zondag 26 augustus 2018

Beverrat

Op de gebruikelijke tijd van 6 uur stonden we op. Stilletjes braken we de tent af, die wederom kurkdroog was. Op het terras van "Santos", waar we gisterenavond gegeten hadden, ontbeten we. Om 10 over 7 reden we van Campingplatz "Main-Spessart Park" af en daalden we af naar Lengfurt, het zoveelste leuke plaatsje aan de Main.
We reden door naar Homburg, ooit prachtig bezongen door "Procol Harum".
Net als gisteren was de omgeving van de hier sterk meanderende rivier zeer mooi. Via Urphar reden we naar Wertheim, een mooi stadje met veel smalle straatjes, die kris-kras leken aangelegd. Op het terras van een bakkerij namen we om half 9 koffie, warme chocolademelk en 2 heerlijke koeken.


Wertheim in was trouwens makkelijker dan Wertheim uit, temeer daar de Tauber hier in de Main uitmondde. Na enig puzzelen wist Ada de juiste route te vinden.

Met veel schaduw en licht afdalend schoten we lekker op op dit wederom fraaie traject via Hasloch, Collenberg en Freudenstadt naar Miltenberg.




Op het terras van een Italiaans restaurant dronken we koffie en jus d'orange. Het was half 12 en we hadden 57 kilometer achter de rug. Bij het verlaten van Miltenberg  deden we nog wat inkopen voor het eten onderweg.
Het was inmiddels bloedheet geworden, toen we via Grossheubach naar Klingenberg pedaleerden. We haden het geluk, dat er meer schaduw was, terwijl de zon af en toe schuil ging achter de wolken. In Röllfeld werd een voetbalveld natgespoten. We liepen het veld op en lieten ons heerlijk nat spuiten.
In Klingenberg zagen we een picknicktafel op het speeltuintje staan. In de schaduw zaten we te lunchen, toen een groep van 6 Duitsers kwam aangefietst, die een oogje op onze tafel hadden laten vallen. Toen de laatste van het gezelschap zei: "Machen Sie platz für uns", was het voor ons duidelijk. Daar gaven we natuurlijk niet aan toe. De groep zestigers droop onverrichterzake af.
Dat deden wij ook. Via Wörth fietsten we naar Obernburg over een vrij kaal terrein met af en toe wat schaduw van de bomen.
Via Grosswallstadt en Niedernberg leidde de route naar Aschaffenburg. Om de 10 kilometer namen we een stop om wat te eten of om kouder water te pakken. Fietsen in de zon met 34 graden is geen pretje.
In Aschaffenburg namen we aan de Main 2 halve liters Hefe Weizen Alkoholfrei. We moesten nog een aardig stukje fietsen. We werden in het Nederlands geholpen bij de mobiele bar van "Gude" door een meisje met een Nederlandse moeder. Deze Duitse sprak derhalve perfect Nederlands.
Wat niet zo perfect was, waren de opklapbanken. Het middelste gedeelte klopte wel perfect. Drie mannen zakten er doorheen.
We vervolgden we weg via Mainaschaff, waar een mooie camping lag. Helaas wel pal aan een Autobahn, dus deze camping lieten we links liggen. Bij Dettingen staken we de Main over om in Mainflingen terecht te komen op Seecamping "Mainflingen".
De aankomst was heel apart. We reden achter een auto aan het terrein van de camping op. Daar werden we meteen aangesproken door een Duitse vrouw, dat dit niet kon: "Sie müssten anrufen!"
Dat was niet nodig, want de man van de receptie kwam met een golfkarretje aangereden. We konden hem volgen en 500 meter verderop hadden we een leuk plekje op een verhoging aan het water.
In de hitte zetten we de tent op, toen we op het veld beneden ons een enorme rat zagen lopen. Het dier was duidelijk gewend aan mensen, want hij liep niet weg. Hij at gras. Het was een beverrat.
We hielden wel meteen de tent dicht en stopten het eten weg voor we in het meer gingen zwemmen. Na 116 kilometer fietsen geen overbodige luxe. We zouden ons nog even afdouchen, maar daar we niet de daarvoor benodigde  speciale munten hadden, ging die vlieger niet op. Dat ging ook niet voor het zelf koken.
Zodoende aten we op de camping annex zwembad Bratwurst, patat zonder zout en een ijsje, erwijl de we Glaabs Hefe Weizen en Apfelschorle dronken.
We zaten naast onze buurman op de camping. Hij kwam uit Frankfurt en was een verwoed fietskampeerder, die ons voor morgen Seligenstadt van harte aanbeval en ons adviseerde om in Frankfurt naar de Römer en de Paulskirche te gaan.
Via het lied "Zu Frankfurt, an dem Main" kwamen we over de Duitse folkrockgroep "Ougenweide" te praten. Helaas kent de Duitse jeugd deze topgroep nauwelijks meer.
Het was weer een verrukkelijke zomeravond. Alleen jammer, dat daar zo'n bloedhete dag aan vooraf moet gaan.
Ada las verder in "Het beste van Adam Sharpe" van Graeme Simsion, terwijl ik straks ga beginnen aan "Het pauperparadijs" van Suzanna Jansen.
Het is alleen jammer, dat ik door het straffe schema van vroeg op en minstens 90 kilometer fietsen per dag te weinig aan lezen toe kom.

Geen opmerkingen: