Vanmorgen heb ik de oude, vertrouwde slijpsteen uitgeprobeerd, die afgelopen donderdag door Marjolein Donkerbroek weer opgeruwd is. Het verschil was duidelijk te merken. In een uur tijd sleep ik 3 paar schaatsen. En waar de laatste tijd er toch nog wat minder scherpe plekjes bleven zitten, daar waren de ijzers nu wel overal scherp te noemen.
Daarna werd het tijd om mijn loopconditie wat aan te scherpen. Na de 1500 meter op het Europese kampioenschap allround hadden deze twee huisgenoten uit Sotsji allebei een voorsprong van 11 seconden op hun concurrent, die over een betere slotafstand beschikt.
Tijdens de 5 kilometer voor vrouwen zag ik, hoe Ireen Wüst standhield tegen een in de slotronden ontketende Martina Sablikova.
Voor mij was dit een mooi moment om zelf te gaan lopen: tussen de 5 en 10 kilometer. Ik liep een rondje om de Stevenshof met wat kleine slingers om en in de wijk. Zo liep ik ook door de straat met de mooiste straatnaam van Leiden: IJsbaan.
Na 7,5 kilometer hardlopen in een redelijk pittig tempo op deze wederom winderige "winterdag" kon ik thuis naar de laatste 2 ritten van de 10 kilometer kijken. Sven Kramer zette een tijd neer, waar Koen Verweij in de laatste 5 rondes voor moest buigen, zodat we op het erepodium in Tsjeljabinsk een zeer bekend duo zagen verschijnen.
Koen Verweij heeft geknokt als een leeuw, maar hij kwam tekort, omdat hij het in de zomer heeft laten liggen. Te lang heeft hij gefeest en te laat is hij met de droogtraining begonnen. Sven Kramer heeft ooit raak getypeerd, waarom het enorme talent van Koen Verweij niet optimaal benut wordt: "Hij weet wel, wat hij er voor moet doen, maar hij weet niet, wat hij er voor moet laten!"
Zodoende kon Verweij dit weekeinde aan den lijve ondervinden, wat het verschil is tussen de 5 en de 10 kilometer.
zondag 11 januari 2015
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten