donderdag 29 augustus 2013

Tour de Murg

's Nachts werden we wakker van een hard geknal. Het onweerde. De ene bliksemflits na de andere verlichtte de hemel aan de andere kant van het gordijn met enkele tellen later een flinke donderslag. Na een half uur hield het gedonder op.
We sliepen weer in om om kwart over 7 te ontwaken. We ruimden de kamer leeg en laadden de fietsen op om ons daarna om 8 uur naar de ontbijttafel te begeven.

De twee Duitse fietsters volgden ons voorbeeld. Na het ontbijt betaalden we de € 32,-. Het was iets hoger door de toeristenbelasting. Desondanks was het spotgoedkoop.
Om kwart voor 9 zaten we op de fiets naar het centrum van Freudenstadt, waar we het startpunt van de Tour de Murg blindelings wisten te vinden.

We begonnen vrij snel met een steile afdaling, die ons in het diepe Christophtal bracht.

Langs de Forbach daalden we geleidelijk af naar Baiersbronn, waar de Forbach in de Murg uitmondde.


De dorpen en het landschap deden Oostenrijks aan. Plaatsjes als Klosterreichenbach, Röt, Huzenbach en Schwarzenbach lagen in een wat breder dal met hoog op de bergen nog kleine groepjes huizen.

In Schwarzenberg namen we een pauze. Op het terras van Müllers Löwen namen we Milch, Milchkaffee und Himbeerkuchen und Rahmkuchen. De taart was eigengemaakt, net als de jam bij het ontbijt trouwens, en was overheerlijk.
Het dal werd smal. We verlieten de spoorlijn en deels ook de Murg, want we moesten een paar keer flink klimmen. Soms was het zo steil, dat er op een fiets met bepakking niet tegenop te komen was.
Vanaf Raumünzach werd het dal weer breder. Na een steile afdaling met een haakse bocht, waarbij het advies "Radfahrer absteigen" geen overbodige luxe was, kwamen we door een soort natuurlijke grot, zoals we die in Asturias in het groot hadden gezien.




We reden lager langs de Murg en zagen veel kinderen klauteren over de soms enorme rotsblokken in het water.

Op een smal bospad daalden we af om dit ook te doen. Bij de rivier aangekomen ontdekte Ada, dat ze haar fototoestel op de fiets had laten zitten. Ik offerde me op en liep het pad terug.

Daar het weer net zo warm was als de voorgaande dagen gingen we pootje baden in de Murg. Heerlijk om je voeten even af te koelen.















Na nog een paar fotostops bereikten we Forbach, waar we inkopen deden voor de lunch.

Deze zouden we in Gausbach consumeren.
In Flussradwege Schwarzwald stonden een paar uitzichtspunten getekend.

We fietsten tot de Festhalle. Daarna werd het flink steil.

We wandelden naar waar wij dachten, dat er een doorgang was, maar dat bleek niet het geval.

Uiteindelijk beklommen we de tap op het kerkhof. Op een bank op deze steil oplopende Friedhof lunchten we, met een in onze ogen prima uitzicht.


Toen we 3 kwartier later vanuit Gausbach naar Langenbrand moesten klimmen, zagen we op bijna het hoogste punt 2 banken met het mooiste uitzichtspunt!


Op weg er naar toe twijfelden we even, of het onverharde pad wel het juiste was. we reden even terug naar de hoek, wijs geworden door de ervaringen met fout rijden de laatste dagen, maar er stond inderdaad een bordje met Tour de Murg.
Ik stond op het punt om mijn fiets te keren, toen Ada zei: "Voorzichtig."
Dat klopte, want mijn linkertrapper ontvelde een stukje van mijn enkel.
We klommen rustig verder en daalden voorzichtig af naar Langenbrand, na een paar fotostops.


We staken de brug over de Murg ver en door de bossen reden we af op leuke plaatsjes als Au im Murgtal, Weisenbach, Obetsrot en Gernsbach.

Het begon steeds meer te betrekken en in Ottenau zagen we de eerst bliksemflitsen.

We reden het centrum in in de hoop, dat we een café of restaurant zouden treffen. De bliksem kwam echter rap dichterbij, dus we zochten ons heil onder het afdak van een bijgebouw van een kerk. Ineens ging het heel hard waaien. Het leek wel een windhoos. Het zand waaide op en het leek wel of we gezandstraald werden.
En dan zaten we nog wel in de luwte van de grote kerk.
Toen het waaien ophield, begon het te regenen. Ada deed nog even een hemd aan, daar het toch wat frisser werd.
Na een half uur wachten waagden we het erop, daar de donder flink wat verder weg was.

Vanaf Ottenau reden we linea recta het centrum van Gaggenau in. Bij de Tourist Information vonden we een heel handig kaartje tot voorbij Karlsruhe, alsmede het adres van de camping aan de Rijn voorbij Rastatt.
Even verderop namen we op het terrasje Milchkafee en jus d'orange, voor we de Tour de Murg vervolgden. Voorbij Gaggenau reden we door de bossen en passeerden we Akademie Schloss Rotenfels. Bij mij riep dat herinneringen op aan "De la Salle" en Dartington, twee academies, die op een landgoed hun onderwijs gaven.
De rest van de Tour viel, na alles wat we gezien hadden, een beetje tegen. Niet dat het lelijk was, verre van dat, maar zowel letterlijk als figuurlijk hadden we het hoogtepunt achter de rug.
Wat ons wel opviel was de enorme hoeveelheid takken en takjes op het fietspad. Duidelijk de sporen van de windhoos, die aan het onweer vooraf ging.

De Tour de Murg eindigde in Rastatt, waar wij naar de binnenstad gingen op zoek naar levensmiddelen. Het centrum van Rastatt is trouwens best mooi, vooral rondom de Marktplatz.



We aten een ijsje bij een standbeeld en vertrokken op de fiets naar Ottersdorf. Vandaar was het maar een klein stukje naar de camping bij Plittersdorf, die getooid was met de naam "Rastatter Freizeitparadies".
Dat laatste was een tikkeltje overdreven, maar het was beslist geen onaardige camping, waar we na 77 km fietsen op terecht gekomen waren.
Het begon met een meevaller. We konden een veld delen met een paar andere fietsers. Dat scheelde de helft van het geld. Met de uitgespaarde € 16,- had ik mooi de racehandschoenen terugverdiend!
We deelden veld 46 met een Nederlands paar met een kind van 1 jaar. Een soort jeugdherinnering kwam boven: je wilt op dezelfde voet doorgaan, maar met een klein kind gaat dit niet.
Na de douche aten we tortellini's met paprika en tomatensaus. Er was yoghurt toe.
We wandelden nog even om het meer heen voor we een afzakkertje namen op het terras. De muggen waren echter dermate stekerig, dat we in het restaurant gingen zitten, waar ons om kwart voor 10 verzocht werd de zaak te verlaten, daar men ging sluiten.
Het begon te spetteren, toen we de tent opzochten.

Geen opmerkingen: