maandag 30 september 2013

Winterverwachting


Weerkundig gezien beleven we in 2013 een zeer bijzonder jaar. Dat maakt het ook lastig om het met andere jaren te vergelijken. Vooral het voorjaar blonk uit in een flinke kouproductie. De gemiddelde temperatuur van maart tot en met mei stond met 7.4 op de 7e plaats van koude lentes sinds 1900. In de Top 10 staan jaren als 1962, 1955, 1941, 1970 en 1984. De winters daarop gaven winters met veel natuurijs en zelfs 4 Elfstedentochten.

Op basis van het voorjaar zouden we af stevenen op een koude winter. Maar de hoogzomer was zeer warm, met een heuse hittegolf. Na warme zomers volgen vrij geregeld vrij warme winters. Niet bepaald hetgeen je als schaatser op zit te wachten.

Hittegolven zijn vrij schaars. Sinds 1900 zijn er in totaal 39 geweest. Soms zijn er echter jaren met meerdere hittegolven. Als je alleen de jaren met hittegolven neemt, dan zijn er 32 jaren. Daarbij zijn er 7 jaren met een goede winter, waarvan 3 met een Elfstedentocht. Niet geheel kansloos, maar na een veelbelovend voorjaar toch vrij matig.
Deze 2 tegenstrijdige gegevens maken, dat ik zeer voorzichtig ben met het doen van uitspraken.
De winterverwachting is echter voorzichtig positief. Dat is vooral gebaseerd op het uitblijven van de westcirculatie. Deze is dit jaar grotendeels achterwege gebleven.
Verder keek ik naar de ijsbedekking van de Barentsz Zee.


Ook hier zien we tegenstrijdige berichten: "I don't know what is going on over at Cryosphere Today, but the melting has come to a complete standstill. In the past 10 days the ice pack has not lost, but gained 20K km2! That's so crazy for this phase of the melting season that I barely have words for it. It's unique as far as the record goes."


Gezien deze tegenstrijdigheden luidt mijn voorlopige winterverwachting: gezien het vrij structureel ontbreken van een (zuid)westcirculatie, verwacht ik, dat we deze winter weer op natuurijs terecht zullen komen. Ik wil echter graag de ontwikkelingen in de herfst aanzien, voordat ik mijn definitieve winterverwachting op dit blog plaats.

zondag 29 september 2013

Loosterwegen

De afspraak stond al een maand vast. We zouden vandaag bij Tim de Beer gaan gourmetten. De manier, waarop we naar Haarlem zouden gaan, stond nog niet vast. Gisterenmiddag hakten we de knoop door. We zouden naar Haarlem gaan fietsen en vanavond met de trein terugreizen.
Het was zonnig weer, de temperatuur was voor eind september aangenaam te noemen, maar dat was uit de wind. Er stond een harde oostenwind. Dat betekende dat we de wind voornamelijk schuin tegen zouden hebben.
Via Oegstgeest fietsten we naar de rondweg om Voorhout, waar we langs "'t Soldaatje" naar de Loosterweg-Zuid reden.

De betekenis van Loosterwegen voor de Bollenstreek heb ik door de veel te jong overleden Jan Beenakker leren kennen.
Via de Loosterweg-Zuid kwamen we bij de achteringang van het Keukenhofbosch. Ja, zo stond het echt op een wandelbord. Op een trap in de Keukenhof aten we ons brood, voor we verder richting Haarlem zouden gaan fietsen. Dit deden we over de Loosterweg-Noord, waarna we een stuk langs de spoorlijn reden.
Na een klein stukje Leidsevaart bogen we af naar Bennebroek. Over het fietspad langs de Herenweg trapten we langs de oude villa van Pedagogische Academie "De la Salle", nog immer mooi gelegen in het bos naast de Linnaeushof. Door Groenendaal reden we op de Heemsteedse Dreef aan om uiteindelijk het Spaarne over te steken.
Even voor 2 uur waren we op de plaats van bestemming. Met Tim, Rob en Margriet Ammerlaan bekeken we het fotoboek van Joep Kapiteyns reis naar Birma. Het was goed vertoeven in de tuin: uit de wind en in de zon.

Om half 4 gingen we wandelend naar de Amsterdamse Poort. Hier kwamen we Peter Zwart tegen, die was wezen kijken naar de finish van de halve marathon van de Achmealoop. Gezamenlijk liepen we naar molen "De Adriaan".

Dit mooie hoekje van Haarlem kende ik niet. We wandelden via mij onbekende straten weer terug naar Tims huis, waar we alles klaar maakten voor het gourmetten.

Bas en Nel Warnink hadden de "Gruwelijke rijmen" van Roald Dahl gerepeteerd met het projectkoor van Cees Thissen.

Zij kwamen gelijk met Willem Jongsma en Lotte van Walstijn aan. Na even bijgepraat te hebben konden we aan tafel voor een gezellige gourmet met wat schaterlachen.
Voordat Ada en ik naar station Haarlem fietsen voor de terugreis, bekeken we op laptops de foto's van de reis van Rob en Margriet naar Tsjechië, Slowakije, Oostenrijk en het zuiden van Duitsland. Van hen kregen we wat tips voor mooie fietstochten.
Ook de foto's van Bas en Nel van hun reis naar Normandië en Bretagne kregen we te zien.




Wat een kleurschakeringen!

De kleurschakeringen van de Bollenstreek kregen wij niet te zien. Het was al donker, toen we met de trein de Loosterwegen passeerden.

De nieuwe wildernis

Afgelopen week is een natuurfilm van eigen bodem in premiere gegaan: de nieuwe wildernis. Voor zulke "safarifilms" hoefde dit keer niet afgereisd te worden naar Afrika. Een ritje naar onze eigen Flevopolder volstond voor het maken van prachtige natuurbeelden: de Oostvaardersplassen.

Dit natuurgebied, de nieuwe wildernis, is bij toeval ontstaan. Oorspronkelijk stond er een industriegebied gepland. Doordat de noordkant van Flevoland net wat dieper was dan de rest van de polder, kwamen er ondiepe plassen te staan, waar riet welig tierde. Hier kwamen veel vogels op af, maar ook grazende dieren zoals herten en wilde paarden. Er ontstond een prachtig natuurgebied.

Doordat het gebied nogal drassig is, is het normaal gesproken niet erg toegankelijk. Tot het moment, dat het gaat vriezen dan.



Dan glijd je op je smalle ijzers over het spiegelgladde ijs door een prachtig natuurgebied. Je kunt er dan prachtige zwerftochten maken tussen de rietkragen door.

Hou er, als je op de Oostvaardersplassen gaat schaatsen, wel rekening mee, dat er in dit natuurgebied geen koek en zopie is. Maar ja, dat past wel bij de nieuwe wildernis. Ook de dieren moeten hun eigen kostje bij elkaar scharrelen in de wintermaanden.

zaterdag 28 september 2013

Shorttrackclinic


Vorig seizoen gaf de IHCL een paar shorttrackclinics in de Leidse IJshal. Het was een doorslaand succes.
Bij theatervoorstellingen zie je dan een bord verschijnen met de tekst: "Wegens succes geprolongeerd".
Een paar jaar geleden heb ik een lezing over shorttrack van Wilf O'Reilley georganiseerd. Dat was de theorie.
Ik had me voor de praktijk bijtijds aangemeld en met Jos Drabbels en Jaap de Gorter was ik ingedeeld in de eerste zaterdaggroep. In het bevestigingsmailtje stond, dat je je een half uur voor de start van de shorttracktraining aan moest melden in verband met het passen van de schaatsen. Daar was geen woord bij gelogen!
Iedere Nederlander kent de uitdrukking "Wie de schoen past, trekt hem aan" wel. Welnu, in mijn geval ging dat niet helemaal op. Bij het eerste paar ontbrak de schoenlip bij de rechterschoen, bij het tweede paar een ring om de bovenflap vast te kunnen zetten, waardoor de kans op een val sterk vergroot zou worden. Het derde paar was veel te smal bij mijn hielen, terwijl bij het vierde paar eveneens een schoenlip ontbrak.

Het vijfde paar paste tenslotte zonder ontbrekende delen. De KNSB mag wel eens beter controleren, of de materialen in orde zijn, voordat ze het doorsturen naar de schaatsvereniging, die deze leenschaatsen heeft besteld!
Zo kwam ik de binnenbaan op, terwijl de shorttrackclinic al begonnen was.
Wankel rijdend op de vaste shortrackschaatsen begaf ik me naar het midden van de baan, waar Cees Juffermans ons uitleg gaf en oefeningen voordeed. Eén van de eerste oefeningen was steppend met het rechterbeen de bocht doorkomen. Dit moesten we 3 rondjes doen. Je voelde, dat je meer grip kreeg en wat zekerder op de hogere schaatsen stond. Bovendien waren het vaste schaatsen. Sinds 1998 had ik niet meer op vaste ijzers gereden, dus het was dubbel wennen.
De training stak heel goed in elkaar. We moesten in tweetallen rondjes gaan rijden, waarbij de buitenste schaatser de ander in de bochten tegenhield, zodat je goed in de bochten kon hangen. Dat lukte prima. Daar ik bij een ervaren lid van de IHCL was ingedeeld, hoefde ik niet naar buiten, waardoor ik dubbel zo lang op het schuin hangen in de bocht kon oefenen.

De oefening werd wat moeilijker gemaakt. We moesten in de bocht veel langer op het linkerbeen glijden. Ook hier had ik het voordeel van de dubbele hoeveelheid binnenbochten. Dat kwam mooi uit bij het zelf bochten lopen, waarbij we de eerste helft van de bocht op links moesten glijden en de tweede helft twee overstappen moesten maken. Het begon zowaar een beetje op shorttracken te lijken! Dat vond oud-Olympiër Cees Juffermans ook.
We kregen de Canadese bocht voor onze kiezen. Kort door de bocht in het kwadraat. Binnen 10 meter moesten we proberen op een volledige bocht te lopen. De eerste paar keer ging het moeilijk, maar nadat er een klein blokje was neergelegd, waar we met het linkerbeen moesten gaan glijden om aansluitend met rechts een behoorlijk haakse bocht te maken, lukte bet stukken beter.

Na nog een paar "gewone" bochten gelopen te hebben, mochten we een relay doen, waarbij je je teamgenoot met een flinke duw op weg moet helpen. Hier ging ik, door het niet goed inschatten van mijn eigen snelheid ten opzichte van Jaap, de eerste keer de mist in. Gelukkig mochten we nog even door, zodat ik een herkansing kreeg, waarbij het wel lukte.
De shorttrackclinic was letterlijk en figuurlijk omgevlogen. Ik vond het veel leuker dan ik vooraf had gedacht. Het is wel zwaarder dan gewoon schaatsen doordat er veel meer druk op je benen komt te staan. Je benen lopen eerder "vol".
Als blijk van waardering gaf ik aan trainer Cees Juffermans een exemplaar van "Molen- en Merentocht".

"Wie is die voorste schaatser op de foto?" kreeg ik als vraag.
"Dat ben ik", antwoordde ik geheel naar waarheid.
"Hoe kom je aan dat TNT-pak?"
"Dat heb ik gekregen van je broer Joost!"
De wereld is soms maar klein. Net als een shorttrackbaan....

Duosport

Tijdens de trainersvergadering van de IJVL kwam Jaap de Gorter met een goede tip op de proppen: de site van Duosport.
Vandaag nam ik een kijkje op deze site. Hierbij een stukje over de bijhaal.
De Bijhaalbeweging

Het onder je brengen van het been dat na de afzet losgekomen is van het ijs moet eigenlijk zo weinig mogelijk energie kosten. Je been een beetje buigen en onder je laten vallen is al genoeg. Wanneer je je been niet genoeg buigt, valt je voet al op het ijs voordat je been onder je lichaam gekomen is. Wanneer je het been (=knie) goed buigt kan je het ontspannen onder je lichaam laten vallen. De knie zal dan, afhankelijk van de kniehoek van je standbeen, iets achter de andere knie uitkomen. Verder moet de enkel van het bijhaalbeen zo ontspannen mogelijk blijven. Bij goede schaatsers lijkt het of het goedgebogen been niet alleen maar onder het lichaam valt, maar als een soort slinger door beweegt tot voorbij het midden. Vervolgens lijkt het of het been vrijwel recht naar voren beweegt om de schaats op het ijs te plaatsen.

Zoals hierboven beschreven lijkt het of je in een stilstaand beeld iemands houding het beste kunt analyseren. Wat je echter niet moet vergeten is dat er bewogen moet worden. De houding mag daarom nooit rigide worden. Zowel in de uitvoering als in de benadering. Oefeningen met betrekking tot de bijhaal zullen daarom ook eerder gericht zijn op een ontspannen houding dan dat ze iets over het uitwendige plaatje zeggen.

Vervolgens zijn er filmpjes, die per doelgroep op de volgende pagina te aanschouwen zijn.

Overbodig om te zeggen, dat ik de site van Duosport volgaarne onder uw aandacht breng.

Traditie

Het is de jaren traditie binnen de IJVL, dat we op de vrijdag, voordat de Leidse IJshal open gaat, we 's avonds een trainersbijeenkomst hebben, waarbij wordt teruggeblikt op het zomerseizoen en wordt vooruitgeblikt op het schaatsseizoen.

Het voorseizoen was prima. Het was ook leuk om met de maandaggroep samen te trainen. Na jaren in een steeds kleinere dinsdaggroep gezeten en gezweet te hebben, was het leuk om weer eens in een grotere groep te trainen.
Na de vergadering volgde het tweede traditionele onderdeel: ijs proeven. Het ging erg makkelijk. Met mijn kluunschaatsen maakte ik zulke lange slagen, dat Jaap de Gorter er een opmerking over maakte: "Vroeger kon ik niet in jouw slag komen door je korte slag, nu niet door je lange slag."
Het resultaat van jarenlang sleutelen aan je techniek. Hoe langer je kunt glijden, hoe minder slagen je hoeft te maken.
In de bochten probeerde ik de oefeningen van Marieke van Hoek op het ijs uit. Op zich ging het makkelijker dan met skeelers. Doordat je in het ijs snijdt, heb je meer grip dan op je wieltjes.
Na een half uurtje schaatsen was het tijd voor het derde traditionele onderdeel: de afdronk.

Deze had nog het meeste voeten in aarde. De bar sloot om 10 uur, daar de barkeeper nog andere verplichtingen had. Maar als je elkaar al jarenlang kent, dan is er meestal wel wat te regelen. Zo ook nu. Arjan Hillebrand had wat flesjes Palm klaargezet, waarmee we de openingsavond van het schaatsseizoen 2013-2014 met 7 man in de trainerskamer gezellig koutend afsloten. Hetgeen paste in een oeroude traditie.

vrijdag 27 september 2013

't Duyfrak

Een mens is een gewoontedier. Zo heb je op weg naar je werk vaak een paar vaste routes. Wat dat aangaat ben ik niet anders. Zodoende ken je de wegen, die vlak naast de doorgaande wegen lopen, vaak nauwelijks.
Zo fiets ik vrijwel iedere werkdag langs Valkenburg, waar een nieuwbouwwijk gerealiseerd wordt in 't Duyfrak.

Nu kende ik deze hoek wel een beetje. Vroeger stond hier "Mandy's Hoeve". Bij deze manege had een van mijn dochters in haar kinderjaren paardrijles.

Vanmiddag was ik om kwart voor 3 terug van mijn werk en trok ik mijn hardloopschoenen aan. Het was zonnig, de temperatuur een graad of 18 en er stond een niet al te harde wind. Kortom: ideaal weer om te gaan sporten.
Ik liep via het Morskwartier, waar ik, lopend op de busbrug over de Rijn, iemand hoorde roepen: "Hé, Bert!"
Het was Martin Langbroek, die het ijs op de Rijn aan het testen was. De conclusie was duidelijk: het hield niet.
Maar Martin was vindingrijk. Om geen nat pak te krijgen, had hij veiligheidshalve maar een boot gepakt.

Langs de 3 Oktoberhal en de Haagsche Schouw liep ik naar 't Duyfrak. Over de onverharde bouwwegen had het iets weg van een veldloop, maar dat heeft ook wel iets.
Zo kwam ik uit bij de nieuwbouw en ik moet zeggen: ik was aangenaam verrast. Het ziet er afwisselend uit.

Vooral langs de Rijn had je een mooi uitzicht. Aan de overzijde van de rivier zag je Rijnfront liggen, een soortgelijk bouwproject als 't Duyfrak, waar al jarenlang zeer veel bouwgrond braak ligt. Het is een molensteen om de nek van de gemeente Oegstgeest: 100 miljoen euro schuld!
Nadat mijn rondje langs de Rijn doodliep op hekken om de nieuwbouw te beschermen, maakte ik rechtsomkeer om langs een randje Valkenburgse meer op huis aan. Daar nam ik na 10 km hardlopen een verfrissende douche in de wetenschap, dat ik vanavond weer kan schaatsen in de Leidse IJshal.

donderdag 26 september 2013

De eerste streken

Vanmorgen ben ik voor de tweede keer deze week water wezen spuiten in de Leidse IJshal.

Onder de klanken van onder andere "Kabooshka"van Kate Bush spoot ik met ijsmeester Jan van Rijn en Remco een laagje water op het spiegelgladde ijs met her en der nog hobbels en stalagmieten.

Toen de eerste laag lag en het moest harden, hadden we verplicht pauze. Ik las in het Leidsch Dagblad het lange interview met Jan van Rijn over de ijsbereiding.
Voordat we de tweede ronde gingen spuiten, was het moment daar voor mijn eerste streken. Op het als vanouds goed glijdende ijs met mijn kluunschaatsen aan wel te verstaan!
Alleen al het idee, dat ik mij zou bezondigen aan het uithalen van streken....

Sleutelrol

Er zijn van die dagen, dat niets lijkt te willen lukken. Het leek er op, dat vandaag zo'n dag was. Het begon ermee, dat ik mij rugzak, die ik altijd gebruik om mijn schaatsen in te vervoeren, niet kon vinden. Ik wist toch bijna zeker, dat deze onder ons bed lag. Ik keek een paar keer, maar kon hem niet vinden. Ik zocht verder: in de kelderkast, op zolder, aan de kapstokken, in de la met de kampeerspullen. Maar geen rugzak. Ada keek even en ze vond hem: hij lag op een doos met boeken.
"Je kijk met je neus", kreeg ik te horen.

Als het daarbij gebleven was, had ik verder een rustige ochtend gehad, maar het lot besliste anders. Ada wilde om half 8 de deur uit omdat ze een half uur later een afspraak had op school. De dagelijkse routine behelst, dat ik haar fiets buiten zet, terwijl zij haar tanden poetst. Zo ook vandaag. Dat was althans de intrinsieke bedoeling. Ik kon mijn sleutel echter niet vinden. Deze zat niet in mijn jaszak.
Ik liep naar boven. Gisteren was ik in het IJVL-trainingsjack naar de skeelerbaan van Leiderdorp gegaan. Vermoedelijk zat deze nog in het trainingsjack. Helaas.
Ik probeerde na te gaan, waar de sleutel kon zijn gebleven. Ik was om kwart over 10 thuisgekomen. Ana was er nog niet. Daar haar fiets in de schuur achter de mijne stond, moest nog ik even wachten. Nog geen 2 minuten, nadat ik thuis was, belde Ana aan. Ik zette de fietsen binnen, draaide de schuurdeur op slot en wilde naar het toilet. Ada was me echter net voor. Ik wist me nog te herinneren, dat ik naar het toilet boven geweest was. En ik meende me te herinneren, dat ik de sleutel in de donkere gang in mijn jaszak had gestopt, maar daar zat deze toch echt niet in.
Elders in het huis, op de plekken, waar ik geweest was, was de set met huis-, schuur- en fietssleutel niet te vinden. In de gang keek ik ook nog in alle schoenen.

Kennelijk was ik dit jaar niet braaf genoeg geweest, want er zat niets in de schoenen....
En dan ga je kennelijk denken aan het "worst case scenario".

Ik zou de sleutel in de voordeur hebben kunnen laten zitten en iemand had deze meegenomen om ons huis met een bezoek te vereren, als wij niet aanwezig zouden zijn.

De enige andere mogelijkheid was, dat ik de sleutel in Ana's jas gestopt had. Ana was echter gelijk met Ada de deur uit gegaan en was een tijdje niet bereikbaar. Uiteindelijk wist Siebe haar aan de telefoon te krijgen en bij het horen van de woorden "Mi padre" had ik het gevoel, dat we aan het vervangen van alle deursloten konden ontkomen.

Het bleek inderdaad het geval te zijn.
Ik geef niet graag toe, dat ik een stommiteit begaan heb, maar ook al gelooft u het vanzelfsprekend niet, het was toch echt zo! Ik had mijn sleutelbos in Ana's jas gestopt. Dat krijg je ervan, als je van de dagelijkse routine afwijkt.
Om de sleutelrol te benadrukken: ik had de sleutelbos van de container van de IJVL, die ik nog bij Jaap de Gorter af zou leveren. Deze wilde ik afgeven tijdens de pauze van het spuiten van water in de Leidse IJshal.
Met een bos reservesleutels ging ik op pad. Bij de fietsbrug over de Rijn aangekomen, gingen de slagbomen net voor mijn neus dicht. Ik moest nu via de Haagweg, dus bracht ik de sleutels eerst maar naar Jaap.
Maar ja, ik woon dan ook niet voor niets al bijna 34 jaar in de Sleutelstad.

"Wat ben jij hard vooruit gegaan dit seizoen!"

Is er een groter compliment denkbaar voor een trainer, dan dat iemand tegen je zegt: "Wat ben jij hard vooruit gegaan dit seizoen"? Dat is wat er gisterenavond gebeurde, toen ik op de skeelerbaan van Leiderdorp rondreed. Jan Verlind, een verwoed skeeleraar, reed in mijn slipstream, toen hij deze uitspraak deed.
En zelf voelde ik ook, dat de uitspraak klopte. Dit compliment kon Tjeerd Wierdsma op zijn conto bijschrijven. Hij heeft mij de juiste oefeningen en aanwijzingen gegeven om deze technische vooruitgang te kunnen boeken.
Uiteraard heb ik mijn best gedaan om me deze technische verbeteringen eigen te maken, maar als trainer weet ik, hoe lastig het is om de juiste toon te treffen, zodat de schaatser de aanwijzing ook op kan pikken. Dat vereist veel maatwerk. In mijn geval is dat dus goed gelukt.
Ondanks dit compliment aan Tjeerd trainde ik gisteren mee met Arthur van Winsen, die met zijn training voortborduurde op de oefeningen, die Marieke van Hoek vorige week gaf om de bochtentechniek te verbeteren. Er zaten flink wat herhalingen bij, maar dat is op zich niet erg. Nee, het is zelfs noodzakelijk om een nieuwe techniek onder de knie te krijgen.
En niet alleen onder de knie, maar er juist op. Door in de bocht met je linkerhand op je rechterknie te skeeleren, krijg je meer druk in de bocht. Een andere oefening was om in de bocht met je linkerelleboog boven je linkerschouder te rijden zodat je je bovenlichaam niet te veel naar binnen draait.
"Het betere ellebogenwerk", vertrouwde ik Jaap de Gorter toe.

Probeer maar eens uit. Het werkt echt!

Bij het groepje van 6, dat les kreeg van Arthur, was ik de langzaamste. Op zich heb ik daar geen moeite mee. Je traint uiteindelijk om zelf beter te worden en dan heb je er meer aan dan proberen met harken bij de groep te blijven. Dan bereik je het tegendeel. Je gaat je techniek verwaarlozen en daar moet OP TERMIJN de hogere snelheid vandaan komen.
Veel bochtoefeningen gingen over 4 grote ronden met een rondje uitrijden. Doordat ik meestal op een halve tot driekwart ronde gereden werd door Arthur, Jaap, Andrea Landman en Bert Frederiks, schoot dat rondje uitrijden er bij mij in. Geen probleem. Ik kan moeiteloos een uur achter elkaar doorkachelen, mits dat in eigen tempo geschiedt.
Aan het eind waren er 2 blokken van 10 rondjes achter elkaar. Kobus Turk kon het hoge tempo ook niet bijhouden, en samen met hem en met Jan Verlind, die van de groep van Tjeerd voor dit onderdeel overstapte op de groep van Arthur.
Op deze prachtige herfstavond namen we na afloop van de training op het terras van het clubhuis van schaatsclub Leiderdorp onder het genot van een drankje afscheid van het prachtige skeelerseizoen, waarin ik hard vooruit ben gegaan.

woensdag 25 september 2013

Slechte schaatsers

Soms krijg je een blogverhaal op een presenteerblaadje aangereikt. Zoals vandaag. Ik kreeg een mailtje met de tekst "Ik tik in google afbeeldingen in: slechte schaatsers en wie vind ik:

Het is onmiskenbaar onze trainingsmaat Wil Verbeij. De foto is gemaakt op 11 februari 2012, toen wij de Zelfstedentocht reden, zoals beschreven in Van de bedstee in Boksum naar de Bonkefeart.
Nu is Google erg goed in het controleren van teksten op woorden, maar ondanks dat ik hartelijk moest lachen: van schaatsen hebben ze geen verstand!
Ter rehabilitatie van Wil Verbeij, die zich bij de Elfstedentocht zoals gebruikelijk ontpopte als een goede schaatser, ben ik even gaan kijken, hoe ze bij Google aan deze kwalificatie kwamen.
Waar komt de tekst vandaan?
Boven de foto staan 2 stukken tekst, met daarin de volgende zinsneden:
"We reden over een geveegde baan langs de zijkant van het Slotermeer. Hier zag je vele honderden schaatsers rijden, die allemaal aan de Elfstedentocht waren begonnen. Overal zag je kleine en wat grotere groepen rijden met tussendoor was individuele schaatsers."
"De pijn van mijn linkerbeen werd hier wat manifester. Maar opgeven na 50 km? Dat nooit. Dan maar een lijdensweg op deze prachtige schaatsdag. Al zou ik een maand pijn in mijn been houden, ik wilde deze eerste kans na 15 jaar met beide handen aangrijpen om de Bonkefeart weer te halen. Het schaatsen had op dit slechte ijs veel weg van masochisme voor gevorderden."

Gecombineerd leidde dit tot de ongedachte vondst van Google. Ik sluit echter niet uit, dat enkele onverlaten de titel van dit blogstuk bij de foto bij tijd en wijle zullen gebruiken in de nabijheid van deze vooral op natuurijs goede schaatser.

dinsdag 24 september 2013

Spuiten en slikken

Een paar jaar geleden werd door BNN het spraakmakende, maar ietwat ranzige "Spuiten en slikken" uitgezonden.
"Wat heeft dit nu met sport te maken?", zult u zich misschien afvragen.

Misschien kunnen de makers van "Spuiten en slikken" een speciale uitzending over Lance Armstrong maken, want de hoeveelheid, die hij in zijn wielercarriere heeft gespoten en geslikt....
Gisterenavond was het mijn beurt om me in de schijnwerpers te presenteren met mijn eigen variant van "Spuiten en slikken".
Ik mocht de laatste droogtraining van het schaatsseizoen verzorgen. Deze had ik gepland bij de Leidse IJshal. We zouden beginnen met spuiten.
Er waren slechts 5 IJVL-ers, die dit aandurfden. Maar er ging een wereld open voor Marion Poldervaart, Jante Vernhout, Kees Visschedijk, Frank van Rooij en Marjolein Donkerbroek. Ze mochten de spuit ter hand nemen en de brandslang uitrollen en op het laagje ijs van ongeveer 1 cm een laagje water spuiten.


Met 6 brandspuiten in iedere hoek van de ijsbaan schoot het lekker op. In je eentje of met een paar mensen ben je een stuk langer bezig.



Nadat het laagje water op de hele ijsbaan lag, moest het een uurtje bevriezen en uitharden. Zo kon ik gaan beginnen met de droogtraining. Dat was natuurlijk wel even slikken voor de 5 deelnemers.

Als trainer heb ik namelijk de naam om een beul te zijn.

Alleen omdat ik de nadruk meestal leg op veel bewegen.
Gisterenavond lag de nadruk echter op techniek. Zeer verrassend voor sommigen.
We begonnen met een rondje inlopen van een kilometer.
De eerste oefening was het maken van "clownsstappen". Je moest net als een echte clown met grote passen met het been hoog opgetild lopen. De fietsers, die ons over het fietspad aan de Vondellaan passeerden, zullen ongetwijfeld gedacht hebben, dat de meteorologische herfst ons in de bol was geslagen, maar voor het schaatsen is dit een uitstekende oefening. Als je het ene been hoog optilt, dan ga je veel druk op je hiel voelen.
"Veel druk op de hiel van je standbeen", voegde ik er als verduidelijking aan toe.
En dat is bij het schaatsen zeer essentieel. Dit wordt meestal aangeduid met "achterop zitten".

Buiten een paar Steigerungen bevatte de training een hele serie "rustige" oefeningen, zoals statisch zitten, schaatsstappen, rekoefeningen met heupinzet, de armzwaai en bochtstappen met nadruk op druk op de hiel. Als extraatje volgde nog wat ademhalingsoefeningen. Altijd nuttig.
Aan alles komt echter een eind, dus ook aan het droogtrainingsseizoen. De laatste oefening van de mooie zomer van 2013 was op speciaal verzoek van Marjolein.

Ze glunderde helemaal, toen we gingen bokjespringen. Wat dat aangaat was het echt lest best!


We hoefden echter geen tweede laag water op het ijs te spuiten. Er zou met een machine uit de tuinderij een laagje kalkwater gespoten worden, zodat de ijsvloer op deze manier wit zou worden. Wellicht is het energieverbruik daardoor een klein beetje lager.

Nadat we de koffie en de thee hadden weggeslikt, fietsten we op huis aan. Donderdagochtend ga ik weer spuiten. Ik geef dan weer toe aan mijn ijsverslaving!

maandag 23 september 2013

Abonnement

Komend weekeinde gaat de Leidse IJshal weer open. Net als vorig jaar ga ik weer een abonnement nemen.
Het is mij uitstekend bevallen. Nooit meer tussentijds kaartjes kopen. En als je 2 keer per week op de vrije uren schaatst, dan haal je het abonnement er makkelijk uit, zelfs met een natuurijsperiode.

Ik ken genoeg schaatsers, die dit met gemak halen.
Mijn advies: gewoon nemen dat abonnement voor een heel seizoen schaatsplezier!

zondag 22 september 2013

A44

De kortste weg op de fiets naar Nieuw-Vennep is het via het fietspad langs de A44. Deze gebruiken we dan ook het meest frequent. Niet omdat we zo graag langs het voortrazende verkeer luisteren en uitlaatgassen inademen, maar de veel mooiere weg via Rijpwetering is bijna 10 km langer.
Gisterenavond hadden we dan ook een vreemde ervaring. De A44 lag er tussen Voorhout en Sassenheim helemaal uit wegens wegwerkzaamheden. Het was donker op dat gedeelte, daar de lantaarns uit waren en het was stil, omdat er geen auto's reden. De kermis van Sassenheim sprong er zo wel duidelijker uit.
Een stukje verderop was een zee van licht. Schijnwerpers verlichtten het stuk, waar afgelopen avond en nacht gewerkt zou gaan worden aan de A44. Bij de afslag Sassenheim kon verkeer richting Amsterdam wel de rijksweg op. Dit geschiedde mondjesmaat.
"Het lijkt wel een autoloze zondag!", merkte ik op.
Om half 9 waren we bij de feestzaal, waar mijn zus Bets en mijn zwager Aad hun 50-jarig huwelijksfeest vierden. Er was een man of 60 aanwezig om dit met het gouden paar te vieren.
Hoe snel vervliegt de tijd. Van hun bruiloft kan ik me nog wel een aantal dingen herinneren. Als 8-jarige ging ik met de hele familie mee naar het niet meer bestaande "Ons huis" in Nieuw-Vennep. De toen populaire Trini Lopez werd regelmatig gedraaid op de bandrecorder!


En verder, dat er toen schande gesproken werd over "The Pretty Things", die toen al langer haar hadden dan "die viespeuken" van "The Rolling Stones".

Men kon toen nog niet bevroeden, wat hen boven het hoofd hing.....

Omstreeks middennacht pakten wij onze fietsen om op huis aan te rijden langs de nog steeds stille en donkere A44.
Thuis gekomen zag ik op de kilometerteller, dat ik behalve een halve marathon ook nog 63 km gefietst had, anderhalve marathon dus.
Vandaag maak ik van de zondag een echte rustdag, terwijl ik naar de prachtige nieuwe cd van Clannad luister. Ik kan iedereen Nádur van harte aanbevelen.

Gerrie Mühren

Afgelopen week overleed de Volendammer Gerrie Mühren, in de jaren '70 een technisch hoogbegaafde middenvelder in het Grote Ajax. Wereldberoemd is het balletje hoog houden in de uitwedstrijd bij Real Madrid.

Deze week moest Ajax ook een uitwedstrijd spelen tegen de kampioen van Spanje. In Barcelona werd de teloorgang van het Nederlandse clubvoetbal voor iedereen weer eens geëtaleerd. Van mij geen kwaad woord over Barcelona. We hebben immers een Barcelona-fan in huis.
Maar wat we vooraf vermoedden, kwam uit: Barcelona was beter!

zaterdag 21 september 2013

De magnetron-generatie of de Halve marathon van Katwijk

Gisterenavond lag ik om 9 uur in bed en was ik redelijk snel vertrokken. Dat was ook wel noodzakelijk, want ik was nog niet bepaald van de verkoudheid af. Maar de combinatie van infludo en veel nachtrust zorgde ervoor, dat ik het vanmorgen aandurfde om aan de Halve marathon van Katwijk te beginnen.

Ik ga niet zeggen, dat ik me in blakende vorm voelde, want dat was bezijden de waarheid. Ik voelde me eerder een beetje slapjes. Maar ik had in ieder geval geen koorts. Ik ijlde niet meer als anders....
Na met Ada ontbeten te hebben vertrok ik om half 11 naar Hans van der Plas, waar ik in een in een zeer vertrouwd IJVL-trainingspak gastvrij werd ontvangen.

Na een bakje koffie wandelde ik naar de Boulevard, waar ik me nog in moest schrijven. Met startnummer 523 mocht ik van start gaan.

Ik kwam diverse bekenden tegen, waaronder Dick van Beelen, die van plan was om op 1.30 weg te gaan. Hans was minder ambitieus. Samen met zijn trainingsmaat Maart wilde hij onder de 2 uur lopen. Zelf wist ik totaal niet, waartoe ik in staat zou zijn. Mijn rugzak had ik aan Tineke, de vrouw van Hans, afgegeven.

Om 12 uur klonk het startschot en mochten we vanaf het midden van de meute gaan ondervinden, waartoe onze benen in staat zouden zijn. Vanaf de eerste meter ging dat boven verwachting. Het ging heel soepel. Zelfs dusdanig, dat ik na 3 kilometer Leny van der Plas, voormalig winnares van de Halve marathon van Katwijk en nog heel veel andere wedstrijden, inhaalde.
Door de duinen liepen we naar het Panbos. Door de ondergrond loop ik dit stuk altijd zeer makkelijk. De bospaden veren een beetje door de vastgetrapte humuslagen. Je komt dan zacht neer en kunt heel makkelijk afzetten. Na een rondje van een paar kilometer door het Panbos liep ik met een groepje van 4 andere lopers en loopsters naar de tweede drinkpost op 10 km. De brutotijd was 48 blank, netto ongeveer 47 minuten. Dat betekende, dat ik onder het schema van 1.45 liep. Nog steeds boven verwachting.

Daar ik de enige van ons groepje was, die een korte drinkpauze nam, kwam ik in mijn eentje op de schelpenpaden richting Wassenaarse slag te lopen. Door de armen bij afdalingen slap langs het licht voorovergebogen bovenlichaam te houden en dan met grote passen naar beneden te snellen, maakte ik wel snelheid, maar net niet genoeg om bij het groepje te komen. Deze zeer effectieve techniek heb ik een trainingsmaat geleerd. Je mag het wat mij betreft de Hans Boers-shuffle noemen.

Daar ik het groepje net niet kon bereiken, liep ik in mijn eentje tegen de wind in naar Wassenaarse slag. Pas ter hoogte van het theehuis in de duinen, waar ik mijn collega Cora en haar man Hans tegenkwam, werd ik bijgehaald door andere lopers en kon ik af en toe in de luwte lopen.
Op het grote parkeerterrein was de voorlaatste drinkpost. Hier nam ik mijn energiegel, die ik met 2 bekers water wegspoelde. Daarna kon ik het strand op. Hier bleek, dat ik mijn race niet goed had ingedeeld. Op het brede strand werd ik op de laatste 6 km naar Katwijk veel te vaak ingehaald. Met andere woorden: ik was te snel gestart. Niet dat ik instortte, maar ik liep op het harde zand toch net te langzaam. Ook al zou ik willen, ik kon gewoon niet harder.
Het was nog steeds bewolkt, maar de temperatuur was heerlijk. Daar kon het niet aan liggen. Desondanks kwam de niet meer zo Witte kerk stapje voor stapje dichterbij. Met een licht windje in de rug verloor ik wel steeds meer terrein op andere lopers, maar het verval in tijd bleef nog redelijk binnen de perken. Bij het opdraaien vanaf het strand op de Boulevard zag ik, dat ik een brutotijd zou lopen, waar ik vooraf blind voor zou tekenen: 1.46.15.

Normaal gesproken zou ik vlak voor de finish nog een praatje maken met speaker Teun de Reede, maar nu zou ongedacht ik in de 1.45 duiken.

Die kans liet ik me niet ontnemen. Het werd uiteindelijk een 122e plaats in 1.45.50. Het bleek mijn allersnelste Halve marathon van Katwijk te zijn geweest.

Nu heeft Katwijk diverse tradities, en één ervan bevalt me bijzonder goed: iedereen, die gefinisht is, krijgt een haring met uien. Dat gaat er na de zwaarste halve marathon van Nederland wel in.
Ik kwam Dick van Beelen tegen, die met 1.33 blank derde was geworden bij de veteranen. Ook hij was te snel vertrokken. Op 9 km zat hij op een schema van 1.25.
Ik wandelde terug naar Tineke om een trainingsjackje aan te trekken. Ik hoefde de verkoudheid niet erger te maken dan hij al was. Hoewel, juist zo'n loop kan een goed medicijn zijn. Met lopen verhoog je je lichaamstemperatuur met 1 tot 2 graden. Hetzelfde effect als een lichte koorts. En vergis u niet: koorts is een probaat middel om bacteriën en virussen uit hun optimale temperatuur te halen!
Maar maakt niet de vergissing om met koorts te gaan lopen. Je lichaamstemperatuur kan dan snel oplopen naar 40 graden of zelfs meer. En dat is niet goed voor je hart.

Hoewel ik redelijk snel hersteld was van de slijtageslag, zal dat de komende dagen nog niet gelden voor mijn benen. Wat dat aangaat was ik redelijk diep gegaan. Dat gold ook voor Maart, die in 1.59.47 binnenkwam. Het wachten was daarna op Hans, die totaal gesloopt in 2.05.32 binnenkwam.

Een ouderwetse inzinking had hem bij Wassenaarse slag getroffen. En dan kun je in 6 km heel veel tijd verliezen.
Met Maart dronk ik bij Hans en Tineke nog een kop thee, waarna ik afscheid nam en naar Leiden fietste. Onderweg hoorde ik een opmerking van een jongerenwerker tegen een groep hangjongeren: "Jullie zijn de magnetron-generatie!"
Hij verduidelijkte zich: "Jullie willen alles snel en makkelijk klaar hebben."

Dat kon van dit trio matadoren niet gezegd worden. Alle drie kwamen we met flink verzuurde benen uit de Halve marathon van Katwijk. Dat moet de gemakzuchtige jeugd van de magnetron-generatie eerst maar zien te bereiken.