vrijdag 8 november 2013

Geduld

Vandaag hadden we voor de verandering eens een keertje een droge dag. Fietsen zonder regenbroek is toch lekkerder. Na gewerkt te hebben in De Burgt in Rijnsburg en op de Hoofdbibliotheek in Katwijk aan Zee, kleedde ik me thuis om, at nog even wat en fietste door naar de Vondellaan. In de Leidse IJshal werd ik aangeschoten door ijsmeester Jan van Rijn. Van hem hoorde ik, dat mijn oud-klasgenoten van "Porta Vitae" Jan Schoorl en Margreeth Pennekamp gisteren getrouwd waren. Bij deze wil ik het bruidspaar van harte feliciteren en hen alle goeds toewensen!

Ik trok mijn kluunschaatsen aan en begon aan 2 uur schaatsles. Tijdens het eerste uur heb ik een behoorlijk homogene groep, op een uitzondering na. Een meisje is wat angstig en als de kinderen de hele baan al zijn overgestoken, dan is zij op zijn best halverwege. Dit vraagt veel geduld, zowel van de trainer als van de andere kinderen, die telkens moeten wachten.

Als trainer zit je dan in een spagaat. Je moet de groep voldoende aandacht geven en tegelijkertijd aandacht besteden aan het kind met minder progressie. Daar zijn wel wat trucjes voor.
De meest effectieve trainingsvorm is spelletjes doen. Diverse tikspelletjes of "Schipper mag ik overvaren...."
Verder kinderen in tweetallen laten werken, zodat een ander kind een klein deeltje van jouw taak op zich neemt bij een oefening.
Ik liet de kinderen 10 rondjes op de buitenbaan schaatsen. "Minimaal", zei ik er bij. De kinderen reden tussen de 10 en 17 rondjes en kwamen met hoogrode konen weer terug naar de binnenbaan. Zodoende had ik 10 minuten, waarin ik 4 rondjes met het meisje kon rijden en sommige basisoefeningen voor het schaatsen bij probeerde te brengen.
Intussen keek zij jaloers naar de kinderen, die voorbij flitsten. Om te voorkomen, dat zo'n kind afhaakt "omdat ze er toch niets van kan", moet je haar wijzen op zichzelf: "Kijk eens, wat je de afgelopen weken hebt bijgeleerd. Dit en dat kon je een paar weken geleden nog niet!"
Je moet dus de focus weghalen bij hetgeen anderen al wel kunnen naar hetgeen iemand zich al eigen heeft gemaakt.
En vergis u niet: dit speelt in iedere trainingsgroep. Immers, in iedere groep zit naast de beste schaatser van die groep ook de zwakste. Kinderen, die meer aandacht van je vragen, en ook meer geduld.

Deze kinderen boeken ook progressie, en al is de weg veel langer, ook zij komen er ooit. Alleen is het risico, dat ze afhaken, bij deze kinderen groter.
De enige, die dat afhaken kan voorkomen, ben jij als trainer. Want het grootste geschenk, wat je deze kinderen kunt geven, is niet een betere schaatstechniek, hoewel uitermate belangrijk maar schaatsplezier! En het kweken van schaatsplezier bij deze groep vergt nu eenmaal veel geduld.

Geen opmerkingen: