Na zijn nachtdienst ging de Schaatspiet de schaatsers verrassen:
hij reed in IJshal De Vliet mee: de Schaatspiet bij de "Krasse knarren".
Je kunt een hoop zeggen over de kledij van deze Piet,
maar het aerodynamisch noemen kun je absoluut niet!
De pofbroek en de fluwelen bovenkleding
zijn aerodynamisch gewoon een onding.
En dan had je ook nog de cape bovenop de rug,
die bracht als een parachute de snelheid terug.
Terwijl de Schaatspiet op Spaans niveau presteerde,
was er een kleine kopgroep, die vlot demarreerde.
Zij reden een rondje 31 blank, doch bleven bij de les
en voltooiden de 250 meter-ronde daarna in 30,6!
De extra luchtweerstand moest overwonnen worden
het Spaans record verbreken bleek een hoge horde.
Voor deze Schaatspiet was de waarheid hard helaas,
maar Antonio Gomez was hem nog steeds de baas.
Doch in de Schaatspiet bleek ook een Rijmpiet te schuilen
en zij bleken er heel handig in om van specialiteit te ruilen.
Daar las de Rijmpiet voor uit eigen werk,
want daarin is de Schaatspiet best wel sterk.
Beste “Krasse knarren”
In de eerste
maanden van het schaatsseizoen
hebben jullie de piramide weer
kunnen doen.
De opkomst is tot op heden redelijk te noemen
al
kunnen de “Krasse knarren” zich niet beroemen
op de
recordopkomsten van weleer,
maar wellicht komt dat een andere
keer.
Een record komt echter wel in beeld
als er met
rondetijden wordt gespeeld.
Het scorebord spreekt duidelijke
taal:
men gaat met een rondje 31 aan de haal.
Zo is er een
nieuwe tijd betreden:
er wordt met een paar snelheden
gereden.
Maar zie, de Goedheiligman wijs en waar:
“Je bent
nooit meer dan 125 meter van elkaar!”
Na enige oneffenheden is
het ijs nu goed,
hetgeen de schaatsers veel deugd doet.
De
slagen worden langer, je glijdt beter
en dan denk je: “Weer een
extra meter!”
De sfeer is goed met een geintje op zijn tijd,
dit
gezamenlijk sporten willen we niet kwijt.
Het is beslist gezond
voor lijf en leden
als jullie met smalle ijzers het ijs
betreden,
dus zegt Sint-Nicolaas heel wijs:
“Leef je maar
eens uit op dit ijs!”
Sint-Nicolaas op
noren
De ijsmeesters hebben niet lang getreurd,
want vlak daarna waren zij aan de beurt.
Beste IJsmeesters,
Sint-Nicolaas voer
met zijn stoomboot rustig op de Vliet
en keek naar de ijsbaan,
maar een schoorsteen zag hij niet.
Wel zag hij toen, dat het hele
dak vol lag met zonnepanelen,
hetgeen hij tijdens deze
klimaatopwarming kan aanbevelen.
“Maar beste Sint”, vroeg zijn
Piet: “Hoe kom ik nu binnen?
Op welke plek moet ik dan in
hemelsnaam gaan beginnen?”
Na de nieuwe kunstijsbaan uitgebreid
te hebben aanschouwd,
bleek die plek de warmtepomp, waarop de baan
was gebouwd.
Nu is een schoorsteen gesneden koek voor een ervaren
Piet,
maar via een
warmtepomp binnenkomen is dat bepaald niet.
Onze slankste Piet
mocht het toen als eerste gaan proberen,
zodat de andere Pieten
van zijn ervaring konden gaan leren.
Welnu, bij de eerste poging
kwam hij eruit als gebraden haan
en hij wist niet, hoe snel hij
moest gaan liggen op de ijsbaan.
Het ijs smolt daar weg, maar een
250-meterbaan is groot
en zo kwamen er
hobbels bij het verlichten van Piets nood.
De schaatsers gingen
toen klagen: “Het lijkt wel natuurijs!”
en zij brachten de
ijsmeesters toen behoorlijk van de wijs,
maar met een nieuw mes en
extra gedegen gaan dweilen
wisten zij de klip van hobbelig ijs
vakkundig te omzeilen.
Als baas van de Pieten is de Sint
verantwoordelijk hiervoor
en de Goedheiligman legde zijn trouwe
knechten een plan voor:
de ijsmeesters zijn in staat om een
prachtige ijsvloer te maken,
dus zal deze chocolade ijsvloer
ongetwijfeld lekker smaken.
Sint-Nicolaas en zijn halfgare Piet
Geen opmerkingen:
Een reactie posten