Het was een koude morgen. Vooral de noordwesten wind zorgde er voor, dat het niet behaaglijk aanvoelde. Nog minder behaaglijk was het op de Titanic, die vandaag precies een eeuw geleden zonk na geramd te zijn door een ijsberg.
Om half 8 trok ik de huisdeur achter dicht. Op de fiets naar Hans Boers over de Velostrada dacht ik eraan, dat deze dag volledig in het teken zou staan van driekwart. Samen met Hans zou ik driekwart marathon gaan lopen in Rotterdam, terwijl het vandaag driekwart eeuw geleden was, dat mijn ouders met elkaar in het huwelijk zijn getreden.
Een vruchtbaar en rijk gezegend huwelijk trouwens.
Ook in de muziek is driekwart trouwens een veel voorkomend verschijnsel: een driekwartsnoot of een driekwartsmaat.
Om 8 uur was ik bij Hans, waar ik een kop thee dronk voor we naar station Voorburg-Leidschendam reden voor de Randstadrail naar Rotterdam Centraal. Ietsje later dan gepland maar nog ruimschoots op tijd waren we op de afgesproken plek, waar de afspraken tussen de lopers van de twee teams van GBA-Accountants gemaakt werden.
Daarna konden Hans en ik de bus nemen naar het wisselvak op 10 km.
Tot half 11, het moment, dat het startschot gelost werd op de Coolsingel, bleven we in de bus zitten, waar het toch prettiger vertoeven was dan in de koude aprilwind. We kuierden rustig naar het wisselvak, waar we een kopgroep van een stuk of 12 Kenianen na 29 minuten langs zagen flitsen. Wat een tempo! Het gat met de achtervolgende groep was na 10 km al een volle minuut.
We moesten wel lachen toen er vlak voor onze neus een motorrijder kwam staan met voorop de motor een bord met "Eerste dame". Dit ontlokte aan een toeschouwer in onvervalst Rotterdams de opmerking: "Voor een dame heeft ze wel een erg volle baard!" In het wisselvak kwam ik mijn zus Tineke en mijn zwager Johan tegen, met wie we even kletsten. Niet al te lang, want Nico Groenewegen kwam al na 55 minuten het wisselvak binnen gestormd. Zo vertrok ik naar het lange, brede en bontgekleurde lint van renners. De meeste lopers, waar ik nu mee opliep, koersten af op een tijd van 3 uur 30. Je wordt opgenomen in de meute en gaat dan mee met deze snelheid. Hoewel ik me nog zo had voorgenomen om niet te snel te beginnen, liep ik de 10 km in 47 minuten. En dat, terwijl we zeker 5 kilometer tegen de harde wind op moesten boksen. Maar dat is het voordeel van een drukke marathon: je hebt door de vele voorgangers veel minder last van de wind. Ik overhandigde het lint aan de volgende GBA-loper en moest toen 5 minuten wachten, voor Hans ook in het wisselvak was. Maar daar ben ik ook goed in getraind: wachten op Hans. Samen namen we een korte eet- drink- en plaspauze voor we het startvak verlieten. We liepen nu met een grote groep, die op weg was naar een tijd van ongeveer 4 uur. Ik was fitter dan mijn trainingsmaat, daar ik de laatste weken veel duurwerk heb gedaan. Zodoende nam ik Hans op sleeptouw.
Over de Erasmusbrug passeerden we de Maas, waarna we richting Kralingen liepen. Hans had last van een spier in zijn bovenbeen, dus bij elke drinkpost masseerde ik die onwillige spier even. Zo gingen we hortend en stotend naar het wisselvak op 33 km. Onderweg daar naartoe kondigde Hans aan, dat hij daar de bus terug naar het centrum van Rotterdam zou nemen, maar gelukkig bedacht hij zich. We namen wat meer pauzes en we wandelden af en toe een stukje, maar dat viel helemaal niet op: we waren bij het beruchte 35-kilometerpunt, waar de man met de hamer bij menigeen de illusie op een goede eindtijd aan diggelen sloeg. Voor ons was de tijd niet belangrijk: wij trainden "slechts" 32 km. Zo liepen we langs de boorden van de Kralingse Plas, waar in 1970 het roemruchte Holland Popfestival plaats gevonden had. Waar we het hele traject al aangemoedigd waren, heel wat beter dan bij het bioscooppubliek in Mokum, deze werd steeds frequenter en luidruchtiger naarmate we de Coolsingel naderden. Het 40-kilometerpunt passeerden we in 3.57, zodat we de 30 km, ondanks de vele pauzes, in 3 uur volbracht hadden. Aan de met dranghekken afgezette overkant van de rijbaan zagen we de nummer laatst lopen met een stuk of 6 bezemwagens achter zich aan. Hij had in 4 uur tijd 27 km gelopen. Gemiddeld nog geen 7 km per uur! We begonnen na nog wat rek- en strekwerk en een beker Extran aan de laatste 2 km. Wat een enorme hoeveelheid publiek stond hier! In een tijd van 4.14 en nog wat voltooiden wij onze driekwart marathon. We haalden bij Remon Lansbergen onze kleding op en wandelden naar Rotterdam Centraal, waar we zeer snel de Randstadrail terug hadden. Zodoende konden we bij Hans en Morena de ontknoping van de Amstel Gold Race op televisie zien. Voor ons was het zeer bekend terrein. Een paar jaar geleden hadden we met de droogtrainingsgroep de Mergellandroute gefietst. Deze sportdag was vermoeiend geweest, maar was wel volledig geslaagd en niet slecht voor driekwart.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten