Thuis ben ik opgevoed met het gezegde "'s Nachts een vent, 's ochtends ook een vent". Ondanks dat mijn bovenbenen na de Zevenheuvelenloop nog behoorlijk vol zaten met afvalzuur, was dit uiteraard geen reden om de schaatstraining met de "Krasse knarren" in de Leidse IJshal.
Bij het inrijden voelde ik al, dat de bochten niet lekker liepen. Met name in de bochten moet je wat meer druk zetten, maar de bovenbenen protesteerden. Dan kun je 2 dingen doen. Je kunt proberen de bochten "normaal" te lopen met pootje over of je kunt de bochten als een beginneling nemen door de bocht in te glijden, dan 2 slagen rechtuit te doen en dan de bocht weer uit glijden. Qua snelheid maakt het met gevoelige bovenbenen niet zo veel uit, welke methode je kiest. Alleen de tweede methode kost minder kracht en is minder pijnlijk.Deze methode beheers ik prima. Bij de zevende editie van de 1000 rondjes van Leiden heb ik deze vorig jaar uitgereden zonder een keer pootje over te doen. Normaal gesproken begon ik hier pas ergens in de laatste 50 kilometer mee.
Ik zorgde er dus voor, dat ik ergens aan de staart van het peloton bungelde. Zo had niemand last van mij. Een enkele serie werd ik op een rondje gereden door het peloton van 27 "Krasse knarren". Maar de 25 rondjes reed ik gewoon op kop. De rondjes gingen in 24 kilometer per uur tegen normaal 25. Dat verschil in snelheid betekent wel, dat je soms af moet haken bij het peloton. Maar de oorzaak kende ik: de naweeën van de Zevenheuvelenloop. Maar dat is over een paar dagen weer over!
Ondanks of beter gezegd de tegenstribbelende bovenbenen was dit een prima mentale voorbereiding op de 1000 rondjes van Leiden op 17 december. Je kunt jezelf een hoop wijsmaken, maar niet, dat je 200 kilometer geheel pijnvrij kunt schaatsen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten