Na een treinreis van 3 uur stonden we op het station in het bloedhete Heerlen.
We namen, ongepland, dat wel, de kortste route naar Aken. In Aachen stalden we de fietsen vlak bij het Rathaus. We wandelden naar het terras bij de grote fontein, waar we onder een grote parasol zaten. Dat ging vlot.
Dat kon niet gezegd worden van de bediening van "Die goldene Schwane". Twee koude melk lukte nog wel, maar de Käsetorte liet lang op zich wachten. Na 20 minuten kregen we te horen, dat deze op was. We namen een Sahne-Nusstorte. Bij het afrekenen moesten we 3 keer vragen, voor we konden betalen....
Door de drukke winkelstraat liepen we naar de Dom.
Er was een markt om de Middeleeuwse kerk, waar de troon van Karel de Grote staat.
Een paar foto's later zaten we weer op de fiets. We waren op weg naar de Monschauer Weg, die niet zo makkelijk te vinden was, maar een paar behulpzame fietsers hielpen ons op weg. We hadden geluk, dat we grotendeels in de schaduw van een bos reden, terwijl we op weg waren naar België, waar prins Filip die dag tot koning werd gekroond.
Bij Lichtenbusch aten we bij een kapelletje onze rozijnenbroodjes op. Met een schitterend uitzicht op de Eifel sloegen we rechtsaf naar Raeren. In dit landbouwgebied volgden een paar korte klimmetjes en afdalingen. Kort maar steil.
Door het Herzogenwald klommen we naar het stuwmeer bij Mospert. Niet zo steil, maar wel kilometers lang onafgebroken doorgaand. Gelukkig reden we grotendeels door het bos.
Bij de stuwdam aangekomen staken we bij het Lac d'Eupen de Weser over, waarna we langs de Getzbach aan een volgende ellenlange klim begonnen. We stegen van 390 naar 620 meter. Echt steil was het maar een paar kleine stukjes, maar kilometers vals plat ga je ook in je kuiten voelen.
Bij het Hohes Venn aangekomen kozen we voor de kortste weg naar Monschau. Bij Ternell aangekomen fietsten we grotendeels in de zon naar Mützenich in Deutschland. Onderweg passeerden we Im platten Venn en Brackvenn.
Bij Mützenich verlieten we de weg naar Monschau en over een slingerende weg door een glooiend boerenland en met een prima uitzicht op de bergkammen van de Eifel reden we naar Kalterherberg. Daar was het niet koud. Het was er bloedheet. De glazen met koud water, die we op de camping kregen, waren dan ook snel leeg.
We zetten om 7 uur de tent op aan de beek, waarna Ada als eerste ging douchen. Ik ruimde de tent in om daarna Ada's voorbeeld te volgen. Na 64 km fietsen met 30 graden is het heerlijk om het zweet en het vuil van je af te spoelen. Ondanks smeren waren we trouwens wel verbrand.
Ada kookte macaroni met prei, kaas en boursin, terwijl ik 2 biertjes regelde bij de campingbeheerder voor bij de eenvoudige doch voedzame maaltijd bij de beek, waar midgets bleken te vliegen.
Nadat ik de kleine vaat gedaan had, maakten we nog een kleine avondwandeling door Küchelscheid.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten