dinsdag 31 maart 2020

Ooievaarsloop

De derde week van het thuiswerken is begonnen. Het begint te wennen.
Wat ook begint te wennen is mijn inmiddels vertrouwde loop van 10 kilometer, die ik 3 keer per week afwerk. Een veilige route, want je komt tijdens een klein uur lopen niet veel anderen tegen. Een handvol fietsers, in de Stevenshof wat wandelaars en mensen, die in hun eigen tuin bezig zijn en een enkele keer een andere hardloper. Het kost niet veel moeite om op anderhalve meter afstand van elkaar te blijven.
Na een nacht met aan de grond lichte vorst was het om 11 uur heerlijk om in het voorjaarszonnetje te lopen. Voor het eerst sinds december kwam de 31 daagse voortschrijdende temperatuuranamolie weer een keertje onder het gemiddelde uit.
Op het rustige weggetje aangekomen zag ik niet zo veel vogels vliegen, terwijl de buizerds in geen velden of wegen te bekennen waren. Ik zag wat kraaien, een paar eksters, een koppel ganzen in de wei, ik hoorde een kievit overvliegen en in de verte zag ik een tiental zwanen in het gras, maar vlakbij? Bijna niets.
Een overvliegende ooievaar wees me de weg. Ik keek de langpoot na en zag, waar hij landde. Ik liep een klein stukje verder dan de eerste keer en zag daar tientallen meeuwen achter een boer, die mest aan het uitrijden was. Daar is voor vogels altijd wel wat te snaaien!
De ooievaar keek, of daar voor hem ook wat te halen viel. Of te brengen natuurlijk....
Na 3 keer op en neer gelopen te zijn liep ik weer terug naar huis. Op het eerste oog zul je lopen tussen de weilanden als saai beoordelen, maar als je goed kijkt, dan zie je toch telkens weer nieuwe dingen.
In mijn herinnering kwam een uitspraak van Lao Tse naar boven, die ik tijdens de protestfietstocht langs de Waddenzee gelezen heb: "Wat nodig is, zijn niets steeds weer nieuwe bergen, wat nodig is zijn steeds weer nieuwe ogen!"

Geen opmerkingen: