zondag 11 mei 2025

De gezelligste marathon van Nederland of "Obstakel op de weg!"

De Leiden Marathon maakt graag reclame voor zichzelf met de (terechte) slogan: de gezelligste marathon van Nederland. Daar wilde ik vandaag graag mijn steentje aan bijdragen.

Doordat de starttijd met een uur vervroegd was, hadden we de wekker op half 7 gezet. Samen met Ada zat ik om 7 uur aan de ontbijttafel, waarna ik om 8 uur naar het huis van Jaap de Gorter, waarna ik naar de Breestraat wandelde. Daar stapte ik in een vol startvak C. Daar kon ik mijn marathonmaat Walter Boon niet vinden. 

Walter zou uiteindelijk finishen in 4.16.22.

De keuze van de organisatoren van de Leiden Marathon om de start met een uur te vervroegen, was een juiste geweest, want het was relatief koel bij de start.
De eerste tegenvaller kreeg ik al na 3 kilometer te verwerken. Carl Flaman, de trouwe superfan, stond niet op zijn vertrouwde plek op de Vrouwenweg. De buren zagen mijn verbazing. Ik kreeg te horen: "Ze zijn er niet!"

Voor straf mag Carl een week geen bier drinken!

Na deze mentale tegenvaller herpakte ik me en werd in Zoeterwoude ingehaald door de pacers van 4 uur. Ik liep dus goed.


Maar dat mocht de gezelligheid niet in de weg staan. Ik nam dus de tijd om even met Elfstedenmaat Wil Verbeij en met Frans Overvliet, die een van de drinkposten in Zoeterwoude bemande, te praten. Zonder al deze vrijwilligers zouden wij de marathon niet kunnen lopen!


(Klik op de afbeeldingen om de tekst te vergroten)
Ik had geen tijd om een bezoek aan het Bommelmuseum in Zoeterwoude Weipoort te brengen. De Tour wacht op niemand, de Marathon ook niet! Daarnaast liep ik erg makkelijk. Binnen het uur had ik de eerste 10 kilometer volbracht: 58.42.

Groenendijk was wederom erg gezellig en na de Rijn via een pontonbrug bij de Rijneke Boulevard overgestoken te hebben, nam ik een energiegelletje en kreeg ik van Ada een fles sportdrank. Bij zulk weer als vandaag moet je voldoende drinken.
Dat deed ik dan ook in Koudekerk, waar Hans van der Post, ijsmeester in IJshal De Vliet, een kop thee voor me klaar had staan. Deze was inmiddels lauw, maar op deze toch warme dag was dat precies goed.
De pacers van 4.15, met wie ik tot deze theepauze vanaf de pontonbrug opgelopen had, hadden geen trek in een theepauze. Na even gepraat te hebben met Hans en zijn vrouw vervolgde ik mijn weg. De officiële drinkpost in Koudekerk sloeg ik niet over, maar op het fietspad naar Hoogmade, waar ik heel wat lopers inhaalde, moest ik wel even de bosschages opzoeken voor een plaspauze.
De kerktoren van Hoogmade was weer vanaf verre te zien en was dan wel geen baken op zee, maar wel een baken te midden der weilanden.

Hoogmade is de geboorteplaats van mijn moeder, dus ook al heb ik er nooit gewoond, het voelt toch een beetje als thuiskomen.

Ik kwam Dick van Goozen tegen, mijn voormalige skeelertrainer en even later "Krasse knar" Marja van Vliet. Bij de molen trof ik Gé van Goozen, die volgens afspraak klaarstond met een fles sportdrank, die ik op deze warme zondagmiddag met graagte naar binnen werkte na eerst een energiegelletje gebruikt te hebben. Ik praatte een minuut of 10 met Gé voordat ik verder liep. Tijdens het praten waren de pacers van 4.30 ons gepasseerd.
Ik passeerde het punt van de halve marathon in 2.18.36. Hiermee lag ik nog steeds op koers voor een tijd onder de 5 uur.

Het was bijna zomers warm, maar toch voelde het beduidend lekkerder aan dan vorig jaar. Windkracht 4 zorgde voor net dat beetje verkoeling, waardoor de warmte niet als een deken op je viel.

In Oude Wetering wachtte de volgende drinkpost, waar ik naast een stuk banaan en een sportdrank ook  nog een kop bouillon kreeg van Corry van Klink, die een paar jaar in de Leidse IJshal achter de bar stond van de kantine.
De volgende halte was in Nieuwe Wetering, waar Joop en Anneke van Egmond in de tuin zaten. Gezeten op een tuinstoel kletste ik een minuut of 10 gezellig bij, terwijl ik een magnesiumpil en een energiegelletje nam, dat ik met een glas water wegspoelde. Tweederde van de marathon zat er op.

Op weg naar de Koppoel haalde ik behoorlijk veel lopers in. De tijd op de 30 kilometer was 3.22.22.
In Rijpwetering zag ik een loper staan, die kramp had. Meestal is het een magnesiumtekort, dat kramp veroorzaakt, dus ik gaf hem een magnesiumpil.
In Oud Ade was het zoals altijd één groot feest, dus ik nam even de tijd om me aan deze gezelligheid te laven. Het leverde me een slokje bier op. Bij het Vennemeer stond mijn liefhebbende echtgenote me weer op te wachten. Daar zij graag buiten beweegt, was dit voor haar een perfecte moederdag.

Na een energiegelletje en een sportdrank liep ik verder, terwijl de pacers van 4.45 naderbij kwamen. Ada ging bij Watersportvereniging "Vennemeer" een kop koffie halen. Bij het 35 kilometerpunt stond Bauke Dooper op me te wachten. Met hem had ik in januari 2009 vanaf deze plek voor het eerst in 12 jaar op de Kagerplassen kunnen schaatsen.

Terwijl wij daar gezellig stonden te kletsen, kwamen de pacers van 4.45 langs. Degene, die voorop liep, zei: "Obstakel op de weg!"
Daar bedoelde hij mij mee. Toen ik hen op weg naar de Zijl weer inhaalde, kon ik niet nalaten te zeggen: "Jullie worden ingehaald door een obstakel."

Nu was het wel zaak om hen voor te blijven. Bij de drinkpost aan de Zijl was ik net vertrokken, toen de groep daar aankwam. Bij de Spanjaardsbrug kwamen we in de 10 kilometerloop terecht. Het was gezellig druk, maar minder leuk was, dat je alleen maar ingehaald werd door de verse krachten.
Ik had nog wel tijd voor een praatje met trainingsmaat Leo Joosten en Teun de Reede, jarenlang speaker bij veel sportevenementen in de Leidse regio.
De Rembrandtbrug was het laatste obstakel voor het laatste stuk naar de finish, waar ik in een brutotijd van 4.52 aankwam. Netto leverde dit een tijd op van 4.44.00.

Vorig jaar deed ik er 4.56.30 over, dus ik was nu 12 en een halve minuut sneller.

De trainingen met Aad Kleijweg en Hans Boers hadden hun vruchten afgeworpen.





Ik was hiermee 1480e geworden in de totaalstand en 8e in de categorie 65+. Ik haalde mijn welverdiende medaille een meter of 30 na de eindstreep op. 

Met Jochem Myjer en Armin van Buuren om mijn nek wandelde ik naar de biertap toe om een biertje voor deze twee Leidse iconen te halen. Daar zij niet in de buurt waren, dronk ik het zelf maar op. Ik offer me graag op.....

Terwijl ik hier mee bezig was, vroeg een jonge vrouw, die de marathon volbracht had, in het Engels waar je de medaille kon krijgen. Ik liep met haar tegen de stroom van de 10-kilometerlopers in naar de desbetreffende plek.

Daar bleken de medailles van de marathon op te zijn. We werden verwezen naar de Garenmarkt. Ik liep er met de Tsjechische studente Agata Vagnerova naar toe.
Daar waren haar ouders en haar zus uit het mooie Praag, die ze graag haar medaille wilde tonen. Helaas waren ze echt op en als je je gegevens achter liet, dan kreeg je er later alsnog eentje. Daar ik uit eigen ervaring weet, dat je eerste marathonmedaille je veel meer waard is dan je 22e, waarvan eentje als Spookloper, hoefde ik niet lang na te denken
En dan doe je, wat ieder weldenkend mens zou doen: ik gaf Agata mijn medaille, noteerde mijn gegevens bij de organisatie van de verder perfect georganiseerde marathon en maakte iemand gelukkig.
Johan Cruijff had gelijk: elk nadeel heb zijn voordeel. Zonder dit foutje in de organisatie had ik vrijwel zeker geen contact gemaakt met deze Tsjechische marathonloopster. 


"Aus dieser Unvollkommenheit entspringet die Geselligkeit".
Na hartelijk afscheid te hebben genomen van de Tsjechen, wandelde ik naar het huis van Jaap om mijn fiets op te halen. Op de Garenmarkt kwam ik trainingsmaat Marjolein Donkerbroek tegen, met wie ik nog even bijkletste. 
Ada stond net op het punt om weg te fietsen bij Jaaps huis, toen ik net aan kwam wandelen. Nu konden we gezellig samen naar huis fietsen, waar de kilometerteller voor mei uitkwam op 222.22 kilometer.

Het moge duidelijk zijn: Leiden heeft de gezelligste marathon van Nederland!

Geen opmerkingen: