Vanmorgen stond er een trainingsloop op het programma. Naar de volkstuin toe hoefde niet, want de planten in de kas hadden al genoeg water gekregen. Wel was de broodvoorraad bijna op. Zodoende vertrok ik om half 9 richting Herenstraat, waar ik bij "De Helianth" een volkorenbrood kocht.
Op de terugweg kon ik zodoende ervaren, wat het effect is van 1 kilo meer gewicht. Met een klein tasje om liep ik zo via de prachtige Leidse binnenstad naar de Leidse IJshal, waar een bedrijf bezig was de machinekamer in orde te maken voor het komende schaatsseizoen. Nog ruim 3 weken en we mogen weer schaatsen!
Ik liep naar huis via de straat met de mooiste naam in Leiden: IJsbaan. Zodoende wist ik meteen, waarvoor ik deze Broodloop van 10 kilometer deed.
Nadat tot driemaal toe mijn skeelertraining voor de G-schaatsers de mist in ging, was er vanavond een herkansing. Onder een loodgrijs wolkendek vertrok ik op de fiets naar de skeelerbaan van Leiderdorp.
Onderweg voelde ik af en toe een paar spetters, maar het zag er naar uit, dat we desondanks toch nog gewoon zouden kunnen skeeleren. Het asfalt op de baan werd er niet nat van en daar gaat het om. Zolang de wielen niet wegglijden is er niets aan de hand.
Na een paar rondjes ingereden te hebben, begon ik om kwart voor 8 eindelijk met het schema, dat ik in juni al had opgesteld. Kevin kon zich helemaal uit gaan leven. We zouden 6 starts doen. We zouden beginnen met 3 starts met de wind in de rug om aansluitend 3 maal met tegenwind te starten.
We voelden wel af en toe een spetter, maar dat deerde de G-schaatsers niet. Ze hadden immers een spetter van een trainer!
De weergoden waren het daar helemaal mee eens. En daar alle zegen van boven komt, kwamen er ineens een heleboel spetters tegelijk naar beneden zetten.
Zodat na de eerste 3 starts met driekwart ronde uitrijden de skeelertraining er al weer op zat. De effectieve trainingstijd van dit skeelerseizoen kwam daarmee op ongeveer een kwartier uit. Daarmee ben ik met afstand de duurst betaalde trainer van de IJVL.
De dag had alle elementen van een zomertriatlon in zich, maar door de tijdspanne, die tussen de verschillende onderdelen zat, kon ik het onmogelijk onder deze noemer scharen. De ochtend begon met een fietsrit naar de huisarts. Daar werd mijn bloeddruk opgemeten: 144 om 82. De huisarts was hierover zeer te spreken, temeer daar ik de laatste 14 dagen de dosering van de lisinopril gehalveerd had, omdat ik vorige week door de schilders af en toe huisarrest had.
Ook had ik het nog over de Vlietloop, waar ik lichtvoetig gelopen had. Doordat ik sinds de plaspillen 6 kilo lichter ben, ging dat eigenlijk vanzelf.
"Stel je voor, dat je met een rugzak met 6 pakken suiker gaat lopen", zei ik bij het afscheid.
"Dat is het geheim van het lichaam", kreeg ik te horen: "Die 6 kilo extra, daar merk je niets van."
Behalve met hardlopen!
Na voor 2 maanden pillen opgehaald te hebben bij de apotheek fietste ik naar mijn werk. Doordat ik deze week als chauffeur langs de filialen mag rijden, kon ik mijn krachttraining met het tillen van de kratten vol boeken weer mooi meepikken.
's Avonds werd ik na het avondeten door Hans Boers opgepikt. We reden naar de ijsbaan van Katwijk, waar we de auto parkeerden.
Doordat diverse IJVL-ers met vakantie waren, bestond de droogtrainingsgroep uit slechts 7 personen. Mijn natuurlijk gezag kwam meteen duidelijk naar voren. Nog voor we het strand bereikt hadden, was ik al iemand kwijt. Jaap de Gorter ging na de Vlietloop liever rustig uitlopen richting Noordwijk.
Wij liepen derhalve met zijn zessen naar het stand voor de parkeergarage, waar we wederom een gevarieerde training afwerkten met Steigerungen, korte sprintjes omhoog, buikspieroefeningen, statisch zitten, een stukje snelwandelen en natuurlijk de strandstoelslalom. Dat laatste werd wat lastig, daar de meeste strandstoelen reeds van het strand afgehaald waren, maar gelukkig vonden we nog een plek waar we deze korte maar felle oefening konden doen.
We hadden een leuke training en maakten natuurlijk regelmatig een lolletje. Maar het meest moest ik lachen, toen we bij een breed tegelpad bochtstappen omhoog deden. Het was bochtstappen naar rechts, dus voor schaatsers ietwat onwennig.
Een wandelaar vroeg aan ons: "Zijn jullie een boot uit het water aan het trekken?"
Kees Visschedijk antwoordde daar ad rem op: "Dit lijkt dus helemaal niet op schaatsen!"
Het is, dat ik al in de schaatshouding stond, want ik hoefde nu geen moeite te doen om dubbel van het lachen te zitten.
We kunnen het natuurlijk ook anders zien. De voorbijganger was onder de indruk van de kracht, die wij met deze oefening uitstraalden!
Met deze geruststellende gedachten beëindigden we om half 9 in de schemering de laatste strandtraining van het seizoen. De meesten gingen huiswaarts. Hans, Jaap en ik gingen zwemmen in de Noordzee. Onder toeziend oog van badmeester Hen van den Haak begaven we ons in het duistere water. Het was net als bij de eerste duik in het diepe als kind: zwemmen aan de haak.
Het heeft wel iets heroïsch, dat zwemmen in het duister, maar net als met schaatsen op natuurijs staat ook hier de veiligheid voorop.
Eenmaal uit het water voelde je goed, doe snel de lucht in septemberavonden afkoelt.
In "Het Wantveld" sloten we bij een tweetal drankjes de heerlijke trainingsavond uit, terwijl we bijpraatten over elkaars lief en leed.
Jaap vertelde, dat hij naar een verrassingsconcert van "Doe Maar" in "De Nobel" gaat. Met Noord-Korea in het achterhoofd zeer actueel.
Ik vond "Doe Maar" goed, maar de voorloper "CCC Inc." vond ik stukken beter, zoals blijkt uit het prachtig gezongen onderstaande lied.
Het is alweer wat jaren geleden, dat ik meedeed met de Vlietloop in Voorschoten. Vandaag was het weer zo ver. Om 20 over 11 fietste ik naar sporthal "De Vliethorst", waar ik mijn fiets stalde en me voor € 7,- inschreef voor de 10 kilometer. Het was de eerste wedstrijd na de marathon van Leiden op 21 mei jongstleden.
Ik had me net ingeschreven, toen Jaap de Gorter de sportzaal binnen stapte. Hij deed ook mee aan de 10 kilometer over een nieuw parcours. Samen liepen we in, terwijl we op weg waren naar het startvak op de Voorstraat. Het was heerlijk loopweer: zonnig met af en toe een beetje sluierbewolking, weinig wind en een temperatuur van een graad of 20.
We liepen vrij ver naar voren, waar we op de vierde rij bij Walter Boon wachtten op het starschot. Diens broer Marnix stond op de eerste rij. Om 12 uur mochten we los. Ik was benieuwd, hoe het zou gaan. Sinds de Meerhorstloop in januari had ik geen wedstrijd meer voluit gelopen.
Doordat we vrij vooraan stonden, zat ik vanaf de eerste passen al meteen in mijn ritme en met Walter in mijn kielzog ging de eerste kilometer best hard. Harder dan ik had verwacht. Met een laatst gemeten bloeddruk van 132 kun je je weer wat permitteren.
Achter de ijsbaan van Voorschoten langs liepen we naar de Krimwijk, waar het appartement van Maria Poetin voor veel roebels te koop staat. Wellicht neemt ze nu de wijk naar de Krim....
We liepen door naar de Korte Vliet, waar ik af en toe inhaalde en af en toe ingehaald werd. Maar ja, voor mij was het dan ook een thuiswedstrijd. Ik heb daar heel wat trainingskilometers afgelegd en heel regelmatig zat de Korte Vliet ook in het wedstrijdparcours.
De eerste 5 kilometer ging in 23.31. Veel sneller dan ik in mijn stoutste dromen had gedacht. Ondanks dat ik dit jaar nauwelijks een duurloop aan snelheid had gekoppeld, ging het me gemakkelijk af. Wellicht dat ik geholpen ben door de plaspillen. Sinds ik die slik ben ik 5 tot 6 kilo lichter geworden. Daardoor loop je letterlijk en figuurlijk lichtvoetiger.
In het tweede deel van de 10 kilometer zaten 2 drinkposten. Desondanks kon ik een zeer vlakke race blijven lopen. Vanaf de Korte Vliet was het nagenoeg hetzelfde parcours. Alleen nu in de omgekeerde volgorde. Qua tijd was er, de drinkposten in aanmerking genomen, geen enkel verval. Ik kwam binnen in 47.07. Dat betekende, dat de tweede 5 kilometer in 23.36 was afgelegd. Hoe vlak wil je het hebben?
In het uitslag werd ik met deze tijd 37e van de 204 gefinishte lopers. Jaap kwam binnen in 49.53, waarmee hij 58e werd. Daarmee moesten we zeer duidelijk buigen voor Marnix Boon, die met 40.16 het brons greep. Walter deed, wat ik normaal doe: de 10 Engelse mijl lopen. Met 1.19.56 liep hij een goede tijd.
Daar ik morgen weer een strandtraining mag verzorgen voor de IJVL, deed ik iets, wat ik normaal nooit doe na een 10 kilometer. Ik liet me masseren.
Massageteam4U was weer paraat. Net als na de 1000 rondjes van Leiden werd ik aardig onder handen genomen. Daarna fietste ik via de volkstuin naar huis. Zo kon ik de spieren nog soepeler rijden met het oog op de strandtraining van morgen.
Om een uur of 6 was ik wakker geworden. De dag van gisteren me de stenenregen spookte nog door mijn hoofd. Ada sliep nog door tot een uur of 7. Daar de tent nagenoeg droog was, braken we deze snel op, waarna we ontbeten. Om 9 uur verlieten we camping "Les Cigognes" met zijn loslopende ooievaars, die onder andere wormen eten.
Langs de Thur fietsten we van Carnay via Staffelden naar Ensisheim. Onderweg stuitten we een paar keer op een fietsbord op de naam Bale. Deze plaats konden we niet terugvinden op de kaart. Na 3 keer kreeg ik een ingeving. Bale is de Franse naam voor Basel!
Daar gingen wij niet heen. In een bar in Ensisheim met een prachtig uithangbord van Storky-bier dronken we koffie en jus d'orange, terwijl we ons bogen over ons reisdoel voor de komende dagen.
Na bestudering van de kaarten en de Bikeline-gids "Flussradwege Schwarzwald" viel de keuze op het Zwarte Woud.
Vandaag zouden we via Freiburg proberen de Titisee te bereiken. Een ambitieus plan. Na bij de bakker een amandelbroodje gekocht te hebben, begaven we ons op weg.
De eerste etappe voerde via boerenland en bos via Munchhouse en Rumorsheim -le-Haut naar Bantzenheim om bij Chalampe der Rhein over te steken.
Bij Neuenburg reden we Deutschland binnen.
We wilden een rustig fietspad langs de Rijn, maar door allerlei werkzaamheden lag dat pad vlak langs de snelweg. Niet ons ideaal.
We vervolgden de weg over de Süd-Schwarzwald Radweg, die we bij Heitersheim oppikten en die ons licht glooiend via Gallenweiler, Oberkrozingen, Ehrenkirch, Pfaffenweiler en Leutersberg naar Freiburg voerde.
Aan de voet van het Zwarte Woud was duidelijk, waaraan het bos zijn naam ontleende. Het leek vanaf deze kant een donker bos tegen de heuvels van een kilometer hoogte.
Freiburg had een mooi en door de vele studenten levendig centrum. Daar we na een kilometer of 80 fietsen dorstig waren, namen we Milchkaffee en jus d'orange bij "Die schwarzen Katze", waarna Ada nog wat brood en een tweetal donuts haalde bij een volkorenbakker. Kom daar maar eens om in Nederland.
Met de stadsplattegrond in de Bikeline-gids reden we linea recta naar de Dreisam. Langs deze beek trapten we met veel vals plat naar Kirchzarten, waar we in het centrum inkopen deden voor we naar de camping gingen.
De camping was al aardig vol, maar op veld 55 konden we onze tent opzetten. Het aanbod van een Duitse vrouw om de tent in haar tuin op te zetten als er geen plek was op camping "Kirchzarten", was dus niet nodig. Maar het aanbod was wel reuze aardig!
Nadat de Eureka Susten 3XP stond, gingen we naar het naast de camping gelegen zwembad. Het water was vrij koud. In het water was het nog lekker, maar we hadden daarna allebei moeite om ons warm te stoken. Mogelijk kostte de 91 kilometer fietsen toch veel energie.
