woensdag 16 maart 2011

Laatste kans

Wat gaat zo'n schaatsseizoen toch snel. Gisterenavond alweer de laatste disdagavondtraining in de Leidse IJshal. Net als vorige week was het nog behoorlijk druk. De vaste klanten ontbraken, maar er waren aardig wat nieuwkomers. Dat levert soms wat remproeven op. Dit keer was er een drietal kunstschaatsters, die op de buitenring op het gedeelte van de hardrijders rustig kwebbelend het "treintje" nagenoeg tot stilstand dwongen.
Voor mij was het de laatste om een uur doorschaatsen te trainen.

Zondag is de winterbiatlon en het zilver van vorig jaar bij de veteranen schept enige verplichtingen. De laatste test reed ik op mijn kluunschaatsen.

Ik voelde mijn bovenbenen nog van de City-Pier-City van twee dagen eerder. Maar vergeleken met de week ervoor voelde de bovenbenen een stuk beter aan. En het ging ook een stuk beter. Ik kon een uur lang aan de staart van het eerste peloton mijn rondjes meedraaien. Martien Wijnands reed een half uur lang een heerlijk tempo, waarna diverse andere schaatsers het stokje van hem overnamen.
Ik had niet verwacht, dat ik al zo hersteld zou zijn, dat ik een uur lang een in vrij hoog tempo mee kon schaatsen. Desondanks verwacht ik niet, dat ik dit jaar op het podium beland. Dat is geen valse bescheidenheid, maar gewoon een reële inschatting. En niet hoger willen springen dan je polsstok lang is, hoort bij de mentale voorbereiding op goede prestaties.
Er zijn een paar essentiële zaken anders. Allereerst het deelnemersveld: Jos Drabbels en Robert Nozeman zijn atleten, die normaliter én harder lopen én harder schaatsen dan deze diesel. Daarnaast is Jaap de Gorter beter in vorm dan vorig jaar.
Daarnaast is mijn beste onderdeel, de 3 km hardlopen na het schaatsen, eruit gehaald. Bij de laatste editie van de run-skate-run heb ik in de twee mijl nog 3 deelnemers ingehaald.
En de belangrijkste reden: ik ben gewoon minder in vorm. Mijn piek lag wat dat aangaat afgelopen seizoen in december bij het schaatsen op de Gouwzee en bij de 1000 rondjes van Leiden, toen ik bijna 3 kwartier van mijn toptijd op de 100 km afsnoepte.
Waar ik in februari 2010 met IJsstrijd "slechts" 105 km geschaatst had, was ik eind februari heel wat dieper gegaan, met op de eerste dag 200 km en op de tweede ruim 50.

Op een of andere manier is de scherpte er dan toch vanaf. Maar als stayer wil je bij de feestelijke finale van het schaatsseizoen 2010-2011 natuurlijk wel zo goed mogelijk voor de dag komen. Dus greep ik mijn kans om met gevoelige bovenbenen een uur lang behoorlijk snel door te schaatsen. Zondag moeten we ook afzien!

Bij het verlaten van de baan sprak ik nog met een betrekkelijke nieuwkomer. Hij was een flink stuk jonger dan ik en had vorig jaar en het jaar daarvoor ook diverse keren op de Kaag geschaatst. "Ik dacht, dat ik behoorlijk kon schaatsen, maar dan werd ik ingehaald door een groep vijftigers, die veel harder reden en het zag er nog moeiteloos uit ook!"


Ik kon hem een hart onder de riem steken. Die ervaring had ik ook, toen ik zo oud was als hij. Maar jarenlange trainingsarbeid en sleutelen aan de techniek werpt vroeger of later toch zijn vruchten af.
Wat dat aangaat is er bij schaatsen nooit sprake van een laatste kans. Bij welke andere sport kun je zeggen, dat je op 55-jarige leeftijd nog steeds beter wordt?
Dan had, tot grote vreugde van Inter-fan Arien Stuijt, Louis van Gaal het gisterenavond een stuk moeilijker. Ik hoorde de Bayern-coach dit keer niet zeggen: "Ben ik nou zo slim, of zijn jullie nou zo dom?"
Maar ja, dit keer deed Inter Milan waar de Duitsers het patent op hebben: het benutten van de laatste kans!

2 opmerkingen:

  1. Bert,
    De ijsbaan in Breda is nog tot en met 27 maart open, dus hier wordt nog geschaatst! Helaas was ik niet in Munchen, maar genoten heb ik wel dinsdag. Wat een wereldpot. Op naar Londen voor de finale?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Inter-Barcelona lijkt me een mooi affiche voor de finale.

    BeantwoordenVerwijderen