Afgelopen zondag was de eerste officiële editie van de 100 Bruggenloop.
Door de coronabesmetting, die zich uitte in niet meer of minder dan een normale verkoudheid, kon ik onmogelijk meedoen met dit hardloopfestijn.
Nu had ik zondag ook niet de puf gehad om 19 kilometer te lopen, maar de uitdaging om deze Bruggenloop een keertje in mijn eentje te doen, die lag er.
Gaandeweg de week voelde ik, dat ik steeds meer "de oude" werd.
Vanmorgen beleefden we een koude start.
Door dit soort koude nachten en redelijk frisse dagen beleven we zowaar weer eens een periode, met temperaturen onder het maandgemiddelde!
Na de paar regenbuitjes beloofde het een mooie sportdag te worden met prima temperaturen.
Na met mijn vrouw ontbeten te hebben, fietste zij naar de volkstuin, terwijl ik naar de Leidse IJshal reed. Daar stalde ik mijn fiets en trof een "Krasse knar" aan, die wat rondjes wilde schaatsen op de gladde ijsvloer.
Nu ben ik de beroerdste niet en ik liep over de eerste brug van de dag om aan de overzijde de ijzers van mijn kluunschaatsen onder mijn Langlaufschoenen te klikken. Samen met Jaap Kroes reed ik zo'n 5 kilometer.
De spieren waren inmiddels aardig warm gereden, zodat ik kon beginnen aan de 100 Bruggenloop. Het was zo'n 500 meter lopen tot de Rijnsburgersingel, waar ik de route oppikte.
Vlak voor de Plesmanlaan had ik in een parkje mijn tweede brug al te pakken, voordat ik aan de Alternatieve 100 Bruggenloop kon beginnen.
In een marathontempo begin ik aan dit parcours met een A4-tje met daarop de routebeschrijving. Ondanks de meegenomen leesbril waren de lettertjes en cijfers eigenlijk net te klein voor mijn ogen.
Het kon niet uitblijven: een paar keer liep ik fout, zodat ik meer meters maakte dan gedacht. Dit hield wel in, dat ik later de kaart beter ging bestuderen. Maar ja, op een paar punten kwamen 2 of 3 routes bij elkaar. Welke kant moet je dan op?
Gelukkig koos ik de goede kant en via de Oude Singel liep ik naar de kermis op de Beestenmarkt.
Via de Rembrandtbrug liep ik naar de Rijn- en Schiekade, waar ik bij vrienden van het toilet gebruik kon maken. Langs de Witte en de Zoeterwoudse Singel kwam ik op het 10-kilometerpunt. Ik ging aftellen. In het Van der Werfpark nam ik een energiegelletje en daarna liep ik naar de sterrenwacht.
Helaas kon ik niet het terrein van de Hortus Botanicus op, waardoor ik een drietal bruggen miste. Geen nood, want ik kon een tweetal bruggen over de gracht heen en weer lopen.
Eén brug over de Witte Singel lag eruit, dus liep ik de volgende heen en weer. Over het Rapenburg en de Steenschuur kwam ik bij de Nieuwe Rijn uit, waar de Koornbeursbrug lag, het eindpunt van de loop, maar ook het begin van nog een lus van 5 kilometer.
Via de Oude Rijn kwamen we in de hoek van het Singelpark, waar ik nog niet was geweest. Dat stelde mij wel voor een raadsel.
Voor hoeveel bruggen telt deze speelse brug mee?
Na via de Zijlpoort aan de andere zijde van de Zijlsingel gelopen te hebben, kwam ik bij de Meelfabriek de binnenstad weer binnen. Daar nam ik mijn tweede energiegelletje in het Singelpark. Ik raakte in gesprek met een wandelaar, die mij wees op een aardbeiboom.
Dat is weer eens wat anders dan een kauwgomballenboom.
Nu was het nog maar een tiental bruggen tot de finish. Mij restte nog de eerste kilometer van de 100 Bruggenloop.
Bij de Morssingel verliet ik de route om het laatste stuk naar de Leidse IJshal te lopen, waar ik na drieënhalf uur terug was. Met het fout lopen erbij kwam ik op een halve marathon uit. Het vele zoeken naar de juiste route kostte me ook aardig wat tijd.
En eerlijk gezegd: met het duurvermogen zit het wel goed, maar vandaag kon ik ook niet zoveel harder. Ik had vorige week überhaupt niet gedacht, dat ik nu al een halve marathon kon lopen.
En zo eindigde ik op de plek, waar ik vanmorgen begonnen was: op de brug in de Leidse IJshal!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten