vrijdag 30 augustus 2013

Die Pflaz

Het begon met licht gespetter op het tentzeil, maar voordat ik de moed had verzameld om naar het toilet te gaan, ging het hard en zag je de bliksemflitsen en hoorde je de donderklappen. Een blik op het horloge leerde ons, dat het nog maar 6 uur was, maar de slaap kwam niet meer terug.
Her en der drupte het water door het tentzeil heen. Vooral bij de voortent, waar zoals gewoonlijk het water niet weg kon, vormde zich 2 diepe plassen, die door gingen lekken.


Voor een tent, die we vorig jaar gekocht hebben, is dit geen aanbeveling. Na de vakantie ga ik bij Eureka reclameren.
Ook bij de binnentent lekte het een beetje, maar dit was deels te verklaren: het kwam via de ventilatiegaten naar binnen.
Om 7 uur stopte het met flink te regenen. De noodzakelijke toiletstop werd gemaakt en daarna gingen we de binnentent alvast leegruimen. De buitentent was nog kletsnat, maar toen de regen gestopt was, schudden we het water er gedeeltelijk van af en borgen de buitentent nat op.
Van de Duitse overbuurman hoorden we, dat de Franse zijde veel mooier was, dus wij zouden de westzijde nemen.
Bij de bakker op de camping kochten we 2 croissantjes, die we bij het ontbijt op het terras van het nog gesloten terras nuttigden, terwijl de vrachtwagen van Ulmen Bier de voorraad aan kwam vullen.Rond kwart voor 9 verlieten we het Freizeitparadies, terwijl ongeveer 40 kinderen net het terrein op kwamen.
We fietsten naar Plittersdorf, waar we naar der Rhein reden om met een Frans veerpont le Rhin over te steken.

De kabelpont lag nog aan de overkant en kwam naar het midden van de rivier, waar het moest wachten op een paar Rijnaken. Toen deze gepasseerd was, kwam het veer naar ons toe.

Met deze fietsers en een auto aan boord ging het veer weer naar de overkant, na gewacht te hebben op andere schepen op de hier snel stromende Rijn.

Bij Seltz reden we meteen een natuurgebied in, waarbij we uitkwamen bij de monding van de Sauer. Aan de overzijde zagen we de monding van de Murg.

Bij het bois de Mothern viel ons op, hoezeer de Fransen de natuur zijn gang laten gaan. Zo zagen we tientallen bomen, die vaak een stuk of 10 maretakken hadden. Alleen Panoramix ontbrak nog in dit beeld.

Voor Lauterbourg werden we gewaarschuwd voor het dreigende gevaar van de zilverfabrieken in Frankrijks meest oostelijke punt.
Gelukkig ontplofte de fabriek niet op het moment, dat wij langsreden, want dan moesten we kalm op de plaats blijven!
Bij Neuburg reden we Duitsland weer binnen, waar we in, of beter op het scheepvaartmuseum wat gingen drinken. Nadat we koffie en chocomel hadden gedronken op het binnenvaartschip, viel het ons tegen, dat het buiten spetterde. Symbolisch voor de hele dag. Zonnige perioden en lichte miezerregen zouden elkaar telkens afwisselen. De temperatuur was wel heerlijk. Eindelijk eens geen tropische temperaturen.
Na een flinke bocht om een natuurgebied over de Rijndijk kwamen we bij Maximiliansau uit. We kozen er voor om niet over te steken naar Karlsruhe. In Wörth aten we wat in een park, waarna we om de volgende wielen heen zouden fietsen. Het werd wegens een "gesperrte Weg" een nog ruimere bocht.

We reden via Jockgrim, een onbekend, maar zeer leuk plaatsje met veel oude vakwerkhuizen. Jockgrim is gelegen op een stuwwal. Het lag niet ver van de Altrhein, de voormalige loop van de Rijn, voordat deze in dit gedeelte van Duitsland is gekanaliseerd.

Bij Leimersheim kwamen we weer aan de Rijn. Daar bleek, dat we voor de tweede keer een omweg moesten maken wegens wegwerkzaamheden.
Via Kuhardt fietsten we naar Hördt, waar we op het kerkhof een bank zagen, waar we rustig konden lunchen. Via Sönderheim trapten we naar Germersheim, waar Tourismus Information een kaart van het gebied tot Ludwigshafen en Worms voor ons had.
Na een nieuwe, niet geplande zoektocht door het centrum van Germersheim kwamen we ten langen leste toch weer bij de Rhein uit, waar we bij de Italiaanse ijscoman 2 hoorntjes namen. De 29 km naar Germersheim bleken door alle omwegen ruim 40 te zijn geworden. Symptomatisch voor het oponthoud op deze dag. Dat begon 's ochtends al bij het opladen van de fietsen.
Ik kon maar 1 racehandschoen vinden. De klerentassen op mijn fiets keerde ik helemaal om. Tevergeefs. Daarna nogmaals. Wederom niets. Tot Ada de slaapzak uit de hoes haalde. Daar zat mijn tweede wielerhandschoen!
Vanaf Germersheim bleek het wat beter te gaan, al slingerde de weg flink heen en weer. Gelukkig ging het voor een flink deel door een Naturschützgebiet. We zagen zowel op de oost- als de westzijde een heuvelrug. Kilometers voor Speyer zag je al de Dom, die op de Werelderfgoedlijst van de Unesco staat.

Deze Dom domineerde de skyline. Bij het binnenrijden van Speyer begon het te regenen. We reden in regenjas de binnenstad binnen. Het zag er erg leuk uit. Vooral de Dom.
Schuin tegenover deze kerk stond een restaurant met terras. Wij gingen zitten en wilden wat bestellen. De 2 obers knikten, dat ze ons gezien hadden, maar kwamen vervolgens niet. Na een minuut of 8 gewacht te hebben, trokken we onze conclusie.


De fietsen werden gepakt en we reden richting Ludwigshafen.

Aan de rand van Speyer kochten we bij een Lidl rijst, courgette, bosuien, ham en yoghurt. We konden op zoek gaan naar een camping met bijna 100 km op de teller. Via Otterstadt reden we over de dijk noordwaarts.
Bij Waldsee zagen we een camping, maar deze was alleen voor caravans en campers. Wij moesten nog 6 km verder fietsen naar Altrip, waar we om 6 uur "Die Blaue Adria" opreden, een camping die als zeer eenvoudig was te kenmerken. De toiletgebouwen ademden de sfeer van de jaren '70.
Terwijl we bezig waren de tent op te zetten, begon het te regenen. Ada kookte in de voortent, waar we ook aten.
Daar we tussen allerlei en een afgedamde aftakking van de Altrhein zaten, barstte het van de muggen en andere insecten, die ons bloed wel konden drinken.

In de campingwinkel kochten we geurtje uit een spuitbus, waar onze gevleugelde vrienden niet van hielden.
Na de vaat gingen we om half 9 naar het nabij gelegen Hotel Darnheim. Na 115 km fietsen hadden we een goede zitplaats op een overdekt terras wel verdiend. Traditiegetrouw nam ik een streekbier, in dit geval Mayen. Ada hield het bij koffie en witte wijn.
In het donker wandelden we terug naar camping "Die Blaue Adria", waar het begon te regenen, toen wij om half 11 de tent op zochten.

donderdag 29 augustus 2013

Tour de Murg

's Nachts werden we wakker van een hard geknal. Het onweerde. De ene bliksemflits na de andere verlichtte de hemel aan de andere kant van het gordijn met enkele tellen later een flinke donderslag. Na een half uur hield het gedonder op.
We sliepen weer in om om kwart over 7 te ontwaken. We ruimden de kamer leeg en laadden de fietsen op om ons daarna om 8 uur naar de ontbijttafel te begeven.

De twee Duitse fietsters volgden ons voorbeeld. Na het ontbijt betaalden we de € 32,-. Het was iets hoger door de toeristenbelasting. Desondanks was het spotgoedkoop.
Om kwart voor 9 zaten we op de fiets naar het centrum van Freudenstadt, waar we het startpunt van de Tour de Murg blindelings wisten te vinden.

We begonnen vrij snel met een steile afdaling, die ons in het diepe Christophtal bracht.

Langs de Forbach daalden we geleidelijk af naar Baiersbronn, waar de Forbach in de Murg uitmondde.


De dorpen en het landschap deden Oostenrijks aan. Plaatsjes als Klosterreichenbach, Röt, Huzenbach en Schwarzenbach lagen in een wat breder dal met hoog op de bergen nog kleine groepjes huizen.

In Schwarzenberg namen we een pauze. Op het terras van Müllers Löwen namen we Milch, Milchkaffee und Himbeerkuchen und Rahmkuchen. De taart was eigengemaakt, net als de jam bij het ontbijt trouwens, en was overheerlijk.
Het dal werd smal. We verlieten de spoorlijn en deels ook de Murg, want we moesten een paar keer flink klimmen. Soms was het zo steil, dat er op een fiets met bepakking niet tegenop te komen was.
Vanaf Raumünzach werd het dal weer breder. Na een steile afdaling met een haakse bocht, waarbij het advies "Radfahrer absteigen" geen overbodige luxe was, kwamen we door een soort natuurlijke grot, zoals we die in Asturias in het groot hadden gezien.




We reden lager langs de Murg en zagen veel kinderen klauteren over de soms enorme rotsblokken in het water.

Op een smal bospad daalden we af om dit ook te doen. Bij de rivier aangekomen ontdekte Ada, dat ze haar fototoestel op de fiets had laten zitten. Ik offerde me op en liep het pad terug.

Daar het weer net zo warm was als de voorgaande dagen gingen we pootje baden in de Murg. Heerlijk om je voeten even af te koelen.















Na nog een paar fotostops bereikten we Forbach, waar we inkopen deden voor de lunch.

Deze zouden we in Gausbach consumeren.
In Flussradwege Schwarzwald stonden een paar uitzichtspunten getekend.

We fietsten tot de Festhalle. Daarna werd het flink steil.

We wandelden naar waar wij dachten, dat er een doorgang was, maar dat bleek niet het geval.

Uiteindelijk beklommen we de tap op het kerkhof. Op een bank op deze steil oplopende Friedhof lunchten we, met een in onze ogen prima uitzicht.


Toen we 3 kwartier later vanuit Gausbach naar Langenbrand moesten klimmen, zagen we op bijna het hoogste punt 2 banken met het mooiste uitzichtspunt!


Op weg er naar toe twijfelden we even, of het onverharde pad wel het juiste was. we reden even terug naar de hoek, wijs geworden door de ervaringen met fout rijden de laatste dagen, maar er stond inderdaad een bordje met Tour de Murg.
Ik stond op het punt om mijn fiets te keren, toen Ada zei: "Voorzichtig."
Dat klopte, want mijn linkertrapper ontvelde een stukje van mijn enkel.
We klommen rustig verder en daalden voorzichtig af naar Langenbrand, na een paar fotostops.


We staken de brug over de Murg ver en door de bossen reden we af op leuke plaatsjes als Au im Murgtal, Weisenbach, Obetsrot en Gernsbach.

Het begon steeds meer te betrekken en in Ottenau zagen we de eerst bliksemflitsen.

We reden het centrum in in de hoop, dat we een café of restaurant zouden treffen. De bliksem kwam echter rap dichterbij, dus we zochten ons heil onder het afdak van een bijgebouw van een kerk. Ineens ging het heel hard waaien. Het leek wel een windhoos. Het zand waaide op en het leek wel of we gezandstraald werden.
En dan zaten we nog wel in de luwte van de grote kerk.
Toen het waaien ophield, begon het te regenen. Ada deed nog even een hemd aan, daar het toch wat frisser werd.
Na een half uur wachten waagden we het erop, daar de donder flink wat verder weg was.

Vanaf Ottenau reden we linea recta het centrum van Gaggenau in. Bij de Tourist Information vonden we een heel handig kaartje tot voorbij Karlsruhe, alsmede het adres van de camping aan de Rijn voorbij Rastatt.
Even verderop namen we op het terrasje Milchkafee en jus d'orange, voor we de Tour de Murg vervolgden. Voorbij Gaggenau reden we door de bossen en passeerden we Akademie Schloss Rotenfels. Bij mij riep dat herinneringen op aan "De la Salle" en Dartington, twee academies, die op een landgoed hun onderwijs gaven.
De rest van de Tour viel, na alles wat we gezien hadden, een beetje tegen. Niet dat het lelijk was, verre van dat, maar zowel letterlijk als figuurlijk hadden we het hoogtepunt achter de rug.
Wat ons wel opviel was de enorme hoeveelheid takken en takjes op het fietspad. Duidelijk de sporen van de windhoos, die aan het onweer vooraf ging.

De Tour de Murg eindigde in Rastatt, waar wij naar de binnenstad gingen op zoek naar levensmiddelen. Het centrum van Rastatt is trouwens best mooi, vooral rondom de Marktplatz.



We aten een ijsje bij een standbeeld en vertrokken op de fiets naar Ottersdorf. Vandaar was het maar een klein stukje naar de camping bij Plittersdorf, die getooid was met de naam "Rastatter Freizeitparadies".
Dat laatste was een tikkeltje overdreven, maar het was beslist geen onaardige camping, waar we na 77 km fietsen op terecht gekomen waren.
Het begon met een meevaller. We konden een veld delen met een paar andere fietsers. Dat scheelde de helft van het geld. Met de uitgespaarde € 16,- had ik mooi de racehandschoenen terugverdiend!
We deelden veld 46 met een Nederlands paar met een kind van 1 jaar. Een soort jeugdherinnering kwam boven: je wilt op dezelfde voet doorgaan, maar met een klein kind gaat dit niet.
Na de douche aten we tortellini's met paprika en tomatensaus. Er was yoghurt toe.
We wandelden nog even om het meer heen voor we een afzakkertje namen op het terras. De muggen waren echter dermate stekerig, dat we in het restaurant gingen zitten, waar ons om kwart voor 10 verzocht werd de zaak te verlaten, daar men ging sluiten.
Het begon te spetteren, toen we de tent opzochten.