. Bij de eerste dweilpauze stonde de teller op 68 rondjes oftewel ruim 27 kilometer.
Terwijl dweilorkest "De Schuimkragen" er vrolijk op los speelden, at en dronk ik wat en begon vol goede moed aan de derde serie. Ik reed een tijd achter "Krasse knar" Rein Knetsch, met wie ik in de Leidse IJshal heel veel heb opgereden. Deze diesels hebben ongeveer dezelfde snelheid. Het ging goed tot ik een kilometer of 40 gereden had en een krampscheut door mijn rechterkuit voelde gaan.
Het is iets, wat soms kan gebeuren, maar er volgden tijdens deze serie nog een stuk of 5. Door te temporiseren en rechterop te gaan rijden, kon ik echte kramp gelukkig vermijden. Maar om te zeggen, dat ik lekker schaatste: nou nee!
Met 136 rondjes op de teller begon ik aan de tweede eet- en drinkpauze. Ik at mijn tweede banaan voor de magnesium en dronk een flesje isotone sportdrank leeg. De vierde serie verliep probleemloos. Met 200 rondjes oftewel 80 kilometer had ik het idee, dat het lek boven water was.
Dat bleek een fikse misrekening. Nog voor ik de eerste bocht door was, voelde ik een nieuwe krampscheut. Met een trager tempo reed ik de laatste 50 rondjes. Ik had het gestelde doel van 250 rondjes volbracht. Mijn eerste 100 kilometer in 2 jaar tijd.
Met het oog op de Bert Grotenhuis Bokaal, die volgende week vrijdag na 3 jaar eindelijk weer wordt verreden, heb ik wel wat huiswerk meegekregen na deze toch wel mislukte generale repetitie. In ieder geval neem ik volgende week voorafgaand aan deze Alternatieve Elfstedentocht, iedere dag een magnesiumpil en ik zal er ook een paar meenemen voor het geval dat.
Verder weet ik, dat ik wat meer vocht tot me moet nemen. Want een 200 kilometer is tweemaal zo lang, maar misschien wel driemaal zo zwaar.
De conditie is goed, de techniek is goed, het materiaal is goed, maar die krampscheuten duiden er op, dat er iets niet helemaal goed is. Het was dit jaar voor mezelf een échte Lastige Lijven Toertocht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten