maandag 29 november 2010

Spoons in Spaarndam


Als je bij de muziekinstrumenten van sommige folkgroepen kijkt, zie je soms "spoons" staan. In het Nederlands betekent dit gewoon lepels. Met twee lepels in de hand kun je the spoons gewoon als ritme-instrument gebruiken.

Ik kon me dan ook niet bedwingen, om een nummer mee te spelen met lepels in een behoorlijk rokerig café in Spaarndam, waar een Nederlandse folkgroep Ierse folkmuziek speelde. En dan is het toch wel aardig, als je het beter blijkt te kunnen dan de lepelspeler van die groep.

We waren in de bunker Bezuiden Spaarndam, deel van de "Stelling van Amsterdam", waar ook een kunstmarkt werd gehouden, terecht gekomen na een wandeling door de weilanden langs bevroren boerensloten vanuit het huis van Rob Ammerlaan en Margriet Biemold.

Daar het treinverkeer tussen Leiden en Haarlem er uit lag, pikte Joep Kapiteijn ons op en na een rit langs berijpte bomen en struiken kwamen we in Haarlem-Noord aan. Tim de Beer was daar als eerste, Bas en Nel Warnink en Willem Jongsma en Lotte van Walstijn kwamen wat later.



Het was een prachtige dag voor een winterwandeling: zonnig, niet veel wind en temperaturen net onder het vriespunt. De droom van iedere schaatser: zulk weer treffen met een Elfstedentocht.




Onderweg kletsten we bij en lachten we om snedige opmerkingen en daar gingen we mee door in café Bezuiden Spaarndam en bij Margriet en Rob thuis, waar we een lekker en gezellig avondmaal hadden. Aan de eettafel speelde ik maar niet met spoons. Met soep erop geeft dat zo'n vlekken....

zondag 28 november 2010

De drie verdrietige eenzame mannen

's Ochtends fietste ik naar de binnenstad van Leiden om een pasfoto te laten maken. Niet zomaar voor de lol, nee, het werd tijd om mijn rijbewijs te verlengen. Een paar weken geleden had ik gedroomd, dat ik in Leeuwarden aan de balie stond om me in te schrijven voor de Elfstedentocht, maar helaas, ik had geen legitimatie bij me. Ik moest dus met de trein terug naar Leiden om mijn paspoort of mijn rijbewijs op te halen.
Daar ik afgelopen zomer gedroomd had, dat Nederland de finale van het WK voetbal van Spanje zou verliezen, leek het me slim, om deze droom toch maar als een waarschuwing op te vatten en te gaan voor het rijbewijs op creditcardformaat, dat gewoon in mijn portemonnee past.

Na het Stadhuis heb ik nog wat winterkleding gekocht en fietste aansluitend door naar "De Helianth", waar ik aan de praat raakte met Rean Roeterink, die ik in clubblad IJskout als lid van het eerste bestuur van de IJVL op de foto had zien staan.
"En wat was je eerste daad als bestuurslid?" vroeg ik.
"Vermoedelijk een feestje organiseren" was het eerlijke antwoord.
Thuisgekomen ging ik 5 km hardlopen in de koude wind, langs het geplande tracé van Rijksweg 11 West. Meer wilde ik niet lopen met het oog op mijn overbelaste kuitspier.
's Avonds vertrok ik met Ada op de fiets naar station Leiden, daar we in Alphen aan den Rijn naar "De drie verdrietige eenzame mannen" van Toneelgroep Het Volk zouden gaan.

Voorafgaand hieraan aten we met Oscar en Annelies van Wijk in "De Zaak". De Brugse tripel en de zeewolf kan ik u van harte aanbevelen. We staken het plein over en namen plaats in een zaal in Castellum, waar we af en toe onbedaarlijk moesten lachen om de voorstelling van Het Volk.
De toon werd al meteen gezet, toen de eerste eenzame man zijn levensverhaal deed: "Als weeskind werd ik ondergebracht bij de Broeders van de Liefde. Van sommige paters kreeg ik wel erg veel liefde...."
In het begin leek alles als los zand aan elkaar te hangen. Maar op het verrassende eind kwam alles samen en vielen alle puzzelstukken keurig in elkaar. Voor degenen, die nog de mogelijkheid hebben om naar een uitvoering van "De drie verdrietige eenzame mannen" te gaan (de lijst van optredens is te vinden op www.toneelgroephetvolk.nl), ik kan het van harte aanbevelen!

zaterdag 27 november 2010

Open je hart


De aanhef klinkt als de aankondiging van een hartoperatie, maar daar was op de licht winterse vrijdagavond gelukkig geen sprake van. Met Ada ging ik naar een concert van Stichting Muziekprojecten Pablo Neruda onder leiding van Cees Thissen, een van mijn muziekdocenten in mijn roemruchte jaren op Pedagogische Academie "De la Salle" in Heemstede, die ik voortijdig verlaten heb, omdat ik geen les kon geven.
Voordat ik naar het concert ging, ging ik eerst nog even.....lesgeven! Normaal gesproken geef ik op vrijdagmiddag 2 ur achter elkaar schaatsles aan kinderen, eerst van de buitenschoolse sport, daarna bij de IJVL.
Gisteren bleef het bij de les van de buitenschoolse sport, daar ik anders in schaatskleding naar een concert zou moeten. Wil Verbeij nam de honneurs waar.
Om toch nog een beetje een idee te geven van hoe ik in de Leidse IJshal schaatsles geef, hierbij een aantal foto's en twee video's, die ik toegestuurd kreeg van Arnout Kruijshaar. De begeleidende tekst luidde: "Zoals beloofd, maar wat vertraagd de foto's die ik op vrijdagavond van de schaatsles van Marijne heb gemaakt. Het is gemaakt met een telefoon dus geen super kwaliteit. Ze heeft er veel plezier in en wil elke dag wel schaatsen!"
Die laatste zin, daar gaat het om: plezier in schaatsen! Je kunt als trainer nog zoveel techniek overbrengen, als het plezier ontbreekt, heb je je doel gemist. Gelukkig heeft Marijne, en met haar hopelijk de rest van mijn groep, wel plezier.








Om 7 uur hadden we de trein naar Haarlem, waar Tim de Beer ons bij het station oppikte. Nel Warnink zat achter de kassa, waar koorknaap Bas ons ook kwam begroeten. Rob Ammerlaan, Margriet Biemold, Joep Kapiteijn en Leo Arends maakten onze vriendengroep compleet, terwijl we luisterden naar gedichten van koorleden, die door Cees Thissen vakkundig op muziek waren gezet.
Er was één soliste, Viola van Es. Hier een filmpje van haar, die ik op youtube vond.

In de Adelbertuskerk konden we genieten van mooie muziek en eveneens mooie teksten.
Het meest ontroerende nummer vond ik "Met andere ogen", dat geschreven is door Bas Warnink. Zelf geef ik al een jaar of 10 les aan G-schaatsers en dit nummer is zo herkenbaar en uit het hart gegrepen.

Als u op bovenstaande tekst klikt, krijgt u de vergrote versie.
Datzelfde geldt voor de tekst hier beneden. Ada moest tot mijn stomme verbazing, ondanks dat ze al 30 jaar mijn levenspartner is, onbedaarlijk lachen om "De Heren der Schepping".

donderdag 25 november 2010

Kabouterschaatsen

Dinsdagavond voelde ik, dat ik toch behoorlijk diep was gegaan bij de Zevenheuvelenloop.

Mijn bovenbenen protesteerden bij het traplopen en ik voelde mijn rechterkuit weer, nadat ik dacht dat ik van de overbelasting af was. De keuze was dus erg makkelijk gemaakt: ik zou op mijn kluunschaatsen gaan rijden.
Nadat ik mijn achterband geplakt had, fietste ik naar Vondellaan 41, waar ik mijn rondjes meedraaide in de tweede groep. Ik koos er bewust voor om in de staart van de groep te rijden en alleen op techniek te gaan schaatsen. Het lukte behoorlijk goed, al moest ik af en toe een gat laten vallen in de bochten als er daar hard werd aangezet. Maar goed, op het rechte eind kon ik vaak de aansluiting wel weer vinden.
Op donderdagochtend was het behoorlijk druk. Een aantal vaste krasse knarren waren er niet, maar anderen kwamen nu voor de eerste keer weer meeschaatsen, dus de groep was even groot. Martin Langbroek verwelkomde me met: "Zo, weer op je kabouterschaatsen", terwijl Hans van der Plas zei: "Ah, je bent op de homoschaatsen!"
Daar er een paar klassen van een middelbare school zouden komen, gooide ik mijn schema om, en tijdens het rijden nog een keer. Uiteindelijk reden we 145 rondjes. Het eerste blok van 30 rondjes ging enorm hard. Er moesten 6 personen afhaken, en dat is niet helemaal de bedoeling.
Het tweede blok van 30 ging door de scholieren de mist in, daar zij ineens het ijs op stoven en wij moesten gaan slalommen om geen botsingen te veroorzaken. We besloten met een blok van 40 rondjes, waarna ik op Heintje Davids begon te lijken. Er volgde nog een blok van 10 rondjes technisch schaatsen en nog eentje van 5.
In de kantine praatten we over de 1000 rondjes van Leiden, waar Willem van Vliet, Hans van der Plas en ik gaan meedoen. Een waardige afsluiting van het prachtige schaatsjaar 2010.

woensdag 24 november 2010

Uitgeloot

Gisteren kwam in het nieuws, dat twee bekende marathonschaatsers dit jaar uitgeloot waren: Henk Angenent en Erik Hulzebosch, de nummers 1 en 2 van de Elfstedentocht van 4 januari 1997. In "De wereld draait door" is hier een tijd over doorgepraat met dit duo en met de toenmalige voorzitter van De Friesche Elf Steden, Henk Kroes.
Nu wil het toeval, dat ik als eenvoudig toerschaatser, met zowel Henk Angenent als met Erik Hulzebosch gepraat heb. Met de winnaar van 1997 tijdens de huldiging van de 4 "Leidse" Olympiagangers in maart dit jaar, met Erik Hulzebosch in januari 1998, toen Jaap de Gorter via zijn werk bij De Kler had geregeld, dat wij, samen met Max Dohle, bij een schaatsclinic op de Jaap Edenbaan aanwezig mochten zijn.

Het mooie is: als er geen microfoon in de buurt is, spreekt Hulzebosch gewoon Nederlands, om probleemloos in dialect te gaan praten, zodra er iets in zijn buurt verschijnt, wat op een microfoon lijkt. Wat dat aangaat is hij een echte entertainer.

De combinatie van de serieuze Angenent met de clown Hulzebosch werkt wat dat aangaat prima. Twee prima ambassadeurs van de prachtige schaatssport, die juist goed tot hun recht komen, doordat ze tegenpolen zijn. Twee serieuze mensen werkt niet, twee clowns ook niet. Qua gedrag schijn ik volgens ingewijden trouwens iets meer van Erik Hulzebosch weg te hebben.

Ik ben Hulzebosch trouwens nog een keer tegengekomen. Ik was op de Weissensee aan het trainen en reed met hem en een ploegmaat van Nefit op, toen zij een stukje uitreden. Toen kon ik het bijhouden. Op het moment, dat ze even aanzetten, hadden ze binnen de kortste keren een gat van een paar honderd meter. Ach ja, verschil moet er zijn. Er was trouwens nog een derde man uit die roemruchte kopgroep van 1997, die ik gesproken heb: Piet Kleine, die bij ons in Hotel "Die Forelle" verbleef. Ik ben benieuwd, of toerrijder Piet Kleine ook is uitgeloot. Ik ondersteun van harte het verzoek aan het bestuur van de Elfstedenvereniging, om voor de kopgroep in 1997 een uitzondering te maken op de regel, dat ze om het jaar ingeloot zijn. Al maakt het in het geval van postbode Piet Kleine niet veel uit, want alle keren, dat hij meereed, miste hij een stempeltje! Als tegenprestatie lijkt het me billijk, dat Jaap de Gorter en ik dan een wild card krijgen in de winter van 2011-2012, als wij uitgeloot zijn. Wij kwamen toen immers eerder over de finish dan Henk Angenent en Erik Hulzebosch.....

maandag 22 november 2010

Ingeloot


Zaterdag plofte een brief op de deurmat van de Koninklijke vereniging De Friesche Elf Steden uit Leeuwarden. De inhoud was al verwacht, maar daarom niet minder welkom: ik ben dit jaar weer ingeloot voor de Elfstedentocht.
En dan verschijnen er op internet zelfs dit soort kaarten.

En nu maar hopen, dat dit soort kaarten een keertje uitkomen....

zondag 21 november 2010

De lange stoet

En onder de gouden hemel in de zilveren zon
speelt altijd het harmonie orkest in een grote regenton.
Daar trekt over de heuvels en door het grote bos
de lange stoet de bergen in van het circus Jeroen Bosch.
En we praten en we zingen en we lach-ahahahaa,
het Land van Maas en Waal,
van Maas en Waal, van Maas en Waal,
van Maas en Waal, van Maas en Waal.

Deze regels uit het laatste couplet van "Het land van Maas en Waal" van Boudewijn de Groot waren behoorlijk goed toepasbaar op de Zevenheuvelenloop van vandaag. Want we trokken vanuit Nijmegen in een lange stoet over de heuvels en door het grote bos tussen de Maas en de Waal.

Met zo'n 32.000 deelnemers liepen we de 15 km door de bossen tussen Nijmegen, Groesbeek en Berg en Dal onder nagenoeg perfecte weersomstandigheden. Het was koud, er was weinig wind en het zonnetje scheen. Wat wil een mens nog meer.

Vooraan waren een paar mensen, die wel wat meer wilden: zoiets raars als een wereldrecord lopen. Terwijl Hans Boers en ik in het oranje startvak stonden, werd om 1 uur het startschot gelost en voor wij bij de startstreep waren na ruim 17 minuten, naderde de kopgroep de 7 km al.
De voorbereiding op de Zevenheuvelenloop was niet ideaal geweest, met 4 weken geleden nog een overbelaste kuitspier, en eigenhandig deed ik daar nog een schepje bovenop. Gisterenochtend moest ik in de bibliotheek in Rijnsburg werken en 's middags ging ik helpen sjouwen op de Hoofdbieb in Katwijk aan Zee. We gaan herinrichten en je laat je collega's dan niet in de steek, ook al is rust nemen voor een loop volgens de boekjes beter. Maar ja, ik zit iets anders in elkaar.
Om 5 uur fietste ik naar huis, waar Ada het de macaronischotel nagenoeg klaar had.
Na het eten douchte ik me en maakte de tas in orde voor zondagmorgen, want om 7 uur ging de wekker af.
Ik wandelde naar station De Vink om de trein naar Nijmegen te nemen. Dat klinkt normaliter heel gewoon, maar tot gisterenmiddag was het onzeker, of het treinverkeer rond Utrecht weer volgens het boekje zou rijden. Welnu, laat ik u uit de droom helpen: dat deed het niet, want de extra trein, die de NS had ingezet, arriveerde met een kwartier vertraging op de plaats van bestemming. En dat, terwijl Hans, zij het op het nippertje, op tijd was....
In Nijmegen zochten we een plek op, waar we wat warms konden drinken. In een straat met een tiental gesloten café's vonden we er eentje, die wel open was: Bascafé. Dat kwam mooi uit, want in projectkoren en op scratchdagen zing ik bas.

Ik was dus hartelijk welkom, vooral toen ik mijn portemonnee liet zien om de cappucinno en warme chocomel te betalen. Samen wandelden we naar de parkeergarage van de Rabobank, waar we onze startnummers op onze sportkleding speldden om vervolgens de steile klim naar de begane grond te maken. In het zonnige park liepen we in, voor we ons naar ons startvak begaven.
Na de zandloper gepasseerd te zijn liepen we de eerste 2 km samen op, tot Hans meldde, dat zijn veter los was. Ik liep door in de veronderstelling, dat hij me wel weer in zou halen. Dat bleek een misvatting.

Ik liep veel makkelijker, dan ik had gedacht en de Zevenheuvelenloop was voor mij één grote inhaalrace. Het trainen in de duinen, en dan vooral de duinopgangen, levert bij het klimmen voordeel op, terwijl het de armen slap lang het lichaam laten hangen bij het afdalen zijn waarde weer eens bewees.



Onderweg rekende ik uit, dat ik op een schema van ongeveer 1.12 lag, maar dat viel achteraf erg mee. Op de finish bleek, dat mijn brutotijd 1.28.31 was, dus een tijd van ruim 71 minuten.

Hans had 73 minuten ingevuld als verwachte eindtijd, en hij liep 1.13.32.
Nu we het toch over een verwachte eindtijd hebben: exact 29 jaar geleden liep ik ook in een lange stoet, maar toen in Amsterdam. Op 21 november was er een demonstratie tegen het besluit van het kabinet Van Agt om kruisraketten te plaatsen in Nederland. Met Ada treinde ik naar Mokum, waar we Annemieke Zomerdijk en Paul Crezee ophaalden om op het Museumplein met zo'n 400.000 bezorgde Nederlanders te gaan protesteren tegen de (kern)wapenwedloop tussen NAVO en Warschau Pact.

Aansluitend aan de toespraken en de muziek volgde in een bontgekleurde stoet een tocht door het centrum van Amsterdam.
's Avonds gingen we uit eten met mijn vriendengroep uit Nieuw-Vennep, met o.a. Nel en Bas Warnink, Joep Kapiteyn, Tim de Beer en Rob Ammerlaan. Protesteren en gezelligheid gaan uitstekend hand in hand!
En achteraf kun je zeggen, dat alle protesten toch geholpen hebben om een einde te maken aan de Koude oorlog.

Op de terugweg naar de kleren kwam vandaag het pijnlijkste moment bij de parkeergarage: de afdaling. Vooral mijn bovenbenen voelde ik. Ik had dus alles gegeven, veel meer zat er niet in. Bij het naar boven strompelen werden Hans geholpen door 2 jonge meiden, die voor bejaardenverzorgster oefenden. Op dat moment voelden de benen trouwens zo wel aan.
Maar gelukkig waren we, net als de nieuwe wereldrecordhouder Leonard Komon, zeer ver verwijderd gebleven van de bezemwagen, die door Willem van Kempen werd bestuurd. Maar de NS maakte dit meer dan goed. Toen we Arnhem gepasseerd waren, kregen we de mededeling, dat we een extra stop zouden maken bij Oosterbeek, omdat de machinist wilde controleren, waar het probleem met de rem zat. Na de privatisering hebben we al heel wat mededelingen en excuses van de NS aangehoord, maar deze vertrouwenwekkende mededeling kende ik nog niet. Na een overstap in Utrecht had ik op Den Haag CS een minuut om het halve station over te steken voor de stoptrein naar Haarlem. Daarvoor moest ik nog een stukje hardlopen en dat was geen ongedeeld genoegen. Toen ik op De Vink uitstapte, bleek Ada in de coupé boven mij gezeten te hebben. Ze was naar Den Haag geweest, waar ze eerst naar een concert van jeugdorkest Viotta geweest en daarna, samen met onze oudste dochter, naar het kunstschaatsen op de Uithof. Zo kon ze de optredens van onze jongste dochters zien. Thuisgekomen bleek uit een mailtje van de Zevenheuvelenloop, dat ik toch nog onder de 1.11 was gekomen: 1.10.54, slechts 9 seconden langzamer dan mijn toptijd van 2009. En dat was nog keurig verdeeld ook: 5 seconden verlies op de 1e 5 km, 1 seconde op de 2e 5 en 3 seconden op de laatste 5. Over een vlak schema gesproken!
Maar dat was het enige, wat vlak was over de heuvels en door het grote bos in de lange stoet.

donderdag 18 november 2010

Bloed, zweet en tranen

Sir Winston Churchill heeft in een van de beroemdste toespraken uit de wereldgeschiedenis de precaire situatie van Groot-Brittanië in 1940 aan de vooravond van de slag om Engeland samengevat in de zin: ""I have nothing to offer but blood, toil, tears and sweat", in het Nederlands meestal samengevat als "Bloed, zweet en tranen".

Zo ernstig was de situatie gelukkig niet bij de krasse knarren, waar wij onze slag op het Leidse ijs probeerden te perfectioneren. Meestal blijft het beperkt tot zweten en een enkele keer komt het tot tranen van het lachen door een snedige opmerking van deze of gene.
Vandaag vloeide er echter bloed. Een misslag, zoals elke week wel een paar keer voorkomt, en die meestal zonder gevolgen blijft, leidde dit keer tot een duikeling op het ijs. Ook dit leidt meestal alleen tot wat blauwe plekken. Dit keer echter niet. Ton had een snee bij het ooglid, die uiteindelijk, ondanks EHBO in de IJshal, in het ziekenhuis gehecht moest worden.
Niets ernstigs, maar wel heel vervelend. Het is iets, wat ons allemaal zou kunnen overkomen, als jij toevallig die pech hebt.
Ton, bij deze van harte beterschap en hopelijk zien we je volgende week weer op het gladde ijs in de Leidse IJshal, hoewel Koning Winter snode plannen schijnt te hebben....

woensdag 17 november 2010

Wiet


Gisterenavond werd mij na afloop van de training in de kantine van de IJshal gevraagd, wat ik gegeten had, daar ik zo hard schaatste.
"Macaroni" antwoordde ik geheel naar waarheid, maar daar dit niet het antwoord was, waar de heren op zaten te wachten, vulde ik dit snel aan met "Met epo".
Eigenlijk had ik het geheim gisteren al kunnen onthullen, maar de tijd moet er nu eenmaal rijp voor zijn. Welnu, bij deze: ik schaats dit seizoen met Wiet!

Inderdaad. De slag is dit seizoen ontspannen en ik schaats zeer relaxed. Vooral op donderdagochtend. Maar het is toch een slagje anders dan jullie denken. Bij de krasse knarren schaats ik dan met Wiet van den Brink.
Zeg nu zelf: dat hadden jullie niet gedacht van me....

Haastige spoed

Het was behoorlijk mistig, toen ik naar de IJshal fietste. Het was dan ook iets rustiger dan normaal. Een aantal vaste mensen, die er anders elke dinsdagavond waren, zag ik niet.
In het begin ging het erg lekker. Glad ijs, technisch liep het goed en ik kon veel langer dan normaal met de tweede groep meeschaatsen. En daar ook zit meteen de valkuil. Op een gegeven moment ga je "harken" om er maar bij te blijven.
In eerste instantie heb je dat niet in de gaten: je vervalt in de oude automatismen. Maar op een gegeven moment heb je toch wel door, dat het technisch niet loopt. En dan is het lastig om de knop om te zetten. Als je gehaast gaat schaatsen, is het lastig om dit te keren.
Toen de meeste snelle rijders van het ijs waren, reed ik met Niek rond, die mij eerlijk zei, dat ik in mijn oude fout verviel: "Ik zie in de bocht dat hupje weer". En hij had gelijk.
Het laatste kwartier ben ik me, met hem in mijn kielzog, gaan concentreren op technisch rijden. Gelukkig lukte dit aardig.
Maar ik zal me er toch op moeten blijven concentreren, want de betere techniek is nog lang niet geautomatiseerd. Waaruit maar weer eens blijkt, dat het met schaatsen precies hetzelfde is als elders: haastige spoed is zelden goed!

dinsdag 16 november 2010

Brainstormen

Gisterenavond hebben we in de Leidse IJshal zitten brainstormen, hoe we op 31 december de 1000 rondjes van Leiden in zouden kleden.

Van de IJshal waren Jos Arts, Hermien Ravensbergen, Elly van Goozen en ijsmeester Jan van Rijn aanwezig, terwijl ik bij het drietal deelnemers aan dit nieuwe evenement behoorde, samen met Hans van der Plas en Willem van Vliet.
Het begon allemaal als een grap, nadat Hans van der Plas en ik door dooiijs de 200 km van de Nierstichting Elfstedentocht niet hadden volbracht. "In Leiden is het maar 1000 rondjes en je hebt er altijd goed ijs" mailde Jos Arts ons. En ja, hoe gaat het met geintjes: die gaan soms een eigen leven leiden.
En zo zaten we gisterenavond te vergaderen over een concrete invulling van dit wilde plan, met maximaal 30 schaatsers op de buitenbaan en het G-schaatsen als goede doel. Ik kan er nog niet te veel over uitweiden, daar een aantal zaken doorgesproken moeten worden met Zorg & Zekerheid, de hoofdsponsor van dit evenement.
Wel wil ik bij deze kwijt, dat ik op 31 december om half 6 's ochtends aanwezig ben bij de start van de aanval op mijn enige baanrecord: in 1988 schaatste ik op 1 dag 600 rondjes oftewel 120 km in de Leidse IJshal.Alleen de échte Elfstedentocht kan mij weerhouden van deelname aan deze zeer Alternatieve Elfstedentocht.

maandag 15 november 2010

Vol verwachting klopt ons hart

Sinterklaas is weer in het land en hij werd met allerhande liederen, waaronder eentje met deze zinsnede: "Vol verwachting klopt ons hart". Schaatsliefhebbers willen Koning Winter ook gaarne op deze wijze onthalen. Zelf heb ik vorige week een stukje met mijn wintervoorspelling onder het kopje "Pestvogels" op dit weblog gezet. Gisteren kreeg ik een mailtje van Bas Schijff, weerman te Rijnsburg. Dag Bert, Als ik zo het weerbeeld in het noorden zie ontwikkelen dan voorzie ik een klassieke opbouw van de winter. Scandinavië zit dit keer al snel onder de sneeuw en ik voorzie de eerste winterse uitval onze kant op voor de volgende week. We gaan dan naar het einde van de maand toe en de kou zal meer vanuit het noorden gaan komen. Natuurlijk gaat dat eerst bij ons met vallen en opstaan maar ik verwacht dat december al behoorlijk wat winterkou gaat produceren. De komende winter zou er wel eens veel meer geschaatst kunnen worden dan de vorige. Er is dus goede hoop voor de schaatsliefhebber. Groetjes van Bas Schijff. Nu is weerman Schijff niet zo maar een weerman. Terwijl de discussie over het broeikaseffect op zijn hoogtepunt was, voorspelde hij vorig jaar een koude winter. En gelijk gekregen heeft hij!!! Kortom, ik heb er zeer veel vertrouwen in, dat we deze winter weer op natuurijs kunnen rijden.


zondag 14 november 2010

Een gezellige man

Gisteren had ik mezelf een extra zaterdagdienst bezorgd. Daar de uitvaart van Robbin Schaddé van Dooren om half 11 begon met een kerkdienst, had ik er al rekening mee gehouden, dat ik een vervangingsverzoek zou krijgen, hetgeen ook geschiedde.
Ik ontbeet snel met Ada en fietste naar de bibliotheek van Rijnsburg, waar ik tot kwart over 1 werkte. Thuisgekomen kleedde ik me snel om en in mijn sportkleren fietste ik naar Den Deyl, om met Hans Boers de laatste duintraining voor de Zevenheuvelenloop te gaan doen. Ondanks de weersverwachtingen eerder in de week met zeer veel regen, viel het in onze regio mee: het was bewolkt, maar droog. In België en Limburg konden ze dat niet zeggen.
We liepen door de duinen vanaf de Klip richting Katwijk, tussen de plassen in de duinvalleien door, want deze week was er hier toch wel het één en ander gevallen. Over het strand liepen we tegen de wind in terug naar Wassenaarse slag.

Thuisgekomen ging ik douchen en mijn nagels knippen en daarna kon ik aan tafel. In sportkleding, want ik moest om 7 uur lesgeven in de Leidse IJshal. De mare, dat ik zou komen, was me zeker vooruit gesneld, want de helft van de IJVL-ers was maar op komen dagen.
Desondanks was het een leuke les. Met vier deelnemers kun je immers veel individuele aanwijzingen geven.
Aansluitend stond ik weer een uur op het ijs om te helpen bij het G-schaatsen. Daar er veel hulptroepen aanwezig waren, met dank aan het fenomeen "maatschappelijke stage", kon ik veel aandacht geven aan Nel Klinkhamer.
Na afloop evalueerde ik de les uitgebreid met Gerard van Tol aan de bar van de kantine, zodat ik om een uur of 11 thuis kwam. U merkt het: voor Ada ben ik echt een gezellige man.

vrijdag 12 november 2010

Voor Robbin

Vorige week vrijdag verongelukte Robbin Schaddé van Dooren op 16-jarige leeftijd. Deze op-en-top sportman was veel te vlug aan de eindstreep.
Vorig jaar heb ik in mijn functie als Rijmpiet bij de Katwijkse bibliotheek een Sinterklaasgedicht voor hem gemaakt. Als laatste eerbetoon plaats ik dat hier nogmaals op dit weblog.

Beste Robbin,

Sinterklaas reed op zijn gemak
Met zijn paard over het dak
Maar dat vond jij helemaal niets,
Je reed veel liever op je fiets
Om naar de tennisbaan te gaan
Waar je een balletje kon slaan.
Service, baseline en forehand,
Cross-pass, match en backhand,
Tennis lijkt wel een Engelse les.
Sla je raak, dan roep je “Yes”,
Maar heb je pech dan sla je mis
En dan zeg je zeker en gewis
Dat het een vuiltje in je oog is.
Verder zit je ook op zit basketball
En zo’n oranje bal zie je overal
Dus daar hoef je niet naar te speuren,
Als je speelt in je eigen clubkleuren.
Maar van sporten krijg je trek
Dus dan is het helemaal niet gek
Dat de Sint jou niet is vergeten
Met deze letter om lekker op te eten!

Pak maar uit en ga genieten,
Sinterklaas en al zijn Pieten.

donderdag 11 november 2010

Riders on the storm of "Moest jij niet naar Gorleben?"

Dinsdagavond mijn schaatsen opgehaald. Er was een nieuw setje klapveren opgezet en de ronding was er opnieuw ingeslepen. In het begin is het altijd even wennen. Je moet weer even zoeken naar het juiste drukpunt, maar dit had ik al redelijk snel gevonden.
De weersvoorspellingen voor deze donderdag waren nogal stormachtig. Het was gelukkig niet zo erg als die ene donderdagochtend in januari, 3 of 4 jaar geleden, toen de Leidse IJshal op last van de brandweer gesloten was, omdat de golfplaten van het dak door windkracht 10 tot 11 begonnen te klepperen.
Die middag ging ik gewoon op de fiets naar de bibliotheek in Katwijk. Hoewel gewoon: op het kale stuk langs de Tjalmaweg ter hoogte van het vliegveld werd ik 3 keer van de Kooltuinweg het gras in geblazen. Gelukkig heb ik regelmatig gemountainbiked, dus ik wist goed, hoe ik moest handelen: rustig uitrijden en dan pas terugsturen.

Zo erg was het vandaag niet. Integendeel zelfs: op de heenweg had ik de stormachtige zuidenwind grotendeels in de rug, dus ik werd als het ware naar mijn werk toe geblazen. Na de zware onweersbui rond een uur of half 7 is de wind kennelijk behoorlijk gedraaid, dus ik had deze onverwachts ook meer mee dan tegen.
Met het schaatsen zat het ook niet tegen. Op de spiegelgladde ijsvloer ging het met de flink gegroeide groep krasse knarren behoorlijk hard, waarbij ik weer eens merkte, hoe makkelijk je dit hoge tempo bij kunt houden als je een goede techniek hebt.Eén van mijn medeschaatsers was trouwens verbaasd, dat ik er was, getuige zijn vraag: "Moest jij niet naar Gorleben?"

woensdag 10 november 2010

Pestvogels

Vorig jaar kreeg ik een puike wintervoorspelling op een presenteerblaadje aangereikt door Bas Schijff, weerman te Rijnsburg. Tot nu toe heeft hij zijn voorspelling voor de komende winter nog niet wereldkundig gemaakt, dus ga ik me zelf op het gladde ijs van de wintervoorspelling begeven. Allereerst wil ik daarbij het weer van het afgelopen jaar betrekken. We hebben zeer langdurig met de noordwestenwind te maken gehad. Dit heeft in de winter tot zeer veel sneeuw geleid. Maar er waren meer extreme trekken: tot juli was het veel te droog, maar in een paar maanden tijd is die "schade" intussen volledig ingelopen. Kortom, er is vooralsnog geen sprake van een "normaal" weerpatroon. De kans op extremen blijft dus aanwezig, ook in de winter van 2010-2011. En dan komt ineens een invasie van pestvogels: Op Terschelling stikt het al van de pestvogels. Vogelaar Arie Ouwerkerk telde een gigantische groep van 215 exemplaren. In deze tijd van het najaar is dit bijzonder, meldt vogelonderzoekbureau Sovon. De pestvogel is in Nederland een wintergast. Normaal gesproken laat hij zich pas later in het najaar massaal zien. Ook op Schiermonnikoog zijn exemplaren gezien. De landelijke teller staat inmiddels al op enkele duizenden. Pestvogelinvasies komen voor als er in de broedgebieden een tekort aan voedsel is. Anders blijven ze de hele winter in het noorden. Vroeger vreesde men dat de onvoorspelbare komst van deze mysterieuze, opvallende vogels, een voorbode van een pestepidemie of ander onheil was. Het dier heeft daar zijn naam aan te danken. Grote invasies met duizenden vogels vonden plaats in de winters 1965–1966 en 1995–1996. Of het dit jaar ook komt tot een grote invasie is nog niet te zeggen, maar de grote aantallen in oktober beloven veel goeds.

Als we kijken naar de bovengenoemde jaren, dan komen beide winters voor in de lijst met koude winters. In februari 1996, de koudste winter van de afgelopen 20 jaar, ging de Elfstedentocht, ondanks ijstransplantaties, op het laatste moment niet door. Maar 1966 komt ook voor in het lijstje met koudste perioden in voorbije winters, die is opgesteld door Cees van Zwieten, wiens website ik van harte kan aanbevelen. Daarbij staat 1966 boven de Elfstedentochtwinters van 1909 en 1912. Daarbij wil ik wel de kanttekening maken: dat kon door het geringe aantal deelnemers. In de huidige tijd zou het met die ijsdikte NOOIT zijn georganiseerd! Op internet trof ik verder dit hoopvolle bericht aan: Duitse weerkundigen verwachten opnieuw een ijskoude winter. Daarmee bevestigen ze eerdere voorspellingen van hun Britse collega's. De Duitse experts gaan zelfs nog een stapje verder en denken dat de winter nog strenger dan vorig jaar zal worden. Enkele dagen geleden waarschuwden weerkundigen uit Rusland en Polen voor een extreme koudegolf. Hun Duitse collega's bevestigen dat het land zich mag opmaken voor een ijskoude winter. Eerder hadden ook de Britten een gelijkaardige voorspelling gedaan. Het lijkt dus logisch dat ook de Lage Landen niet zullen ontsnappen aan de winterkou. Nu heeft Bas Schijff nog geen wintervoorspelling gedaan, maar in zijn op het Vogezen-systeem gebaseerde voorspelling voor 2010 valt dit voor december te lezen: In de eerste week zijn er sneeuwbuien mogelijk maar er zitten ook droge dagen bij waarin het in de nachten kan gaan vriezen. We krijgen dus gelijk met winterweer te maken. Ook in de 2e week blijft het vrij koud al zal het wel kwakkelen. De wind waait vaak uit het noorden en er zijn sneeuwbuien te verwachten. In de 3e week wordt het wat wisselvalliger al blijft het aan de koude winterse kant. Het zal dus nog steeds vallen en opstaan zijn met het winterweer. In de laatste week is de sneeuwkans ook vrij groot zodat een witte Kerst tot de mogelijkheden behoort. Na de Kerstdagen gaat het harder vriezen en krijgen we meer zon. Het wordt een te koude maand met vaak neerslag in de vorm van sneeuw. De hoeveelheid zon komt op een normaal peil uit en de hoeveelheid neerslag ook. In Nederland kent iedereen de uitdrukking: "De eerste klap is een daalder waard". Dat geldt zeker voor de winter. December zet vaak (maar niet altijd!) de toon voor de rest van de winter. Ondanks het broeikaseffect ben ik dus optimistisch over de komende winter!

maandag 8 november 2010

Tante Mart

De afgelopen 2 avonden had ik 2 keer een avondwake. Gisterenavond fietste ik naar Hoogmade, waar ik in de katholieke kerk de familie Lieverse kon condoleren met het verlies van tante Rie van der Ploeg.
Vanavond fietste ik naar Leiden Centraal, waar ik de trein naar Nieuw-Vennep nam, om vandaar naar de katholieke kerk te wandelen, waar ik de familie Breed kon condoleren met het verlies van tante Mart.
Het geeft een dubbel gevoel, want zo vaak zie je in grote gezinnen je neven en nichten niet meer, dus deze droevige gebeurtenissen geven ook een stukje gezelligheid.
De laatste maanden hadden we bij de familie Lieverse al een tweemaal een reünie gehad, en bij de reünie van de Antoniusschool had ik een paar neven en nichten Breed gesproken, maar nu waren er veel meer aanwezig.
En tijdens zo'n avondwake komen allerlei herinneringen naar boven. Ome Gerrit en tante Mart woonden 100 meter bij ons vandaan en Marjan en Erna zaten in de leeftijdscategorie van Paul en mij, dus we hebben veel samen gespeeld. We kwamen dus vaak bij elkaar over de vloer.
Op de boerderij van mijn vaders broer konden we altijd komen spelen, en omgekeerd was het bij ons ook de zoete inval, dus ik kan vanuit de grond van mijn hart vertellen, dat we, ondanks alle armoede van een groot gezin, toch een rijke jeugd gehad hebben!
Bij natuurijs bonden we vaak de Friese doorlopers onder. Diverse neven en nichten Breed waren fervente schaatsliefhebbers, dus als de Hoofdvaart bevroren was, reden we lange, rechte stukken. En als de schaatsen bot waren, dan liepen we naar ome Gerrit, die goed kon slijpen. Ondertussen werden we gastvrij ontvangen door tante Mart.
Mijn nicht Jenny was ook een goede schaatster, net als haar man Henk Baars, die als voetballer ook nog eens jarenlang in DIOS 1 speelde, dus het is geen toeval, dat Peter Baars de liefde voor de edele schaatssport van twee kanten heeft meegekregen.

Hij is veruit de beste schaatser van de familie. Zijn erelijst is dan ook zeer imposant: Nederlands kampioen marathonschaatsen op zowel de baan als op natuurijs en daarnaast ook nog eens een heuse Alternatieve Elfstedentocht. Er zijn niet veel schaatsers, die deze trilogie ook op hun naam hebben kunnen schrijven.
Helaas is het grootste deel hiervan door de ziekte van Alzheimer aan tante Mart voorbij gegaan.

zondag 7 november 2010

N11-West Nee


Het is al weer een tijdje geleden, dat Ada en ik meegelopen hebben met een protestdemonstratie, maar dit keer was het een heuse thuiswedstrijd. Vanaf de molen in de Stevenshofpolder zouden we naar zwembad Het Wedde in Voorschoten lopen om te protesteren tegen de aanleg van de N11-West. Deze loopt net ten zuiden van de Stevenshof dwars door één van de laatste open polders tussen Leiden en Den Haag en deze snelweg splijt ook nog eens Voorschoten dwars doormidden.
Kennelijk moet alles wijken voor de asfaltlobby.

We liepen langs de weilanden, waar de als Rijnlandroute vermomde Rijksweg gepland staat. Door middel van protestborden was aangegeven, hoe de weg zou gaan lopen: op nog geen 100 meter van de bebouwing! Terwijl we in de Stevenshof al de fijnstof van de A44 krijgen te verwerken.

We liepen over het fietspad, dat ik vaak gebruik als deel van mijn trainingsroute vanuit huis. Ook de marathon van Leiden loopt over dit fietspad. Bij dit soort inspanningen haal je dieper adem dan normaal, dus je krijgt dan een extra portie fijnstof te verwerken. Ja, de overheid weet wel, hoe ze de vergrijzingsgolf binnen de perken wil houden!!!
In een stoet van 1000 personen liepen we onder een bewolkte hemel naar Voorschoten, waarbij her en der sprekers wezen op de vernietiging van een stuk woongenot van vele duizenden mensen en ook op het alternatief: de Churchill-Avenue.
In de stoet kwamen we een hoop bekenden tegen, dus het wandelen naar Het Wedde was ook nog eens erg gezellig.
Alle argumenten tegen de als Rijnlandroute vermonde Rijksweg 11-West zijn te vinden op www.behoudrijnland.nl en op www.vriendenoostvlietpolder.nl. Alle: nou nee, ik heb er nog een: deze weg doorkruist de Dobbewatering en de Schenksloot, zodat het onmogelijk wordt om vanuit de Stevenshof naar de Horsten te schaatsen. Want klûnend een Rijksweg oversteken lijkt me niet goed voor de gezondheid.

Klimtraining

Ik fietste naar Den Deyl, waar Hans Boers me oppikte om voor het eerst sinds 4 weken weer eens in de duinen te gaan trainen. De vakantie in Oviedo en omgeving en de overbelasting van mijn rechterkuit stonden dit in de weg.
Op de fiets kreeg ik het begin van een flinke bui te pakken, maar ik had al gezien, dat in de verte opklaringen aan kwamen zetten. Dat klopte, zodat toen wij door het veelkleurig herfstloof naar De Klip liepen, het al droog begon te worden.
Daar we vorige keer ons op verboden terrein begaven, kozen we er voor, om de gebaande paden maar te bewandelen.
Langs het fietspad naar Den Haag liepen we tot Meijendel, waar we afbogen naar het strand. Dit was vrij smal. Enerzijds kwam dit door het hoge water en de eveneens hoge golven, anderzijds door de nieuwe, brede duinenrij, die als gevolg van de zandsuppletie aan het ontstaan is. Kon je een jaar of 5 geleden het prikkeldraad bij het begin van de zeereep nog zien, dat was nu volstrekt onmogelijk door nieuwe duinen van 8 tot soms wel 10 meter hoog, die op het strand ontstaan waren.
In het waterige zonnetje liepen we over het natte, mulle zand naar Wassenaarse slag, terwijl we ter hoogte van IJmuiden een regenboog zagen hangen.

Bij Wassenaarse slag klommen we omhoog om door de Ganzenhoek weer naar ons startpunt te rennen. Het was een zware, maar zeer genoeglijke training geweest. Korter, maar qua zwaarte redelijk vergelijkbaar met de Zevenheuvelenloop.
Thuis gekomen belde ik naar Siebe. Hij was op de fiets door de bergen rond Oviedo naar de broer van Ana gereden en had dus een échte klimtraining gehad. Maar dat heeft hij ook nodig. Volgend jaar rijdt hij voor een andere wielerploeg. Welke dat is, zal hij te zijner tijd wel bekendmaken op zijn eigen website www.siebebreed.nl.

vrijdag 5 november 2010

Een ongeluk komt nooit alleen


Iedere Nederlander kent wel de uitdrukking "Een ongeluk komt nooit alleen". Welnu, vandaag was er een bizarre variant op deze uitdrukking. Allereerst kregen we op de bibliotheek om even over 10 een telefoontje: de zoon van een collega was vanochtend bij een scooterongeluk om het leven gekomen.
Het spreekt voor zich, dat iedereen aangeslagen was. Je kind verliezen is het ergste, wat een mens kan overkomen. Desondanks moet je door met je werk: de klanten in de bibliotheek zo goed mogelijk helpen.
Tussen de middag keek ik even in het Leidsch Dagblad en zag daar een advertentie staan: tante Rie Lieverse-van der Ploeg was op 100-jarige leeftijd overleden. Thuisgekomen belde ik naar één van mijn zussen. Riet wist het al, maar ze wist ook te melden, dat tante Mart Breed-van Berkel de dag ervoor was overleden.
Binnen 24 uur was zowel aan vaders- als aan moederskant de laatste overlevende van de generatie van mijn ouders overleden. Hoe bizar kan toeval soms zijn.
En om dit bizarre toeval helemaal compleet te maken: beide tantes verloren een kind bij een verkeersongeluk...
Een uur later zat ik op mijn fiets om twee uur schaatsles te gaan geven aan kinderen. Het spreekt voor zich, dat ik ingetogener was dan anders. Desondanks laat je de kinderen verder zo min mogelijk van merken: zij komen onbevangen naar de IJshal om te genieten van een uurtje schaatsplezier.
Op zulke dagen besef je, dat sport een bijzaak is. "De belangrijkste bijzaak van het leven", zoals een Engelse voetbaltrainer dat eens raak heeft getypeerd, maar dan nog is het niet meer dan een bijzaak.
Ik wens allen, die deze dagen het verlies van een dierbare moeten verwerken, alle sterkte toe!

Grote denkers

Onder het kopje "Een Russische ster" had mijn collega Irene een stuk geschreven over de grote schrijver en denker Lev Nikolajevitsj Tolstoj (1828-1910). Hij heeft klassiekers uit de wereldliteratuur op zijn naam staan als "Anna Karenina" en "Oorlog en vrede".

In het goed geschreven stukje over deze interessante persoon trof mij de volgende zinsnede: "Met zijn ideeën over geweldloos verzet had hij grote invloed op Mahatma Gandhi en westerse dienstweigeraars."
Ik reageerde met: "Ik ben een van die westerse dienstweigeraars, die door Tolstoj is beïnvloed. Ik heb hem zelfs aangehaald in mijn motivatie voor de commissie, die de gewetensbezwaren moest toetsen", waarop Irene antwoordde met "Weet je dat me dat helemaal niet verbaast…"
Nadat ik de volgende dag naar mijn werk was gefietst, meldde ik me bij mijn hoofd met de woorden: "Hier is de anarchist!"
Dat klopt op zich wel. Vooral het anarchisme van Monty Python kan mij erg bekoren.

Er ontspon zich een kort gesprek, dat ik beëindigde met de woorden: "Toch wel een mooi rijtje: Tolstoj, Gandhi, Breed", waarop Irene van der Plas concludeerde: "De Grote denkers!"
Zo had ik het nog niet bekeken.
Ach, soms moet je het Breed zien....

donderdag 4 november 2010

"Ging dat per ongeluk, of wilde je aandacht?"


Met lente-achtige temperaturen en een stormachtige wind in de rug fietste ik naar de Leidse IJshal, waar ik voor € 75,- een van de beste investeringen van dit jaar deed: een twintig rittenkaart. Om even over 9 stapte ik het gladde ijs op. Het schaatsen ging weer prima.
De krasse knarrengroep was weer wat groter nu een drietal fietsers een winterstop hadden ingelast. We reden met een man of 12 de traditionele piramide.
Van Arthur van Winsen kreeg ik nog een nuttige aanwijzing: ik moest eerder beginnen om druk op te bouwen met mijn rechterbeen in de bocht. Dat klopte: ik concentreerde me dan te veel op mijn linkerbeen. Schaatsen is en blijft een denksport: je moet je blijven concentreren.
Eén van mijn trainingsmaten deed dat even niet bij de start van een blok van 15 ronden en gleed heel langzaam onderuit bij de boarding, waarop een ander fijntjes opmerkte: "Ging dat per ongeluk, of wilde je aandacht?"
Lachend begonnen we aan dat blok, waarbij mijn linkerschaats ineens niet meer goed open klapte. Na de laatste 10 en 5 bleek bij nadere inspectie een veertje gebroken. Als het goed is, is dit dinsdagavond weer gerepareerd.

woensdag 3 november 2010

Druk

Het is gebruikelijk, dat het in de Leidse IJshal na de herfstvakantie druk gaat worden op de publieksuren. Dat was deze dinsdagavond niet anders. Diverse mensen, die ik dit seizoen nog niet gezien had, gaven acte de présence. Zoals Rein, met wie ik de meeste seizoenen in hetzelfde "treintje" mijn rondjes maakte.
Gisterenavond reden er 4 treintjes rond met ieder een eigen snelheid. Dat kwam mede, omdat het behoorlijk druk was. Gezellig druk.
Met mijn verbeterde techniek reed ik vaak met de tweede groep mee. Af en toe haakte ik aan bij de derde groep om mijn rechterkuit niet te forceren. Gewoon in een iets langzamer tempo op techniek rijden om na één of twee keer te zijn "gedubbeld" weer aan te haken bij de snellere groep en zo een paar rondjes "te pakken".
Kortom, ik heb heerlijk gereden.
Aan het eind van de avond reed ik achter Wierd Wagenmakers aan, die op techniek aan het uitrijden was. Af en toe reed hij heel langzaam. Het is behoorlijk moeilijk, om dan nog technisch goed te blijven rijden. Heel langzaam versnelde Wierd, zodat we een Steigerung van een rondje of 7 hadden. Op volle snelheid gekomen reed Wierd dan van me weg: hij heeft gewoon een betere techniek.
Maar mijn techniek wordt ook steeds beter. Het opbouwen van druk, belangrijk voor een effectieve afzet, gaat me steeds makkelijker af, mede omdat ik niet wegtrap maar wegduw.

maandag 1 november 2010

Asturias

We hadden ons grondig voorbereid op onze tweede reis naar Spanje binnen een half jaar. Als goed bibliothecaris verdiep je je dan uiteraard in de vakliteratuur.

Desondanks stonden we regelmatig met ons mond vol tanden als we weer eens overvallen werden door rap pratende mensen.

Siebe had ons uitgenodigd om langs te komen in Oviedo, waar hij voor de tweede keer was neergestreken. Vorig jaar als wielrenner, dit jaar als student Geologie.

In de meivakantie waren we in Navarra geweest en in de omgeving van Ribadesella.

De herfstvakantie brachten we dus door in Asturias, dat zichzelf verkoopt als Paraiso natural, het natuurlijke paradijs.

En daar zijn wij het helemaal mee eens!