We aten Mediterrane rijst met broccoli en een wortelsalade met yoghurt met pruimen toe. 's Avonds zaten we in het restaurant op de camping aan de thee, een Rheinwein en een Ganter Heller Maibock.
De Titisee hadden we vandaag niet bereikt. De zware klim er naar toe komt morgen.
Mijn trainingsschema was deze week aardig in de war gestuurd door omstandigheden, waar ik geen vat op had. Afgelopen dinsdagmorgen had ik huisarrest, omdat de voordeur, de achterdeur en de deur van de schuur in de grondverf werden gezet. Gelukkig kon ik dinsdagavond nog een stukje skeeleren. Woensdagavond was dat door de regen uitgesloten.
Donderdagmorgen werd de voordeur geschilderd alsmede de schuurdeur, waardoor ik niet kon gaan hardlopen zonder het risico te lopen, dat onverlaten van de gelegenheid gebruik konden maken om iets ongevraagd mee te nemen.
Deze gedwongen rustperiode werd enigszins goedgemaakt door de schilders, die uit de Residentie kwamen. In plat Haags leken ze zo weggelopen uit een aflevering van Koot en Bie.
De trainingsachterstand ga ik morgen inhalen door mee te doen aan de Vlietloop in Voorschoten. Ik doe dan de 10 kilometer, daar ik maandagavond strandtraining moet geven voor de IJVL. Dan is het toch wel handig als je zelf nog redelijk fit bent. Soms moet je namelijk oefeningen voordoen. Dat betekende, dat ik vandaag wederom rustig aan moest doen.
Eerst fietsten we naar de kringloopwinkel op het Waardeiland om te kijken, of daar iets was, wat we nodig hadden of dat we het een keer nieuw moesten kopen. Helaas was het er niet, maar bij binnenkomst hoorde ik een vergeten lied.
Het geeft de stand van het Nederlandse voetbal goed weer: geen WK voetbal, geen Champions League, geen Europa League maar de Ivy League.
Na op de markt en bij "De Helianth" boodschappen gedaan te hebben, aten we tussen de middag thuis om de hele middag op de volkstuin door te brengen met diverse klussen en heel veel plukken: tomaten, bramen, frambozen, sperziebonen, snijbonen en als kers op de taart een verlate aardbei. Deze was rood-wit en smaakte heerlijk. Soms verrast de natuur je aangenaam!
De zomer van 2017 was er eentje met een Januskop, een zomer met 2 gezichten. Juni was extreem warm, juli uiterst wisselvallig en augustus grotendeels koel met een warm slot. De temperatuur kwam uit op 17,7 graden tegen normaal 17.0 graden. Landelijk viel in de zomer 245 millimeter, ongeveer het gemiddelde, waarvan juli 110 millimeter voor haar rekening nam. Lokaal viel er zelfs 225 millimeter. Hoe grillig wil je het hebben?
De twee gezichten zijn duidelijk terug te zien in de 31-dagen temperatuuranomalie. En dat zie je eigenlijk terug in het hele jaar. Qua weerbeeld vind ik de zomer veel weg hebben van die van 1980. Ook toen volgde op een warme juni een verregende juli met een herstel in augustus. De winter erop was een gemiddelde winter met een natuurijsperiode, vergeleken met die van afgelopen jaar. 1980-1981 had een Hellmanngetal van 39,9.
In deze tijd van broeikaseffect en klimaatverandering, dat ten stelligste wordt ontkend door de huidige bewoner van het Witte Huis, is dat al heel was.
Vergeleken met de jaren '80 is het veel moeilijker om te komen tot een "grote winter". De laatste koude winter met meer dan 100 Hellmannpunten dateert uit 1997. Zulke winters zie ik op dit moment niet zo snel meer komen. De hoop op een Elfstedentocht moet dus komen van een winter als 2012.
De komende jaren zal het moeten gebeuren, daar we afstevenen op een zonnevlekkenminimum.
Geboren en getogen in Nieuw-Vennep in een gezin met 12 kinderen en sinds 1979 woonachtig in Leiden. Mijn vader was de oprichter van het transportbedrijf B.Breed & Zonen in Nieuw-Vennep, dat nog steeds bestaat.
Ik ben in 1983 getrouwd en vader van 4 kinderen.
Ik train al sinds mijn verhuizing naar Leiden voor de Elfstedentocht en ben uiteraard een groot liefhebber van schaatsen op natuurijs.