zaterdag 19 januari 2013

Zangvogelplas

Wie de weerkaarten van 2 weken heeft bekeken, zou niet zo gauw gezegd hebben, dat we nu al voor de derde dag op rij op de Vogelplas zouden kunnen schaatsen. De voorspellingen was een kort winterprikje zoals in december en daarna weer snel in de plus met de temperaturen. Hoe anders loopt het soms.
Vanmorgen werden we om 8 uur wakker. Ik deed mijn schaatskleding aan en fietste naar de bakker, ontbeet met Ada en terwijl zij nog wat in het huishouden moest doen, deed ik nog wat boodschappen in de wijk. Om 10 uur zaten we in de snijdende wind op de fiets op weg naar de Vogelplas.
Het was al redelijk druk, maar minder druk, dan ik had verwacht. Een deel van de schaatsers, die je normaal gesproken hier tegen zou komen, was al vertrokken naar de Weissensee. Het is er prachtig, het is er gezellig, maar ja, als er in Nederland natuurijs ligt....
Bij het op het ijs stappen werden we begroet door Joop van Kleef en Martin Langbroek. Om half 11 zette ook Ada haar eerste schreden op natuurijs. Samen reden we op het stuk langs de Kniplaan naar de Vogelkijkhut en weer terug.
Door de harde wind was het laagje sneeuw, dat gisteren op het ijs lag, er vanaf geblazen. Je kon zodoende beter zien, waar de oneffenheden in het ijs zaten. Vooral als je de wind in de rug had en een hogere snelheid had, kon de deze hobbels en dergelijke makkelijker mishouden.
Op aanraden van Bert Raaphorst had ik in verband met de snijdende wind mijn jas aangehouden, maar na een rondje rustig rijden met Ada had ik het al warm. Mijn jas ging in de rugzak en dat reed veel prettiger. Je moet het met schaatsen niet te koud krijgen, maar ook niet te warm.
Ik sloot me aan bij een groepje met Bert Raaphorst, Sjaak Doeleman, René Strelzyn, Hans den Outer en Henk Distelvelt. Met hen zou ik een uur lang rondjes van een kilometer rijden op het stuk langs de Kniplaan. Op een gegeven moment werd ik aangesproken door een drietal andere schaatsers, die me bedankten voor de tip via mijn blog. Zodoende miste ik een rondje. Bij de volgende ronde sprak Henk me daar op aan: "Niet lullen, maar schaatsen!"
Ik snapte de hint en reed weer mee in dit treintje. Dit deden we tot een uur of 12. Hans en Henk hadden afspraken met het thuisfront. Zelf ben ik ook zo: afspraak is afspraak.
Ada was intussen ook al naar huis vertrokken. Vanmiddag zou voor ons de eerste repetitie zijn van "Cry of the Earth" van Tony Biggin van de Leidse Koorprojecten.
Voor Ada en mij was het vandaag dus schaatsen op de Zangvogelplas.

In de tussentijd hadden we een aantal keren de hoge C gereden. Pardon, de grote C!
Het zwarte ijs in het middenstuk lieten we voor wat het was. Het had vannacht een graad of 4 gevroren, dus het ijs was niet veel dikker dan gisteren. Het enige voordeel was de wind. Bij ijsaangroei komt gek genoeg warmte vrij, die afgevoerd moet worden. Als het waait, gebeurt dat, dus het zou zo maar kunnen, dat er vandaag meer ijs bijkomt dan vannacht.
Toch gingen er zeer veel schaatsers rond, zonder dat er iemand doorheen ging. Ik probeerde het samen met Kobus Turk, Bert Raaphorst en René Strelzyn. Het ging goed, maar we waren allemaal blij, dat we weer op het steviger ijs waren.
Het was inmiddels half 1 en Bert en René gingen ook huiswaarts. Ik reed een stukje met Annerieke van der Beek, tot Aad Heemskerk me riep. Even met hem en Gerard Slingerland gepraat, alvorens ik met Jos Fugers, Bert Staal en Frank Damen nog een laatste volle ronde inclusief dun ijs reed. Inderdaad: het ijs zong!
Bij het weggaan sprak ik Erik van Kordelaar, die vrijwel gelijk met mij het ijs op kwam, en met Dick van Beelen, die mij af kwam lossen op de Zangvogelplas.
Mary Geradts en Annette van Houwelingen hadden het ijs vlak voor mij al verlaten.
Voor ik met de fiets bij de Kniplaan was, had ik Jos Dohle, Hetty ten Oever en Jante Vernhout al gesproken. Desondanks was ik op tijd in de Lokhorstkerk voor de repetitie, waarbij we begonnen met het voorprogramma, het "Requiem" van Bob Chilcott.

Ik had gelukkig nog niet mijn zwanenzang gezongen op de Zangvogelplas.

Geen opmerkingen: