maandag 13 februari 2012

De Vliet

In de vriendengroep, waarmee we zaterdag de Elfstedentocht gereden hebben, zit een duo, dat medicijnen gestudeerd heeft. Aan Paul Verkerk en Andrea legde ik de vraag voor, hoe ik aan de pijn in mijn scheenbeen kwam en waarom mijn linkervoet zo dik geworden was.
Diverse mogelijkheden werden geopperd. Overbelasting zou eventueel een mogelijkheid kunnen zijn, maar niet waarschijnlijk. Een meer voor de hand liggende oorzaak zou het verzwikken van de enkel zijn. Ik ben de afgelopen week diverse keren in een scheur gereden, maar daar ik bij het lopen geen enkele last had, viel deze mogelijkheid ook af.
Wondroos zou ook nog kunnen, maar daarvoor heb een wond nodig, en die had ik niet. Bovendien zou je dan koorts moeten hebben. De enige koorts, die ik had was echter de onschuldige Elfstedenkoorts.
Bleef de meest prozaïsche mogelijkheid over: te strakke schoenen. En dat zou wel eens heel goed kunnen. Vanwege de kou had ik dunne thermosokken als extra laagje aangetrokken. Ik kwam daardoor lastiger in met name mijn linkerschoen. Het heeft gewoon deze hele natuurijsperiode te strak gezeten!
"Daar komt nog bij", vertelde Paul: "Bij het schaatsen gaat er meer vocht naar je voeten. Deze lichte zwelling zorgt er wel voor, dat het nog strakker komt te zitten!"
Nu ik de vermoedelijke oorzaak weet, weet ik ook beter, wat ik moet doen om het natuurlijke herstelvermogen niet in de weg te zitten.
Om 11 uur namen we op zondagmorgen hartelijk afscheid van Edzer en Liesbeth Kramer.
Met een tussenstop in Slootdorp reden we terug naar Leiden, waar ik al snel mijn schaatsen pakte.
Mijn schoonvader vierde zijn verjaardag en diverse familieleden gingen schaatsen op de Vliet. Hij is op 11 februari jarig. In 1991 reed ik op zijn verjaardag voor het eerst 200 km, door de Molen- en Merentocht 4 keer achter elkaar te rijden.

En nu reed ik op zijn geboortedag voor de tweede keer in mijn leven de Elfstedentocht uit.

Ik houd alvast een plekje vrij in mijn agenda voor 11 februari 2033....
Ik fietste naar Voorschoten, trok mijn kluunschaatsen weer aan en reed het stuk tussen Starrenburg en de Korte Vliet anderhalve keer op en neer. Meer dan simpel uitrijden zat er niet in.
Ik kan u verzekeren: in dit tempo had ik de Elfstedentocht niet uit gereden!
Mijn schoonfamilie kwam ik niet tegen. Zij waren vertrokken naar het huis van mijn schoonouders, toen ik op de fiets naar Voorschoten reed.
Met 10 km over het vrij redelijke ijs, zat voor mij de natuurijsperiode met 11 dagen én 11 steden achtereen schaatsen erop.

Geen opmerkingen: