Temperatuursprongen

Tot nu toe scoort deze winter nauwelijks beter dan de vorige verlengde herfst. Dit ligt geheel in de lijn met de temperatuursprongen in de afgelopen eeuw. Dit is heel goed te zien op het staatje, dat ik van www.weerwoord.be heb geplukt.

Ik citeer: : "Het is al uitgebreid in het nieuws geweest dat 2014 een recordwarm jaar is geworden. In de bijgevoegde grafiek heb ik geprobeerd aan te geven hoe bijzonder de sprong was die de jaartemperatuur in 2014 gemaakt heeft. Het vorige recordwarme jaar (2006) werd overruled met maar liefst 0,47 graden.
De rode kolommen geven de gemiddelde jaartemperatuur aan vanaf 1901. Met de zwarte lijn is het verloop van de tot dan toe hoogste temperatuur aangegeven. De zwarte cijfertjes geven de grootte van de temperatuursprongen aan.
Als we 1901 als beginpunt nemen, dan verschuift de tot dan toe hoogste gemiddelde jaartemperatuur in de eerste tien jaar snel op naar ca 10 graden. 1934 is voor het begin van de 20e eeuw een extreem warm jaar (10,25 graden) en dat record blijft maar liefst staan tot 1988.
Daarna volgen 3 jaren achtereen die het record steeds weer scherper stellen, waaronder 1989 met 0,42 graden, de tot dan toe grootste temperatuursprong. 2006 is het laatste jaar met een flinke sprong voordat 2014 met een sprong van maar liefst 0,47 graden alle eerdere sprongen achter zich laat.
Het lijkt nu bijna onmogelijk dat komende jaren hier snel overheen zullen gaan, maar als je ziet hoe snel de hoogste waarde in de gemiddelde jaartemperatuur sinds 1988 is gestegen, dan is het einde waarschijnlijk nog niet in zicht."
De piek in de gemiddelde jaartemperatuur ligt dus telkens weer een stukje hoger.

Een andere weerwoorder had hierbij de "opwekkende" constatering: "Je zou bijna verwachten dat 2015 ook een extreem zacht jaar wordt gezien de voorgaande duo's 1989/1990, 1999/2000 en 2006/2007."
Hopelijk blijft deze gifbeker ons bespaard! Maar vooralsnog ziet het er niet naar uit. Winterweer is op dit moment in de verste verte niet op de weerkaarten te bespeuren, dus voor half januari kunnen we vergeten, dat we op natuurijs komen. En dan begint de tijd zo langzamerhand toch te dringen.

Tot slot gaf een derde weerwoorder een verklaring van de invloed van de zon, kooldioxide en zwaveldioxide in de atmosfeer: "De zon is minder actief, deze cyclus is vergelijkbaar met de laagste sinds 1901. De vorige (die rond 2001 piekte) was ook al lager dan die van 1990 en 1980. De opwarming is hier totaal niet aan te relateren.
De opwarming an sich is vrijwel alleen het gevolg van de uitstoot van CO2 al meer dan eeuw lang en in versterkende mate. En dan vooral de opbouw van de hoeveelheid van dit molecuul in de atmosfeer.
De sprong in nederland kent twee oorzaken:
1) C02 en opwarming wereldwijd
2) De afname van de uitstoot van SO2 door ontzwaling.
De sprong in 1988 kan hier overtuigend aan gekoppeld worden blijkens onderzoek. Doordat SO2 veel zonlicht (en warmte) reflecteert en stratus langer laat bestaan (afkoelende wolkensort aan de grond) is de onzwaveling in de jaren tachtig dus debet aan de sterke stijging van de temperatuur eind jaren tachtig.
Aangezien schoner dan schoon niet kan is het onwaarschijnlijk dat er een tweede sprong aankomt. Sinds 1990 is de temp. lineair en vrij langzaam verder gestegen. Er is geen reden om te denken dat er een nieuwe sprong aankomt. Maar we laten ons verrassen. Een daling is zo goed als uitgesloten."