De laatste grote klus voor de marathon van Leiden was het lopen van de halve marathon. Nu heb ik het geluk, dat ik het parcours op ruim 100 meter van mijn voordeur op kan pikken. Tweede Paasdag had ik met Hans Boers in Aarlanderveen afgesproken, dat we samen het parcours zouden gaan lopen.
Om even voor 5 was Hans bij mij, 10 minuten later waren we bij de molen, waar we de 21,1 km oppikten. Het was, ondanks de vrij stevige wind, nog behoorlijk warm in het lentezonnetje. In een marathontempo liepen we naar de binnenstad van Leiden, waar op de Nieuwe Rijn ter hoogte van het Stadhuisplein met boten een gigantisch terras op het water was gemaakt. Leuk voor Koninginnedag, maar ook gezellig met de marathon: laat dat terras dus nog maar even liggen!
Via Zoeterwoude en de Vlietlanden ging onze halve marathon naar Voorschoten, waar we langs de ijsbaan kwamen.
Langs de Korte Vliet kwamen we weer bij de Stevenshof uit, waar we langs de nu nog groene polder liepen tot we weer bij de molen uitkwamen. We hadden er 2 uur over gedaan, een prima marathontempo dus.
Voor Hans was dit een meer dan uitstekende training voor de halve marathon, zelf moet ik op 15 mei nog eens zo lang....
vrijdag 29 april 2011
The Royal wedding
Grote gebeurtenissen werpen hun schaduwen vooruit. Op een of andere manier vallen de huwelijksplechtigheden van gekroonde hoofden daar ook onder. En temidden van dit mediacircus is er nog altijd een buitencategorie te bedenken: het Britse koningshuis.
Bijna 30 jaar na het huwelijk van zijn ouders, Prince Charles and Lady Diana, was Prince William aan de beurt, die met Kate Middleton trouwde.
Het was de hele ochtend dan ook erg stil in de bibliotheek. Heel Nederland, maar in ieder geval heel Katwijk, zat aan de buis gekluisterd. Dat verbaasde mij niet. Bij de huwelijksplechtigheid van Charles en Diana had ik ook het genoegen om in de uitlening te staan, toen in de bibliotheek in Leiden en ook toen was het doodstil.
Nu wil het toeval, dat ik met Ada en een viertal vrienden een week na HET sprookjeshuwelijk van 1981 op fietsvakantie ging in Yorkshire, een van de mooiste gebieden van het toch al mooie Engeland. Zeer veel etalages waren nog vol met memorabilia van the Royal wedding. Diverse Britten, die we spraken, bekenden volmondig: "We enjoyed the wedding so much!" Zo trokken we via de prachtige stad York naar the Yorkshire Dales, een ruig maar een toen helaas erg vochtig berggebied. Dit was het gebied van James Herriot, de dierenarts, die bekend werd van zijn in "the Dales" spelende humoristische verhalen. De boeken van James Herriot werden succesvol verfilmd als televisieserie. Via the Yorkshire Moors keerden we terug naar Hull. Daarbij kwamen we door het vaak bezongen Scarborough. En al die tijd zagen we overal etalages met Charles en Diana. En we weten allemaal, dat het sprookjeshuwelijk als een nachtkaars uit ging.
Indien nodig, gaan de paparazzi over tot een paparazzia. Zo waren zij verantwoordelijk voor de dood van Lady Diana. Ik behoor niet tot de paparazzi. U zult bij mij dus geen videobeelden aantreffen met de hoogtepunten van William en Kate. Dat scheelt weer een aanklacht voor het in bezit hebben van pornografisch materiaal.
maandag 25 april 2011
Bloedvorm of "Ik word al moe als ik er naar kijk!"
Op deze warme Tweede Paasdag was ik er om 8 uur al uit. De Drie Molenloop in Aarlanderveen stond op het programma.
Na een rustig stukje fietsen op Eerste Paasdag met Ada en mijn twee oudste dochters via de Klip naar Katwijk, met tussendoor pootjebaden in het nog koude Noordzeewater, hadden we 's avonds nog even met Siebe geskyped. Hij was met zijn wielertraining in Asturias natgeregend. Het was in Nederland warmer dan in Spanje. Sterker nog, de Benelux had met het prachtige Paasweekeinde het warmste weer van Europa!
Om 9 uur zat ik op de racefiets naar Aarlanderveen, nadat ik op de radio van een sportjournalist een rake typering met impliciet, in dit EPO-tijdperk, een smerige insinuatie gehoord had over Philippe Gilbert, die met de winst in Luik-Bastenaken-Luik een unieke prestatie leverde door 4 klassiekers op rij te winnen: "Gilbert is in bloedvorm!"
Na de helft van de 69 km, die ik vandaag fietsend af zou leggen door het Groene hart, kwam ik bij Zwammerdam op het parcours te rijden, wat we ruim een uur later zouden gaan lopen. Bij het huis van Nico, de collega van Hans Boers, verzamelden het team van GBA Accountants zich.
Om 20 voor 11 wandelden we naar de start van de Drie Molenloop in het centrum van Aarlanderveen. Hier hoorden we een man met een redelijke bierbuik tegen een paar anderen op zijn tuinterras zeggen: "Ik word al moe als ik er naar kijk!"
Met zijn vieren liepen we nog even in, zodat we drie minuten voor de start achteraan in het startvak stonden. Om 10 over 11 mochten we de polder in. Na een kilometer volgde de splitsing in de 10 en de 15 km. Dit stuk gebruikten Hans en ik om nog even lekker in te lopen om vervolgens aan een inhaalrace te gaan beginnen.
Dwars door de Zuid- en Noordeinderpolder liepen we naar de Rijn. Gedeeltelijk hadden we schaduw van de bomen, maar voor de rest viel de warmte op je. Hans en ik hopten van groepje naar groepje. In wielertermen: het was erop en erover.
Zo schoven we langzaam maar zeker steeds verder naar voren in de richting van Zwammerdam. De eerste drinkpost op 5 km kwam als geroepen. We vervolgden onze inhaalrace langs de Ziende, waarop we samen een paar keer geschaatst hebben, toen de Benelux niet het warmste plekje van Europa was.
Over het Zuideinde ging de route naar Aarlanderveen. We lagen nog steeds op een schema van 1.15, dus dat ging, ondanks de hitte, nog steeds goed. Gelukkig bestaat er nog steeds iets als particulier initiatief en af en toe was er bij een boerderij of een woonhuis een extra drinkpost. Wat extra vocht konden we wel gebruiken.
Tot het 12 kilometerpunt liepen Hans en ik nog steeds samen op. Bij een drinkpost sloeg ik een gaatje van een meter of 20, zonder dat ik er erg in had. Bij de eerstvolgende bocht zag ik het pas. "Hans haalt me zo wel in", dacht ik, terwijl ik over het erf van een boer draafde. Maar dat was niet zo, het gat werd over het pad van betonnen platen juist steeds groter.
Bij de molens aangekomen was het nog maar anderhalve kilometer. Nog een laatste bocht en de laatste kilometer met de wind tegen, wat in deze warmte helemaal niet verkeerd was, en de 15,5 km werd binnen de 1.15 afgelegd: 1.14.34. Op de 15 km zou dit een tijd onder de 1.12 opgeleverd hebben, gezien de omstandigheden goed te noemen. Hans Boers eindigde in 1.15.02.
In een veld met 112 gefinishte lopers waren we daarmee 30e respectievelijk 34e. Bovendien waren we voor alle vrouwen over de meet.
Met alle lopers en supporters van het team van GBA Accountants wandelden we naar Het Oude Rechthuis, waar we op een zonovergoten terras nog twee rondjes drank kregen aangeboden. De aanbevolen witbier van de tap, waarvoor op het bord aan de weg reclame werd gemaakt, smaakte inderdaad prima.
Ik zit alleen met een fors imagoprobleem. Als je Hans Boers er op de 15 km uitloopt, kun je zeggen, dat je in vorm bent. Maar van alle 12 lopers, die in exact hetzelfde shirt liepen, was ik de enige, die gefinisht was met een bloedende tepel. Ik ben dus niet gewoon in vorm, maar in bloedvorm....
Na een rustig stukje fietsen op Eerste Paasdag met Ada en mijn twee oudste dochters via de Klip naar Katwijk, met tussendoor pootjebaden in het nog koude Noordzeewater, hadden we 's avonds nog even met Siebe geskyped. Hij was met zijn wielertraining in Asturias natgeregend. Het was in Nederland warmer dan in Spanje. Sterker nog, de Benelux had met het prachtige Paasweekeinde het warmste weer van Europa!
Om 9 uur zat ik op de racefiets naar Aarlanderveen, nadat ik op de radio van een sportjournalist een rake typering met impliciet, in dit EPO-tijdperk, een smerige insinuatie gehoord had over Philippe Gilbert, die met de winst in Luik-Bastenaken-Luik een unieke prestatie leverde door 4 klassiekers op rij te winnen: "Gilbert is in bloedvorm!"
Na de helft van de 69 km, die ik vandaag fietsend af zou leggen door het Groene hart, kwam ik bij Zwammerdam op het parcours te rijden, wat we ruim een uur later zouden gaan lopen. Bij het huis van Nico, de collega van Hans Boers, verzamelden het team van GBA Accountants zich.
Om 20 voor 11 wandelden we naar de start van de Drie Molenloop in het centrum van Aarlanderveen. Hier hoorden we een man met een redelijke bierbuik tegen een paar anderen op zijn tuinterras zeggen: "Ik word al moe als ik er naar kijk!"
Met zijn vieren liepen we nog even in, zodat we drie minuten voor de start achteraan in het startvak stonden. Om 10 over 11 mochten we de polder in. Na een kilometer volgde de splitsing in de 10 en de 15 km. Dit stuk gebruikten Hans en ik om nog even lekker in te lopen om vervolgens aan een inhaalrace te gaan beginnen.
Dwars door de Zuid- en Noordeinderpolder liepen we naar de Rijn. Gedeeltelijk hadden we schaduw van de bomen, maar voor de rest viel de warmte op je. Hans en ik hopten van groepje naar groepje. In wielertermen: het was erop en erover.
Zo schoven we langzaam maar zeker steeds verder naar voren in de richting van Zwammerdam. De eerste drinkpost op 5 km kwam als geroepen. We vervolgden onze inhaalrace langs de Ziende, waarop we samen een paar keer geschaatst hebben, toen de Benelux niet het warmste plekje van Europa was.
Over het Zuideinde ging de route naar Aarlanderveen. We lagen nog steeds op een schema van 1.15, dus dat ging, ondanks de hitte, nog steeds goed. Gelukkig bestaat er nog steeds iets als particulier initiatief en af en toe was er bij een boerderij of een woonhuis een extra drinkpost. Wat extra vocht konden we wel gebruiken.
Tot het 12 kilometerpunt liepen Hans en ik nog steeds samen op. Bij een drinkpost sloeg ik een gaatje van een meter of 20, zonder dat ik er erg in had. Bij de eerstvolgende bocht zag ik het pas. "Hans haalt me zo wel in", dacht ik, terwijl ik over het erf van een boer draafde. Maar dat was niet zo, het gat werd over het pad van betonnen platen juist steeds groter.
Bij de molens aangekomen was het nog maar anderhalve kilometer. Nog een laatste bocht en de laatste kilometer met de wind tegen, wat in deze warmte helemaal niet verkeerd was, en de 15,5 km werd binnen de 1.15 afgelegd: 1.14.34. Op de 15 km zou dit een tijd onder de 1.12 opgeleverd hebben, gezien de omstandigheden goed te noemen. Hans Boers eindigde in 1.15.02.
In een veld met 112 gefinishte lopers waren we daarmee 30e respectievelijk 34e. Bovendien waren we voor alle vrouwen over de meet.
Met alle lopers en supporters van het team van GBA Accountants wandelden we naar Het Oude Rechthuis, waar we op een zonovergoten terras nog twee rondjes drank kregen aangeboden. De aanbevolen witbier van de tap, waarvoor op het bord aan de weg reclame werd gemaakt, smaakte inderdaad prima.
Ik zit alleen met een fors imagoprobleem. Als je Hans Boers er op de 15 km uitloopt, kun je zeggen, dat je in vorm bent. Maar van alle 12 lopers, die in exact hetzelfde shirt liepen, was ik de enige, die gefinisht was met een bloedende tepel. Ik ben dus niet gewoon in vorm, maar in bloedvorm....
zondag 24 april 2011
Minister Van der Stoelgang van Boutenlandse Zaken
Gisteren is Max van der Stoel op 86-jarige leeftijd overleden, in de jaren '70 minister van Buitenlandse Zaken in het roemruchte kabinet Den Uyl, vermoedelijk het kabinet met het hoogste gehalte aan kleurrijke personen. Daarnaast staat hij ook bekend als iemand, die zich actief inzette voor de mensenrechten en vooral als degene, die de vader van Maxima Zorrigieta wist te overtuigen, dat hij beter afwezig kon blijven bij het huwelijk van zijn dochter. Dit zorgde voor de beroemde traan bij het spelen van "Adios noniño" door Carel Kraayenhof.
Voor veel mensen zal dit het hoogtepunt van het huwelijksfeest van Maxima met Elfstedentochtcrack Willem-Alexander van Buren zijn, maar voor Jaap de Gorter en mij was dat toch echt de stofzuigerscene. Terwijl de kerk al vol zat met genodigden, voornamelijk hoogwaardigheidsbekleders, liepen er nog een paar mensen te stofzuigen!
Met dat ultieme hoogtepunt van de uitzending op het netvlies gingen we op 2 februari 2002 samen hardlopen naar en door park Cronesteyn, Jaap zelfs in korte broek. Het was dan ook een graad of 15. Begin februari!
Maar Max van der Stoel zal in mijn herinnering vooral blijven hangen als Minister Van der Stoelgang van Boutenlandse Zaken. Mijn vriend Bas Warnink deed als dienstplichtige in 1976 en 1977 zijn uiterste best om de Russen buiten de deur te houden, hetgeen aardig gelukt is. Tijdens zo'n gedwongen periode slaat de verveling vaak toe, die je als jonge mannen onder elkaar met melige humor probeert te verdrijven.
Nu is het taalgebruik onder militairen niet altijd even fijnbesnaard. Derhalve kwamen op een gegeven moment de grappen en grollen over bouten, met als ultieme hoogtepunt Minister Van der Stoelgang van Boutenlandse Zaken.
In die tijd stonden Bas en ik in het weekeinde in "De Hobbit" in Nieuw-Vennep achter de bar, dus deze grol werd uiteraard met mij gedeeld. Dit was vlak voor wij met Thea, de zus van Bas, Nel Arends en Joep Kapiteyn op vakantie zouden gaan naar Ierland. De grappen over bouten kwamen deze vakantie regelmatig terug. We passeerden immers regelmatig een "roundabout".
Een fraaie volzin, waar we onze niets vermoedende Ierse gastheren af en toe op trakteerden, was: "It's only about a bout".
Tijdens deze autovakantie wandelden we regelmatig, hoewel stappen wellicht beter op zijn plek was. Het leven in Eire speelt zich immers goeddeels in de pub af. En daar hoorden we regelmatig Ierse folkmuziek, zoals die van "The Bothy Band".
In een muziekwinkel kocht ik de lp "Old Hag, you have killed me" van The Bothy Band, die we een maand ervoor nog op hadden zien treden op Pinkpop.
Naast een lp van "The Bothy Band" kocht ik als vakantiesouvenir ook nog een lp van de Schotse folkrockgroep "Five Hand Reel".
Want ik hou toch meer van muziek dan van bouten....
Voor veel mensen zal dit het hoogtepunt van het huwelijksfeest van Maxima met Elfstedentochtcrack Willem-Alexander van Buren zijn, maar voor Jaap de Gorter en mij was dat toch echt de stofzuigerscene. Terwijl de kerk al vol zat met genodigden, voornamelijk hoogwaardigheidsbekleders, liepen er nog een paar mensen te stofzuigen!
Met dat ultieme hoogtepunt van de uitzending op het netvlies gingen we op 2 februari 2002 samen hardlopen naar en door park Cronesteyn, Jaap zelfs in korte broek. Het was dan ook een graad of 15. Begin februari!
Maar Max van der Stoel zal in mijn herinnering vooral blijven hangen als Minister Van der Stoelgang van Boutenlandse Zaken. Mijn vriend Bas Warnink deed als dienstplichtige in 1976 en 1977 zijn uiterste best om de Russen buiten de deur te houden, hetgeen aardig gelukt is. Tijdens zo'n gedwongen periode slaat de verveling vaak toe, die je als jonge mannen onder elkaar met melige humor probeert te verdrijven.
Nu is het taalgebruik onder militairen niet altijd even fijnbesnaard. Derhalve kwamen op een gegeven moment de grappen en grollen over bouten, met als ultieme hoogtepunt Minister Van der Stoelgang van Boutenlandse Zaken.
In die tijd stonden Bas en ik in het weekeinde in "De Hobbit" in Nieuw-Vennep achter de bar, dus deze grol werd uiteraard met mij gedeeld. Dit was vlak voor wij met Thea, de zus van Bas, Nel Arends en Joep Kapiteyn op vakantie zouden gaan naar Ierland. De grappen over bouten kwamen deze vakantie regelmatig terug. We passeerden immers regelmatig een "roundabout".
Een fraaie volzin, waar we onze niets vermoedende Ierse gastheren af en toe op trakteerden, was: "It's only about a bout".
Tijdens deze autovakantie wandelden we regelmatig, hoewel stappen wellicht beter op zijn plek was. Het leven in Eire speelt zich immers goeddeels in de pub af. En daar hoorden we regelmatig Ierse folkmuziek, zoals die van "The Bothy Band".
In een muziekwinkel kocht ik de lp "Old Hag, you have killed me" van The Bothy Band, die we een maand ervoor nog op hadden zien treden op Pinkpop.
Naast een lp van "The Bothy Band" kocht ik als vakantiesouvenir ook nog een lp van de Schotse folkrockgroep "Five Hand Reel".
Want ik hou toch meer van muziek dan van bouten....
vrijdag 22 april 2011
Het Feyenoord-dilemma
Net als vorig seizoen is er sprake van een heus Feyenoord-dilemma. Dit weekeinde staat Feyenoord-PSV op het programma. Bij winst helpen de Rotterdammers Ajax mogelijk aan een kampioenschap, al moet de club uit 020 dan nog wel in de laatste wedstrijd afrekenen met regerend landskampioen FC Twente.
Maar ja, Feyenoord heeft natuurlijk nog wel een appeltje te schillen met PSV, nadat ze in Eindhoven met 10-0 werd vernederd.
In dit verband zou ik een zeer toepasselijk spreekwoord aan willen halen: als twee honden vechten om een Been, gaat de derde er mee heen....
Maar ja, Feyenoord heeft natuurlijk nog wel een appeltje te schillen met PSV, nadat ze in Eindhoven met 10-0 werd vernederd.
Shangri-la of Aan het strand is iedereen directeur
Deze week zag ik, in mijn rol als collectiespecialist bij de bibliotheek in Katwijk, de bovenstaande titel langskomen. Het boek zelf heb ik nog niet in handen gehad, maar de titel alleen al is al veelbelovend. Hierbij citeer ik gedeeltes van de flaptekst:
Wat dacht u van korter werken en meer verdienen? Het kan best hoor: 32 uur met behoud van vrouw en kinderen. Dit boekje gaat over werk in al haar facetten. Over de ideale baan, solliciteren, gesprekken bij de koffieautomaat, files, werkdruk en flexplekken. Het gaat ook over vrije tijd en hoe je het een beetje in balans houdt met al het werk dat zo nodig moet gebeuren. Want dat werken kan best gezond, nuttig en nodig zijn, maar het moet allemaal wel leuk blijven, natuurlijk. Daarom geeft Loesje je tips hoe je je baas beteugelt en de vrijheid grijpt als die buiten het kantoor ligt te lonken.
In dit boekje vind je dan ook onder andere maandagochtendsurvivaltips, nieuwe kantoorartikelen, verschillende vergadertypes, tertiaire arbeidsvoorwaarden en het beroemde sprookje "hoe de baas in een fee veranderde".
Uiteraard staat dit boekje ook bomvol met Loesje-teksten. Kortom, een leuk boekje voor iedereen die werkt, gaat werken of ooit gewerkt heeft.
Dit jaar stond, net als vorig jaar, op Goede Vrijdag een 30 km op het programma. De derde en laatste voor de marathon van Leiden over 23 dagen!
Daar het, net als de afgelopen dagen, wederom zomers warm beloofde te worden, met temperaturen, die tot de hoogste van Europa behoorden, besloot ik 's ochtends te gaan lopen. Om 9 uur zat ik met Ada aan het ontbijt. Met 4 boterhammen en een beschuit achter de kiezen trok ik om half 10 de voordeur achter me dicht om meteen te gaan lopen in marathontempo. Wat dat aangaat schijn ik niet helemaal doorsnee te zijn. Het is niet iedereen gegeven om met een redelijk volle maag te kunnen sporten.
De route liep langs de Haagsche schouw en het Valkenburgse meer naar Wassenaar, waar ik langs de rand van de bebouwing naar de Klip toe liep. Het was al dik boven de 20 graden, zeker in de zon, dus de kunst was om zoveel mogelijk schaduw mee te pakken.
Op de Klip klom ik gelijk op met een fietser. Op het steilste stuk ging het in 8,4 km per uur, op het iets vlakkere stuk ging het tempo naar 9 km. Via de Ganzenhoek vervolgde ik de weg naar Wassenaarse slag.
Doordat het eb was kon ik de 4 km over het strand op het harde deel langs de vloedlijn lopen. Om de paar 100 meter moest ik wel over een klein en soms wat breder slootje springen. Zonder natte poten bereikte ik de duinopgang naar Meijendel.
Over schelpenpaden rende ik naar het gelijknamige pannenkoekenhuis, waar ik in het bezoekerscentrum mijn flesje, net als bij Wassenaarse slag, weer bijvulde met water.
Over een volgend schelpenpad liep ik naar de uitgang voor auto's van duingebied Meijendel om door het zuidelijk deel van Wassenaar te gaan zwerven. Vanaf de Kievit wist ik weer, wat de handigste route naar het centrum van Wassenaar was.
Hier kocht ik in een natuurvoedselwinkel een ijsje: calorieën en verkoeling in één. De winkeljuffrouw vulde als extra service ook nog mijn waterfles, zodat ik in de hitte de laatste 5 km naar huis af kon leggen. Ik schat, dat de temperatuur in de zon een graad of 30 was. Het deed me meteen denken aan de marathon van Leiden van 2006, de zwaarste marathon, die ik gelopen heb.
Onderweg was ik nog diverse andere hardlopers tegengekomen, waarvan een paar, die zelfs in deze hitte in een zwart shirt liepen!
Om even over 1 was ik thuis. Al met al had ik over deze ruim 30 km ruim 3,5 uur gedaan. Het tempo was dus niet bepaald denderend te noemen, ook al neem je de zwaarte van het parcours in ogenschouw.
Het was door de hitte een behoorlijke uitputtingsslag geworden. Ondanks dat ik voldoende vocht tot me genomen had in deze zwaarste training van 2011, was ik anderhalve kilo lichter geworden.
Het parcours daarentegen was zwaar, maar prachtig. En de hele route zat ik met "Shangri-la" van The Kinks in mijn hoofd, en dan met name de zinsnede: "You've reached your top and you just can't get any higher".
Op sportief gebied moet ik, in vergelijking met vorig jaar, een stapje terug doen.
Hoewel ik inhoudelijk nog wel groeimogelijkheden zie, gaat "You've reached your top and you just can't get any higher" op mijn werk zeker op als je het in organisatorisch verband bekijkt. Maar ik ben een tevreden mens. Ik ben al met al meer een meesterknecht dan een kopman.
Er schuilt geen directeur in mij. Behalve vandaag op het strand natuurlijk. Het was eb, dus ik was volledig in mijn element. Het was immers een Breed strand!
donderdag 21 april 2011
SIC
Het schaatsseizoen mag dan nog ver weg zijn, de commissie Opleidingen van de IJVL, waar ik samen met Bert Staal in zit, is gisterenavond al bezig geweest met de voorbereidingen op het seizoen 2011-2012. Samen met Gerard Driessen hebben we ons gebogen over de SIC.
In de Dikke Van Dale staat als verklaring van SIC: (Latijn) 1. Aldus; 2. Zo staat er woordelijk.
In het woordenboek van de IJssport Vereniging Leiden staat SIC voor Schaats Instructie Cursus. Het is een korte cursus voor beginnende schaatstrainers, waarin op een leuke manier de theoretische achtergrond van het schaatsen wordt gegeven.
Hierin gaan we dieper in op het hoe en waarom van het schaatsen: o.a. de technische achtergronden van de schaatsbeweging (waarom ga je harder bij een bepaalde kniehoek?), hoe leer je deze iemand aan, en hoe maak je een training of een jaarplan.
Verder proberen we te laten zien, hoe je technische "mankementen" bij schaatsers kunt herstellen.
De cursus van 6 woensdagavonden begint op 24 augustus, vermoedelijk in het clubgebouw van IJsclub Leiderdorp, waar de IJVL ook dit jaar weer gaat skeeleren. De 6 theorieavonden lopen dus af net voor de kunstijsbanen open gaan.
Op twee nog nader te bepalen avonden is er in de Leidse IJshal een praktisch gedeelte, waarin de geleerde stof in de praktijk wordt gebracht.
Daar de IJVL veel jonge trainers heeft voorziet deze zeer praktische cursus duidelijk in een behoefte. De drie cursusleiders hebben er in ieder geval zin in!
In de Dikke Van Dale staat als verklaring van SIC: (Latijn) 1. Aldus; 2. Zo staat er woordelijk.
In het woordenboek van de IJssport Vereniging Leiden staat SIC voor Schaats Instructie Cursus. Het is een korte cursus voor beginnende schaatstrainers, waarin op een leuke manier de theoretische achtergrond van het schaatsen wordt gegeven.
Hierin gaan we dieper in op het hoe en waarom van het schaatsen: o.a. de technische achtergronden van de schaatsbeweging (waarom ga je harder bij een bepaalde kniehoek?), hoe leer je deze iemand aan, en hoe maak je een training of een jaarplan.
Verder proberen we te laten zien, hoe je technische "mankementen" bij schaatsers kunt herstellen.
De cursus van 6 woensdagavonden begint op 24 augustus, vermoedelijk in het clubgebouw van IJsclub Leiderdorp, waar de IJVL ook dit jaar weer gaat skeeleren. De 6 theorieavonden lopen dus af net voor de kunstijsbanen open gaan.
Op twee nog nader te bepalen avonden is er in de Leidse IJshal een praktisch gedeelte, waarin de geleerde stof in de praktijk wordt gebracht.
Daar de IJVL veel jonge trainers heeft voorziet deze zeer praktische cursus duidelijk in een behoefte. De drie cursusleiders hebben er in ieder geval zin in!
woensdag 20 april 2011
"Maar zelfs hem kon ik niet bijhouden!"
De derde avond van de predroogtraining was tevens de derde keer, dat de Fit your body run in Noordwijkerhout gehouden werd. Om 7 uur werden we geacht op het terrein bij de Sint-Bavo te zijn, waar een kwartier later het startschot zou klinken. Dat betekent haasten.
Gelukkig werkte het weer erg mee. Door het zomerse weer was het erg stil in de bibliotheek en zodoende kon ik met een gerust hart een half uur eerder naar huis, zodat ik nog kon eten, voor ik op weg ging naar Jos Drabbels. De macaroni met gemengde groente aten Ada en ik in de tuin.
Om half 7 stapten we in de auto. We pikten onderweg een gastloper op: Jos Fugers. Jaap de Gorter was meteen helemaal in zijn element. In de auto werden de lachspieren getraind, want we kregen we een complete aflevering van "Adriaan en Olivier" voorgeschoteld.
Toen we arriveerden was de warming-up al bezig, zodat deze danssessie grotendeels aan ons voorbij ging. Na ons ingeschreven te hebben, begaven Jos Fugers en ik ons in de dansende menigte, waar Andrea Landman al bezig was met het "dynamisch rekken".
Om kwart over 7 konden we beginnen aan de 4 rondjes van 2457 meter.
In het kielzog van Jos Drabbels zat ik meteen al vrij ver naar voren. De eerste ronde ging in 11.18. Bij de tweede passage van het mulle zandpad viel er een klein gaatje. Ik kwam op een meter of 20 van Jos te lopen en zo'n klein gaatje is lastig om dicht te lopen. De tussentijd was halverwege 22.41.
Bij de derde ronde kwamen we op het mulle pad ineens in de rook te lopen. Iemand was op het illumineuze idee gekomen om tijdens een hardloopwedstrijd een stapel boombladeren in brand te steken.
Ondanks dit rookgordijn ging deze ronde nog best goed, zodat de derde ronde na 34.14 werd voltooid. Het enige probleem was een zeer droge mond. Waar andere jaren bij een van de paviljoens een drinkpost stond, was deze bij deze warmste editie achterwege gelaten. Het enige minpuntje op deze verder prachtige zomeravond.
Ik lag nog steeds een meter of 25 achter Jos Drabbels, die nog kon versnellen. Het gat werd steeds groter. Ondertussen werd ik bijgehaald door een groepje van 4 lopers. Jaap de Gorter had lang voor dit groepje uit gelopen op 100 meter achter me en eerlijk gezegd had ik verwacht, dat hij mee zou sluipen met dit groepje om mij dan op de meet te kloppen, maar vandaag gebeurde dit niet.
Zodoende kwam ik in 46.04 binnen, een minuut na Jos Drabbels en een minuut voor Jaap de Gorter, die in een heuse eindsprint, die ik zo goed van hem ken, nog iemand op de laatste meter passeerde. Volgens Wil Verbeij, die doordat hij te laat was om te starten, hetgeen trouwens zelfs de beste kan overkomen, en zodoende fungeerde als onze grootste fan, was ik 13e geworden.
Jos Fugers kwam binnen in 54 minuten, Andrea Landman volgde op een minuut.
Meestal is de finish het hoogtepunt van een race, maar vandaag lag de climax in de herenkleedkamer. Een ietwat geblokte loper vertelde, terwijl over zijn race, die niet geheel volgens plan verlopen was. En terwijl hij op Jos Fugers wees, sprak deze ons verder onbekende loper de historische woorden: "Ik sjokte de hele tijd achter hem aan, maar zelfs hem kon ik niet bijhouden!"
Dieper kun je als atleet kennelijk niet vallen. Ik heb zo'n vaag vermoeden, dat deze uitspraak, gedaan in het bijzijn van Jaap de Gorter, Jos Fugers nog lang zal achtervolgen....
De gezellige loop sloten we gezellig af in café Van der Geest, waar Jaap gezelschap kreeg van zijn zus Heleen. Ook na de Fit your body run trainden we onze lachspieren uitvoerig.
zondag 17 april 2011
's Nachts een vent
Thuis ben ik in Nieuw-Vennep groot gebracht met het motto "'s Nachts een vent, 's ochtends ook een vent". Om 9 uur zat ik dan ook aan het ontbijt, want ik had met Jaap de Gorter afgesproken om om kwart voor 10 bij hem te zijn. En afspraak is afspraak.
Jaap zou met Juul Mentink de 10 km lopen, terwijl deze krasse knar voor de halve marathon zou gaan in Noordwijkerhout. Met de auto reden we naar deze plaats in de Bollenstreek, waar de auto vlak bij het huis van Jaaps zus werd geparkeerd.
Om half 11 schreven we ons in bij "De Schelft", waar om 11 uur het startschot voor de 21,1 km zou klinken.
Het was behoorlijk warm, maar gelukkig stond er een beetje wind toen we in een lang, gekleurd lint langs de lange rijen gekleurde tulpen naar de duinen renden. Ik was vrij ver naar achteren gestart en gebruikte de eerste kilometer om lekker in te lopen.
Daarna begon de inhaalrace, die tot kilometer 6 voortduurde. Vanaf dat punt liep ik alleen of in kleine groepjes met mensen, die ongeveer dezelfde snelheid hadden.
Iedere drinkpost nam ik 2 bekertjes water. Anderhalve beker dronk ik leeg, de rest gebruikte ik om mijn hoofd te koelen op deze warme lentedag.
Vlak voor het passeren van het 10 kilometerpunt in 48.54 bruto passeerde een groep Zündapp-rijders ons. Je zag een walm aan uitlaatgassen boven het fietspad langs de duinrand hangen. Wat dat aangaat heeft de techniek inmiddels toch voor heel wat schonere motoren gezorgd.
Ondanks de niet ideale voorbereiding, waarbij ik gisteren zowel bij de koorrepetitie als bij het zeer gezellige IJVL-jubileumfeest zeer veel gestaan heb, ging het gewoon lekker. Het duurvermogen is gewoon prima te noemen. De tussentijd op de 15 km lag in de 1.11, een tijd, die ik regelmatig loop bij de Zevenheuvelenloop.
Langs de bloeiende bollenvelden liep ik in een zeer gelijkmatig tempo naar Noordwijkerhout terug, waar de bruto eindtijd 1.42.03 was.
Op de laatste 20 meter moest ik nog even sprinten om een groepje andere lopers nog net voor te blijven.
Bron: AW Photography
Bij thuiskomst bleek de nettotijd 1.41.27 te zijn, een minuut boven mijn eigen schatting. Met deze tijd was ik 122e geworden.
De tijd was sneller dan de Omloop van Noordwijkerhout van vorig jaar, maar toen had ik van tevoren 9 km "ingelopen". Maar 2 jaar geleden was ik 2 minuten sneller. Het is het verhaal van dit voorjaar: het duurvermogen is dik in orde, maar het is allemaal net wat langzamer. Maar met een gemiddelde snelheid van 12,48 km per uur ben ik tevreden.
Jaap en Juul, die na hun 10 km in respectievelijk 50.18 en 1.05.16 op mij stonden te wachten, hadden, niet voor het eerst, mijn finish gemist. Met dit duo wandelde ik, met ieder een kamerplant, die we kregen in plaats van de zoveelste medaille, naar de zus van Jaap, waar we thee dronken in de tuin. Op de tafel lag een bordje van een tuinplant, die de naam "Penny Lane" had meegekregen. Waarvan akte.
Ik had me niet alleen 's nachts, maar ook 's ochtends een vent getoond. Hoewel? Een gedeelte van de halve marathon liep ik in de middag....
Jaap zou met Juul Mentink de 10 km lopen, terwijl deze krasse knar voor de halve marathon zou gaan in Noordwijkerhout. Met de auto reden we naar deze plaats in de Bollenstreek, waar de auto vlak bij het huis van Jaaps zus werd geparkeerd.
Om half 11 schreven we ons in bij "De Schelft", waar om 11 uur het startschot voor de 21,1 km zou klinken.
Het was behoorlijk warm, maar gelukkig stond er een beetje wind toen we in een lang, gekleurd lint langs de lange rijen gekleurde tulpen naar de duinen renden. Ik was vrij ver naar achteren gestart en gebruikte de eerste kilometer om lekker in te lopen.
Daarna begon de inhaalrace, die tot kilometer 6 voortduurde. Vanaf dat punt liep ik alleen of in kleine groepjes met mensen, die ongeveer dezelfde snelheid hadden.
Iedere drinkpost nam ik 2 bekertjes water. Anderhalve beker dronk ik leeg, de rest gebruikte ik om mijn hoofd te koelen op deze warme lentedag.
Vlak voor het passeren van het 10 kilometerpunt in 48.54 bruto passeerde een groep Zündapp-rijders ons. Je zag een walm aan uitlaatgassen boven het fietspad langs de duinrand hangen. Wat dat aangaat heeft de techniek inmiddels toch voor heel wat schonere motoren gezorgd.
Ondanks de niet ideale voorbereiding, waarbij ik gisteren zowel bij de koorrepetitie als bij het zeer gezellige IJVL-jubileumfeest zeer veel gestaan heb, ging het gewoon lekker. Het duurvermogen is gewoon prima te noemen. De tussentijd op de 15 km lag in de 1.11, een tijd, die ik regelmatig loop bij de Zevenheuvelenloop.
Langs de bloeiende bollenvelden liep ik in een zeer gelijkmatig tempo naar Noordwijkerhout terug, waar de bruto eindtijd 1.42.03 was.
Op de laatste 20 meter moest ik nog even sprinten om een groepje andere lopers nog net voor te blijven.
Bron: AW Photography
Bij thuiskomst bleek de nettotijd 1.41.27 te zijn, een minuut boven mijn eigen schatting. Met deze tijd was ik 122e geworden.
De tijd was sneller dan de Omloop van Noordwijkerhout van vorig jaar, maar toen had ik van tevoren 9 km "ingelopen". Maar 2 jaar geleden was ik 2 minuten sneller. Het is het verhaal van dit voorjaar: het duurvermogen is dik in orde, maar het is allemaal net wat langzamer. Maar met een gemiddelde snelheid van 12,48 km per uur ben ik tevreden.
Jaap en Juul, die na hun 10 km in respectievelijk 50.18 en 1.05.16 op mij stonden te wachten, hadden, niet voor het eerst, mijn finish gemist. Met dit duo wandelde ik, met ieder een kamerplant, die we kregen in plaats van de zoveelste medaille, naar de zus van Jaap, waar we thee dronken in de tuin. Op de tafel lag een bordje van een tuinplant, die de naam "Penny Lane" had meegekregen. Waarvan akte.
Lustrumfeest IJVL
Na 's ochtends in de bibliotheek in Rijnsburg gewerkt te hebben, waar het behoorlijk rustig was, vermoedelijk vanwege de bloemencorso, fietste ik door naar de Lokhorstkerk in Leiden voor de repetitie van die Schöpfung. Over 2 maanden is de uitvoering in de Hooglandse kerk.
Hierdoor misten Ada en ik wel de demonstratie op de Dam tegen kernenergie. Het protest tegen deze gevaarlijke vorm van energieopwekking onderschrijven we nog steeds volmondig.
Na thuis gedoucht en gegeten te hebben vertrok ik met Jos Drabbels naar "de Branderij".
Hier was het lustrumfeest van de IJVL. In 1986 werd de IJssport Vereniging Leiden opgericht, dus dit was het zilveren jubileum. Het feest was tevens een reünie, waar oud-leden van harte waren uitgenodigd.
Om 8 uur liep het café al behoorlijk vol, om 9 uur was het zeer druk, met meer dan 100 leden en ex-leden. Raymond Keur speelde met zijn zoon relaxte muziek op de achtergrond, terwijl ik met deze en gene in gesprek raakte.
Sommigen had ik meer dan 10 jaar niet gezien, anderen zie ik nog regelmatig. Het was reuze gezellig bij het lustrumfeest, waar ook de toppers Laurine van Riessen, Roxanne van Hemert en Kjeld Nuis aanwezig waren. Veel schaatsverenigingen zijn bijna een eeuw ouder dan de IJVL, maar in dit kwart eeuw is er door deze Leidse sportclub een erelijst opgebouwd, waar we mee voor de dag kunnen komen.
Tijdens het officiële gedeelte, met een videoboodschap van mede-oprichter Pim Breebaart, maakte voorzitter Sjaak Stuijt bekend, dat Sjaak Hartman benoemd is tot lid van verdienste. Met een kwart eeuw inzet heeft Sjaak dit wel verdiend.
Marco Tiller en Marloes van der Hoeven wil ik bij deze hartelijk bedanken. Zij hadden dit lustrumfeest uitstekend georganiseerd!
Om kwart voor 2 fietste ik met Jos Drabbels naar de Stevenshof terug, waar ik een half uur later als een blok in slaap viel.
Hierdoor misten Ada en ik wel de demonstratie op de Dam tegen kernenergie. Het protest tegen deze gevaarlijke vorm van energieopwekking onderschrijven we nog steeds volmondig.
Na thuis gedoucht en gegeten te hebben vertrok ik met Jos Drabbels naar "de Branderij".
Hier was het lustrumfeest van de IJVL. In 1986 werd de IJssport Vereniging Leiden opgericht, dus dit was het zilveren jubileum. Het feest was tevens een reünie, waar oud-leden van harte waren uitgenodigd.
Om 8 uur liep het café al behoorlijk vol, om 9 uur was het zeer druk, met meer dan 100 leden en ex-leden. Raymond Keur speelde met zijn zoon relaxte muziek op de achtergrond, terwijl ik met deze en gene in gesprek raakte.
Tijdens het officiële gedeelte, met een videoboodschap van mede-oprichter Pim Breebaart, maakte voorzitter Sjaak Stuijt bekend, dat Sjaak Hartman benoemd is tot lid van verdienste. Met een kwart eeuw inzet heeft Sjaak dit wel verdiend.
Marco Tiller en Marloes van der Hoeven wil ik bij deze hartelijk bedanken. Zij hadden dit lustrumfeest uitstekend georganiseerd!
Om kwart voor 2 fietste ik met Jos Drabbels naar de Stevenshof terug, waar ik een half uur later als een blok in slaap viel.
vrijdag 15 april 2011
Maria Wilhelmina Breed-Lieverse
In de jaren '80 had Maywood een hit met het lied "Mother how are you today".
Exact 20 jaar geleden hoefde ik me dat niet af te vragen. Mijn moeder lag op sterven, precies 4 jaar, nadat mijn ouders hun gouden huwelijksfeest hadden gevierd.
Op 2 april 1991 was ze in het Diaconessen Ziekenhuis in Heemstede bediend door de pastoor, en dan weet je wel hoe laat het is. Alle 12 kinderen waren hierbij aanwezig.
's Nachts droomde ik, dat ik tegen mijn jongste zus Joke zei: "Toch knap, dat ze het tot haar huwelijksdag heeft uitgehouden!" Dit was tegen alle verwachtingen in.
Desondanks gebeurde het toch.
Veertien dagen leefden we met het gegeven, dat ieder telefoontje een oproep kon zijn om onmiddellijk naar het ziekenhuis te komen. Je moet eens weten, hoeveel telefoontjes er dagelijks in de bibliotheek gaan.
Op maandagavond 15 april ging om half 8 de telefoon. Mijn zwager Henk zei: "Als je je moeder nog levend wil zien, moet je nu komen."
Ik sprong op de fiets naar het station, nam de trein naar Heemstede en kreeg daar een lift naar het Diaconessen. Toen ik er een kwartier was, hoorde ik, met de aanwezige familieleden, haar laatste woorden: "Maria komt eraan!"
Toch duurde het nog tot een uur of half 6 de volgende ochtend, voor ze haar laatste adem uitblies.
De uiteindelijke doodsoorzaak, die de arts aan ons meedeelde: slecht werkende nieren, die langzaam maar zeker haar lichaam vergiftigden.
Een schat van een mens, waar geen kwaad in school, werd op 79-jarige leeftijd van ons weggenomen. De tekst op de rouwkrans was kort, maar krachtig: Rust zacht, lieverd!
Het spreekt voor zich, dat ik, met mijn moeder in mijn hart, ieder jaar zeer gemotiveerd meedoe aan de Nierstichting Elfstedentocht, tegenwoordig beter bekend als IJsstrijd.
Exact 20 jaar geleden hoefde ik me dat niet af te vragen. Mijn moeder lag op sterven, precies 4 jaar, nadat mijn ouders hun gouden huwelijksfeest hadden gevierd.
Op 2 april 1991 was ze in het Diaconessen Ziekenhuis in Heemstede bediend door de pastoor, en dan weet je wel hoe laat het is. Alle 12 kinderen waren hierbij aanwezig.
's Nachts droomde ik, dat ik tegen mijn jongste zus Joke zei: "Toch knap, dat ze het tot haar huwelijksdag heeft uitgehouden!" Dit was tegen alle verwachtingen in.
Desondanks gebeurde het toch.
Veertien dagen leefden we met het gegeven, dat ieder telefoontje een oproep kon zijn om onmiddellijk naar het ziekenhuis te komen. Je moet eens weten, hoeveel telefoontjes er dagelijks in de bibliotheek gaan.
Op maandagavond 15 april ging om half 8 de telefoon. Mijn zwager Henk zei: "Als je je moeder nog levend wil zien, moet je nu komen."
Ik sprong op de fiets naar het station, nam de trein naar Heemstede en kreeg daar een lift naar het Diaconessen. Toen ik er een kwartier was, hoorde ik, met de aanwezige familieleden, haar laatste woorden: "Maria komt eraan!"
Toch duurde het nog tot een uur of half 6 de volgende ochtend, voor ze haar laatste adem uitblies.
De uiteindelijke doodsoorzaak, die de arts aan ons meedeelde: slecht werkende nieren, die langzaam maar zeker haar lichaam vergiftigden.
Een schat van een mens, waar geen kwaad in school, werd op 79-jarige leeftijd van ons weggenomen. De tekst op de rouwkrans was kort, maar krachtig: Rust zacht, lieverd!
Het spreekt voor zich, dat ik, met mijn moeder in mijn hart, ieder jaar zeer gemotiveerd meedoe aan de Nierstichting Elfstedentocht, tegenwoordig beter bekend als IJsstrijd.
donderdag 14 april 2011
Hazen
In de atletiek, en dan met name bij de marathon, is het de gewoonte, dat er met "hazen" gewerkt wordt: atleten, die potentiële recordhouders kilometers lang uit de wind houden om hen in staat te stellen eventueel een wereldrecord te lopen. Afgelopen zondag was dat bij de marathon van Rotterdam ook het geval. Of, zoals het in De Pers zo mooi beschreven werd: een windscherm op twee benen.
Ik heb het, ondanks dat ik druk aan het trainen ben voor mijn negende marathon, nog niet zo ver gebracht, dat er in de marathon van Leiden een groep topatleten klaarstaat om mij naar een toptijd te sleuren.
Maar vandaag kon ik alvast wennen aan het idee.
Bij mijn avondtraining van anderhalve ronde Stevenshofpolder zag ik een paar hazen in de wei dartelen op de plek, waar een stel bureaucraten N11-West aan wil gaan leggen, daarmee weer een stuk van het schaarse groen rond Leiden opofferend.
Gepokt en gemazeld als ik inmiddels ben met het lopen van wedstrijden, weet ik hoe de hazen lopen. Als ik samen met Jaap de Gorter naar de finish ga, ben ik het haasje....
Ik heb het, ondanks dat ik druk aan het trainen ben voor mijn negende marathon, nog niet zo ver gebracht, dat er in de marathon van Leiden een groep topatleten klaarstaat om mij naar een toptijd te sleuren.
Maar vandaag kon ik alvast wennen aan het idee.
Bij mijn avondtraining van anderhalve ronde Stevenshofpolder zag ik een paar hazen in de wei dartelen op de plek, waar een stel bureaucraten N11-West aan wil gaan leggen, daarmee weer een stuk van het schaarse groen rond Leiden opofferend.
Gepokt en gemazeld als ik inmiddels ben met het lopen van wedstrijden, weet ik hoe de hazen lopen. Als ik samen met Jaap de Gorter naar de finish ga, ben ik het haasje....
woensdag 13 april 2011
Rode neuzen race
Het affiche was zo uitnodigend: met een team van 4 lopers ieder 11 kilometer lopen op het circuit van Zandvoort. Een lastig parcours overigens, want je loopt vrijwel constant schuin.
Vorige week dinsdag hadden we het team al rond, maar bij het bekijken van de site van de Rode neuzen race gingen we toch iets anders denken over onze deelname. Het is namelijk de bedoeling, dat ieder team minimaal € 1150,- aan sponsorgeld voor de Cliniclowns bij elkaar brengt.
Daar ik in februari al als bedelaar bij mijn familie, vrienden en collega's langs ben geweest om me te laten sponsoren voor IJsstrijd, zag ik het niet zitten, om voor de tweede keer in korte tijd iedereen weer te gaan benaderen voor een toch vrij fors bedrag. Een wijze kent zijn beperkingen. Dus helaas, ik wek geen Cliniclown tot leven.
Uiteraard hoop ik, dat de Rode neuzen race voldoende lopers en sponsors trekt, maar ik ben er niet bij. Maar wellicht neemt Willem Jongsma de honneurs waar op 9 oktober aanstaande.
Hij kan er met goed fatsoen niet meer onderuit, daar hij al voorzien is van de "bedrijfskleding".
Bert bakt ze bruin
Gisterenavond verzamelde de predroogtrainingsgroep van de IJVL zich in ons huis. Om 10 over half 8 vertrokken we voor een loop van 9 km. Het was door de vrij harde noordwestenwind behoorlijk fris. Samen met Wil Verbeij liep ik voorop richting Maaldrift. Hans Boers, Jos Drabbels en Jaap de Gorter volgden ons op korte afstand. Over de hoge brug over de A4 kwamen we aan de westzijde van deze rijksweg. Bij de sportvelden van de Amerikaanse school was het weg van de snelweg.
Via het Ammonslaantje kwamen we bij het fietspad naar het Valkenburgse meer. Langs de oevers van deze afgraving liepen we weer terug naar de Stevenshof, waar we, na een kilometer of 9 hardlopen in 50 minuten, een gezellige voortzetting van de avond hadden.
Nu heb ik in mijn leven, volkomen onterecht overigens, diverse keren te horen gekregen: "Jij bakt ze bruin...."
Nee, beste mensen, dat zagen ze helemaal verkeerd. Dit is de juiste blik op de werkelijkheid: Bert maakt het gezellig!
Ada bakt ze juist bruin.
De brownies smaakten dan ook erg lekker!
Via het Ammonslaantje kwamen we bij het fietspad naar het Valkenburgse meer. Langs de oevers van deze afgraving liepen we weer terug naar de Stevenshof, waar we, na een kilometer of 9 hardlopen in 50 minuten, een gezellige voortzetting van de avond hadden.
Nu heb ik in mijn leven, volkomen onterecht overigens, diverse keren te horen gekregen: "Jij bakt ze bruin...."
Nee, beste mensen, dat zagen ze helemaal verkeerd. Dit is de juiste blik op de werkelijkheid: Bert maakt het gezellig!
Ada bakt ze juist bruin.
De brownies smaakten dan ook erg lekker!
zondag 10 april 2011
Henk Hakker memorial
Om kwart voor 10 zat ik op de fiets naar het clubgebouw van de Leidse Road Runners Club, alwaar ik me inschreef voor de 30 kilometer van de Henk Hakker memorial. In de kleedkamer kwam ik IJVL-lid Fons Delforterie tegen, die ook met de winterbiatlon had meegedaan. Onder de deelnemers een een van de 6 afstanden, die om half 11 weggeschoten zouden worden was ook ex-wethouder Sport, Marc Witteman.
Voor het startschot klonk werd een minuut stilte gehouden ter nagedachtenis van de 7 doden bij de schietpartij in Alphen aan den Rijn gisterenmiddag. Sport is inderdaad niet meer dan een bijzaak in het leven.
Met dat besef begonnen we te lopen. Na een paar honderd meter was de eerste splitsing in de 6 afstanden er al.
Wij liepen in de zonneschijn langs de Korte Vliet aan de Voorschotense kant om via de Leidse kant weer terug te keren. Achter de voetbalvelden langs ging het parcours naar de Lammebrug. De 10 kilometerloper, met wie ik gelijk opliep, liet ik hier achter en in mijn eentje rende ik langs de Vliet naar de eerste drinkpost bij de Vlietlanden. Een meter of 200 voor me liep een klein groepje, een paar honderd meter achter me ook.
Het werd steeds warmer, dus ik nam 2 bekers vocht en een stuk banaan tot me. In mijn eigen tempo ging ik solo door over de fietspaden in de Vlietlanden, die ik met Hans Boers samen al zo vaak belopen had. Hans was op dat moment in Rotterdam, waar hij met mensen van zijn bedrijf met zijn vieren ieder een kwart marathon liep.
Bij de Kniplaan aangekomen zag ik Bernard Kleikamp, met wie ik voor de start een tijdje gepraat had, het verkeer regelen. Zo liep ik langs de Vogelplas, in heel andere weersomstandigheden dan in december.
Bij het 14 kilometerpunt werd ik bijgehaald door Marcel van Iterson, met wie ik de rest van de Henk Hakker memorial op zou lopen. In Leidschendam was de volgende drinkpost, waar we onze energiegel en een paar bekers vocht tot ons namen.
Lands de Vliet kregen we nu wind tegen. Dat vonden we op deze warme aprildag helemaal niet vervelend.
Zo kregen we, doordat de wind over het nog koude water woei, toch nog wat verkoeling. De tijden leden er niet echt onder. Marcel had een klokje, dat telkens de kilometertijd aangaf. Met de wind in de rug lagen de tijden op ongeveer 5 minuut 10 per kilometer, met de wind tegen meestal even boven de 5.20.
Het verval was dus minimaal.
Bij de eerste drinkpost, die nu de laatste was, namen we een tweede energiegel en begonnen aan het laatste stuk aan de oostzijde van de Vliet. We werden bijgehaald door een derde loper, die op het laatste stuk van 3 kilometer, die we ingingen met een tijd van 2.27, met 12.30 op de klok, ons toch moest laten gaan.
De laatste 100 meter kon Marcel nog sprinten, niet bepaald mijn specialiteit. Maar met een tijd van 2.41.26 was ik dik tevreden. Het was weliswaar een minuut of 7 langzamer dan 2 jaar geleden, maar toen was het vrijwel windstil en minder warm.
In een veld van 15 30-kilometerlopers werd ik 7e, dus keurig in de middenmoot.
Al met al lig ik redelijk goed op schema voor de marathon van Leiden.
Voor het startschot klonk werd een minuut stilte gehouden ter nagedachtenis van de 7 doden bij de schietpartij in Alphen aan den Rijn gisterenmiddag. Sport is inderdaad niet meer dan een bijzaak in het leven.
Met dat besef begonnen we te lopen. Na een paar honderd meter was de eerste splitsing in de 6 afstanden er al.
Wij liepen in de zonneschijn langs de Korte Vliet aan de Voorschotense kant om via de Leidse kant weer terug te keren. Achter de voetbalvelden langs ging het parcours naar de Lammebrug. De 10 kilometerloper, met wie ik gelijk opliep, liet ik hier achter en in mijn eentje rende ik langs de Vliet naar de eerste drinkpost bij de Vlietlanden. Een meter of 200 voor me liep een klein groepje, een paar honderd meter achter me ook.
Het werd steeds warmer, dus ik nam 2 bekers vocht en een stuk banaan tot me. In mijn eigen tempo ging ik solo door over de fietspaden in de Vlietlanden, die ik met Hans Boers samen al zo vaak belopen had. Hans was op dat moment in Rotterdam, waar hij met mensen van zijn bedrijf met zijn vieren ieder een kwart marathon liep.
Bij de Kniplaan aangekomen zag ik Bernard Kleikamp, met wie ik voor de start een tijdje gepraat had, het verkeer regelen. Zo liep ik langs de Vogelplas, in heel andere weersomstandigheden dan in december.
Bij het 14 kilometerpunt werd ik bijgehaald door Marcel van Iterson, met wie ik de rest van de Henk Hakker memorial op zou lopen. In Leidschendam was de volgende drinkpost, waar we onze energiegel en een paar bekers vocht tot ons namen.
Lands de Vliet kregen we nu wind tegen. Dat vonden we op deze warme aprildag helemaal niet vervelend.
Zo kregen we, doordat de wind over het nog koude water woei, toch nog wat verkoeling. De tijden leden er niet echt onder. Marcel had een klokje, dat telkens de kilometertijd aangaf. Met de wind in de rug lagen de tijden op ongeveer 5 minuut 10 per kilometer, met de wind tegen meestal even boven de 5.20.
Het verval was dus minimaal.
Bij de eerste drinkpost, die nu de laatste was, namen we een tweede energiegel en begonnen aan het laatste stuk aan de oostzijde van de Vliet. We werden bijgehaald door een derde loper, die op het laatste stuk van 3 kilometer, die we ingingen met een tijd van 2.27, met 12.30 op de klok, ons toch moest laten gaan.
De laatste 100 meter kon Marcel nog sprinten, niet bepaald mijn specialiteit. Maar met een tijd van 2.41.26 was ik dik tevreden. Het was weliswaar een minuut of 7 langzamer dan 2 jaar geleden, maar toen was het vrijwel windstil en minder warm.
In een veld van 15 30-kilometerlopers werd ik 7e, dus keurig in de middenmoot.
Al met al lig ik redelijk goed op schema voor de marathon van Leiden.