dinsdag 24 maart 2015

Sijsloop

In de aanloop naar de marathon van Leiden, die afgelopen donderdag begonnen is, staat zondag de eerste grote training op het programma: de Braassemloop.

De eerste 30 kilometer vind ik mentaal altijd de zwaarste, daar je jezelf op gang moet trekken als je lichaam nog niet gewend is aan deze lange afstanden. Door eerst in je eentje 9 kilometer te lopen en daar aansluitend een halve marathon aan vast te knopen, maak je het wel wat makkelijker voor jezelf. Je hoeft bijvoorbeeld niet voor drinken te zorgen bij de 21 kilometer. Er zijn drinkposten aanwezig. Anders moet je daar zelf voor zorgen.
Vanmorgen om half 9 trok ik de deur achter me dicht en liep langs de rand van de Stevenshof naar Ter Wadding en na een half rondje door het bos vervolgde ik de loop langs de Korte Vliet. De rijp, die vanmorgen het gras wit kleurde, was in het waterige lentezonnetje verdwenen. Het was bijna windstil. Ideaal weer voor roeiers.
Op driekwart van de Korte Vliet keerde een tweetal boten, daar verderop kadewerkzaamheden plaatsvonden. In een van de boten ontwaarde ik een oud-collega van mijn vrouw.

Ik kon niet nalaten om "Doorroeien" te roepen. De beste stuurlui staan immers aan wal.
Ik liep verder naar "Allemansgeest" en vandaan naar de "Keerhoeve", te herkennen aan het groene bord "Wie kan keeren de hand des Heere?". Een meter of 100 verder keerde ik me om. Niet zozeer door de hand des Heere, maar door een vogeltje met gele strepen op de vleugels. Ik wist niet, welke vogel het was. Thuis gekomen zocht ik het op in de "Nieuwe zakgids Vogels" van Peter Hayman.
Het bleek een sijs te zijn.

En zo klinkt het wijsje van een sijsje.

Ik liep verder naar de voetbalvelden van Voorschoten '97 en langs het spoor naar station de Vink. Langs de ijsbaan van de Stevenshof en een stukje Rijndijk liep de route naar het winkelcentrum, waar ik tandenstokers en melk kocht. Met 2 melkpakken in de hand had ik het laatste stuk nog een lichte krachttraining.

Maar ik ben wel zo eerlijk om te zeggen, dat ik blij was, dat ik niet de volle 10 kilometer met de melk hoefde te lopen.

Geen opmerkingen: